Disk List Edit: Database-informatie programmeren
2. Disk List Edit: Database-informatie program-
meren
Op blz. 23 in de Gebruikershandleiding hebben we u getoond hoe u de Disk List-functies kunt gebruiken voor het zoe-
ken van Music Styles en Songs.
Die Database-informatie kunt u ook voor uw eigen Styles en Songs programmeren. Bovendien kunt u voor de Songs het
thema programmeren (Play & Search, zie blz. 26 in de Gebruikershandleiding voor meer details over het gebruik van
deze functie). Kort en goed: u hebt de werking van de Disk List Edit-functies nog te tegoed.
2.1 Disk List Edit-mode kiezen
Onderstaande functies maken deel uit van de Disk
List-mode. Die kiest u als volgt:
1. Schakel de EM-2000 in en stop een Zip-schijf in de
betreffende drive.
Opgelet: Onthoud dat u EEN ZIP-SCHIJF PAS NA
INSCHAKELEN VAN DE EM-2000 IN DE DRIVE MAG
STEKEN.
Opgelet: Het zou een goed idee zijn om een reservekopie van
de bijgeleverde Zip-schijf te maken en daarmee te werken
(dus nooit met het origineel). "Copy-functies" op blz. 104 in
de Gebruikershandleiding
2. Druk op de [DISK LIST]-knop.
3. Vervolg, indien nodig, met stap (4) om de disk te
kiezen die de te editen bestanden bevat. Anders kunt
u meteen naar stap (7) springen.
Device
4. Druk op [F4] (Dvice) om naar de volgende display-
pagina te gaan:
Scan: Druk op Part Select [M.DRUMS] om de SCSI-
keten even te overlopen. Daarna weet u dan welke
apparaten momenteel worden herkend. Vergeet niet
de drive, die u wilt gebruiken, in te schakelen voordat
u op deze knop drukt. Als u met de interne Zip-drive
wilt werken, moet u de Zip-schijf insteken nadat u de
EM-2000 ingeschakeld hebt.
10
Tijdens de controle verschijnt de melding "EXECU-
TING" in het display.
Select: Plaats de pijl met de [BASS/BANK]-regelaar
(Select) naast de herkende drive die u wilt gebruiken.
Lege ID-adressen betekenen dat de betreffende drive
niet kan worden gekozen.
Opgelet: Bestanden op een floppy kunnen geen Database-
informatie bevatten. U kunt echter Rename gebruiken om
een bestand een andere naam te geven, of Delete om het te
wissen.
Change: Druk op Part Select [UPPER1] om van de
gekozen drive het "CURRENT DEVICE" te maken,
d.w.z. de datadrager waarnaar u data kunt wegschrij-
ven of waarvan u bestanden kunt laden.
Unmount: Druk op Part Select [UPPER2] om naar
een display-pagina te gaan waar u een SCSI-apparaat
kunt afmelden (Unmount):
ID5 (de interne Zip-drive) moet u bv. afmelden als u
ontdekt dat de ingestoken Zip-schijf niet het beno-
digde bestand bevat. Een Zip-schijf kunt u pas uit de
drive halen nadat u ze afgemeld hebt. Gebruik dit
commando voor alle verwisselbare schijven die u op
een gegeven moment moet uitwerpen (magnetisch-
optische schijven, Jaz-schijven enz.).
Opgelet: Floppies (FDD) hoeft u niet af te melden.
Opgelet: U kunt enkel datadragers afmelden waarvoor de
melding "HD mounted" wordt afgebeeld.
5. Druk op Part Select [UPPER2] om de gekozen data-
drager af te melden.
6. Druk op de EJECT-toets van het afgemelde appa-
raat, haal de schijf eruit, steek er een andere in en
druk op [F4] ➥Devc om naar de Device-pagina terug
te keren.
U belandt nu weer op de display-pagina van stap (4).
7. Houd [SHIFT] ingedrukt terwijl u op een functie-
toets drukt: