Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Voorbereidingen Voor Injectie; Voorbereiding Van Controleruimte; Injectieprotocol Voorbereiden; Voorbereiden Van Scanruimte - Bayer MEDRAD MRXperion Gebruikershandleiding

Mr-injectiesysteem
Verberg thumbnails Zie ook voor MEDRAD MRXperion:
Inhoudsopgave

Advertenties

Gebruikershandleiding
11

Voorbereidingen voor injectie

"Voorbereiding van controleruimte"

"Voorbereiden van scanruimte"

11.1 Voorbereiding van controleruimte
WAARSCHUWING
Bloedvatgevaar - Kan tot ernstig letsel bij de patiënt leiden.
Controleer of de geprogrammeerde flowsnelheid voldoet aan de richtlijnen van de instelling. Zie
maximale
flowsnelheid".

11.1.1 Injectieprotocol voorbereiden

Een protocol moet worden ingesteld en vergrendeld vóór de installatie van injectiespuiten om eventueel ingeschakelde
automatische injectiespuitinstallatiefuncties te gebruiken.
1.
Stel het protocol in.
a.
Zie voor het oproepen van een protocol
b. Zie voor het maken of bewerken van een protocol
2.
Selecteer Vergrendelen op het scherm.
OPMERKING:
Het icoon op het scherm verandert in Vergrendelen het injectorhoofd Protocolvergrendelen
licht op.
11.2 Voorbereiden van scanruimte
WAARSCHUWINGEN
Bloedvatgevaar - Kan tot ernstig letsel bij de patiënt leiden.
Gebruik katheters en connectoren met druklimieten die compatibel zijn met dit systeem. Zie
flowsnelheid"
en
"Sectie 18.5 - Capaciteit van het systeem"
Controleer of de geprogrammeerde flowsnelheid voldoet aan de richtlijnen van de instelling.
Gevaar op luchtembolie - Kan leiden tot ernstig letsel of overlijden van de patiënt.
Verwijder alle ingesloten lucht uit de spuit(en), connectors, lijnen en katheter voordat het systeem bij de patiënt wordt aangelegd.
Lees de aanwijzingen voor het vullen en het gebruik van MEDRAD® FluiDots (indien van toepassing) zorgvuldig om het risico op
luchtembolie te beperken.
De aanwezigheid van ronde FluiDots betekent niet dat zich in het geheel geen luchtbellen in de spuittip bevinden. De FluiDots
moeten worden bekeken in een goed verlichte omgeving, waarbij een lichtbron die voldoende licht levert, zich achter de operator
bevindt, zodat de FluiDots goed zichtbaar zijn.
Om het risico op luchtembolisatie te minimaliseren, zorgt u ervoor dat één apparaatbediener verantwoordelijk is voor het vullen
van de injectiespuit(en). Niet van apparaatbediener wisselen tijdens de procedure. Indien er van apparaatbediener gewisseld moet
worden, controleer dan of de nieuwe apparaatbediener verifieert dat het vloeistofkanaal wordt ontlucht.
Om de mogelijkheid van onbedoelde aanzuiging en injectie te minimaliseren, zorgt u ervoor dat de patiënt wordt losgekoppeld van
de injector met behulp van de voorwaartse en achterwaartse zuigerbesturing.
"Sectie 10.3 - Een bewaard protocol
"Sectie 10.1 - Aanmaken of bewerken van een
voor de opties voor de programmeerbare druklimiet.
11 - 53
"Sectie 18.9.2 - Prestaties
oproepen".
protocol".
"Sectie 18.9.2 - Prestaties maximale

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave