AUTO aan: Als u een Standard MIDI File weergeeft
vanaf het begin, laadt de Recorder niet het Preset
Song-tempo. Tempoveranderingen worden weliswaar
uitgevoerd, maar relatief ten opzichte van het huidige
tempo (dat u zelf hebt ingesteld).
Bijvoorbeeld: Een bepaalde Song waarvan het Preset
tempo op = 100 is ingesteld bevat een commando dat
het tempo opvoert naar = 120 (+20%). U stelt het
tempo in op = 80. Het tempocommando versnelt het
tempo dan tot = 96.
LOCK aan: Als u een Standard MIDI File weergeeft
vanaf het begin, gebruikt de Recorder niet het Preset
Song-tempo. Tempoveranderingen worden evenmin
uitgevoerd.
Beide uit: Telkens als u met [|√ RESET] naar het
begin van een Song terugkeert of als u de weergave van
een nieuwe Song start, laadt de Recorder het Preset
Song-tempo.
Opgelet: Telkens als u de GM/GS-mode kiest door op [GM/
GS MODE] te drukken (indicator licht op) of de weergave
van een nieuwe Song start (Recorder [PLAY ®/STOP ■]),
stelt de EM-2000 de tempofunctie op Auto uit/Lock uit
(standaardinstelling). Keert u terug naar de Arranger-mode
door op [GM/GS MODE] te drukken (de indicator dooft),
dan stelt de EM-2000 de Tempo functie op Auto aan/Lock
uit in.
Partijen op diskette soleren en uitschake-
len (Solo en Mute)
Voordat u een Song-partij gaat uitschakelen, moet u
weten welke Part (MIDI-kanaal/spoor) de noten speelt
die u niet wilt horen. Jammer genoeg definieert het
Standard MIDI File-formaat geen vaste verdeling voor
de Parts, maar laat dit over aan de smaak van de pro-
grammeur. Hierdoor is het niet altijd even gemakke-
lijk om de Part die u wilt uitschakelen te vinden, maar
de EM-2000 staat u hierin gelukkig bij.
Zie ook "Sporen en MIDI-kanalen" op blz. 63.
Bij complexere Songs is het echter niet ondenkbaar dat
alle 16 MIDI-kanalen worden gebruikt. In dergelijke
gevallen kan de Solo-functie van onschatbare waarde
blijken:
Soleren van Song-Parts
De Solo-functie is een handig hulpmiddel om te weten
te komen welke partij aan welk MIDI-kanaal is toege-
wezen. Deze functie schakelt alle partijen behalve de
geselecteerde uit. Het werkt als volgt:
1. Druk, op de Master pagina, op [F1] (Mixer). U kunt
dit doen terwijl de Recorder een Song weergeeft.
2. Druk op [F3] (Song) om naar de volgende display-
pagina te gaan:
3. Druk op de Part Select [UPPER1] knop om het eer-
ste spoor van de Song te soleren (SOLO= ON).
Hierdoor schakelt u alle andere Song-Parts uit – en
hoort u misschien even niets meer. Blijf echter even
luisteren. Vaak begint een partij ergens in het midden
van een nummer te spelen. Besluit dus niet te snel dat
het om een leeg spoor gaat.
4. Kies met de [DRUMS/PART]-regelaar Song Part 2.
5. Druk nog een keer op Part Select [UPPER1] om dat
spoor te soleren.
Waarschijnlijk hoort u nu de baslijn. Kiest u nu met
[DRUMS/PART] opnieuw het vorige spoor, dan
soleert u dat weer (u hoort dus opnieuw enkel de pia-
nopartij, als die tenminste iets speelt). Terug naar het
tweede spoor en u hoort weer de bas. Wat we u hopen
duidelijk te maken is dat u in de Solo-mode alle Parts
achtereenvolgens kunt soleren door ze met de
[DRUMS/PART]-regelaar te overlopen.
Opgelet: Als u terugkeert naar de Master-pagina nadat u
één of meer Song Parts hebt gesoleerd, hoort u enkel de Part
die u het laatst koos. Het is niet mogelijk twee of meer spo-
ren te soleren.
6. Ga terug naar stap (4) om de overige Song-Parts te
kiezen en te soleren.
7. Verlaat tenslotte de Mixer\Song pagina door op
[F5] te drukken.
Song-Parts uitschakelen (Status)
Op de Mixer\Song pagina kunt u ook Song-Parts uit-
schakelen (Mute). Deze Song-Parts hoort u uiteraard
niet tijdens de weergave.
1. Kies de Mixer\Song-pagina (zie "Soleren van Song-
Parts").
2. Kies met de [DRUMS/PART]-regelaar de Song-Part
die u wilt uitschakelen.
3. Schakel die Part uit met de [UPPER/VARIATION]-
regelaar (Status= Mute).
Opgelet: De Solo-status heeft voorrang op de Mute-status.
Om een gesoleerde Part te kunnen uitschakelen moet u eerst
de Solo-functie deactiveren (Solo-Off).
4. Verlaat de Mixer\Song pagina door op [F5] (Exit) te
drukken, of ga verder met het volgende deel.
EM-2000 – Gebruikershandleiding
61