Download Print deze pagina

Opname Op Een Spoor Naar Keuze; Voorbereidingen - Roland EM-2000 Gebruikershandleiding

Advertenties

16-track Sequencer
Spoor (SMF-partij)
10 (Drums)
1 (Piano)
2 (Bas)
3
(Akkoordenbegeleiding)
4 (Solo/melodie)
5 (Geen vaste functie)
6 (Tweede/tegenstem)
7 (Geen vaste functie)
8 (Geen vaste functie)
9 (Geen vaste functie)
11 (Geen vaste functie)
12 (Geen vaste functie)
13 (Geen vaste functie)
14 (Geen vaste functie)
15 (Geen vaste functie)
16 (Geen vaste functie)
Er is nog een ander spoor, M, dat voor de opname van
de maatsoort, het tempo en een aantal algemene
SysEx-commando's dient.
Zoals u ziet, zijn er twee Realtime-Parts (M. Bass, M.
Drums) wier MIDI-kanaal (en spoortoewijzing) ver-
schilt naar gelang of u de Arranger tijdens de Recor-
der-opname gebruikt of niet. Anders uitgedrukt: naar
gelang de mode die tijdens de eerste opname actief
was ("GM/GS" of "Arranger") worden bepaalde data
dus op een verschillend spoor opgenomen. Het
"akoestische" resultaat is echter hetzelfde. Als u vol-
gens een bepaald stramien werkt, kunt u nog altijd
beroep doen op Track Exchange om de data naar uw
"vast" spoor te kopiëren. Zie ook blz. 45 in het Refer-
entieboek voor meer details.
64
MIDI-kanaal
EM-2000-Part
GM/GS
ARRANGER
10
A.Drums
M. Drums
1
Accomp 1
2
M. Bass
A.Bass
3
Accomp 2
4
Upper1
Upper1
5
Accomp 3
6
Upper2
Upper2
Accomp 4
7
8
Accomp 5
9
Accomp 6
11
Lower 1
Lower 1
12
M. Bass
13
Upper3
Upper 3
14
Lower 2
Lower 2
15
M. Int
M. Int
16
M. Drums
9.2 Opname op een spoor naar
keuze
1. Druk eerst op [SONG TOOLS] en kies de 16-spo-
ren sequencer. Druk vervolgens op [F1] (Rec) om
naar de opnamefuncties van de sequencer te gaan.
Opgelet: Zodra u op [SONG TOOLS] drukt, wordt auto-
matisch de GM/GS-mode geactiveerd, zodat de Arranger
niet langer beschikbaar is.
2. Druk op [PAGE] ▲▼ om pagina 1 te kiezen:
Deze pagina licht u in over de huidige maat, de Song-
naam en het tempo, de maatsoort en de status van de
sporen. Met [√√ BWD] en [FWD ®®] kunt u naar
een andere maat springen. Door op [|√ RESET] te
drukken keert u terug naar het begin van de Song.
3. Kies met [DRUMS/PART] het spoor waarop u wilt
opnemen.
U kunt een "muziekspoor" (1~16) of het Master-
spoor (M) kiezen. Dit laatste laat toe om tempoveran-
deringen op te nemen. De naam van het gekozen
spoor verschijnt in het TRACK-venster boven de rege-
laar en wordt bovendien in een zwart vakje geplaatst
(in het voorbeeld hierboven is spoor 4 geselecteerd).
De spooriconen hebben de volgende betekenis:
Dit spoor bevat data.
Dit spoor bevat data, maar is tijdelijk uitgeschakeld
(Mute).
Dit spoor bevat data en is momenteel geselecteerd voor
de opname (TRACK).
Dit spoor bevat geen data, maar is momenteel geselec-
teerd voor de opname (TRACK)
Dit spoor is leeg.

Voorbereidingen

Kiezen van de opnamemode en de eerste maat
4. Kies met [PAGE] ▲▼ de tweede REC-pagina.
5. Stel met de [DRUMS/PART]-regelaar in hoe u de
nieuwe partij wilt opnemen.

Advertenties

loading

Gerelateerde Producten voor Roland EM-2000