Inhoudsopgave
Advertenties
Gebruikershandleiding
4
Overzicht van het systeem
"Systeemdiagram"
"Het verplaatsen van het systeem"
"Basis vochttoediening"
"Kenmerken van de installatie van de injectiespuit"
"Basisinformatica"
"Programmeermodus"
"Standaard met geïntegreerde infuuspaal gebruiken"
WAARSCHUWING
Kan leiden tot letsel bij patiënt en/of operator of tot beschadiging van de apparatuur.
Het werkstation (bedieningsruimte-unit) is niet MR-veilig en dient niet voor gebruik in de scanruimte. Het werkstation is een
bekende dreiging van of brengt gevaar met zich mee in alle MR-omgevingen zoals gedefinieerd in de internationale ASTM-normen
voor het op de markt brengen van MRI-apparatuur.
De injector (scanruimte-unit) en stroomvoorziening zijn onder bepaalde voorwaarden MR-veilig. De scanruimte-unit en
stroomvoorziening brengen aantoonbaar geen bekende risico's met zich mee in een gespecificeerde MR-omgeving bij de
gespecificeerde gebruikscondities zoals gedefinieerd volgens de internationale ASTM-normen voor het in de handel brengen
van MRI-apparatuur.
Breng geen ongeoorloofde wijzigingen aan de injector of een van de onderdelen ervan aan.
4.1 Systeemdiagram
Het systeem bestaat uit een scanruimte-unit (injector) en een bedieningsruimte-unit (werkstation). Deze onderdelen zijn
aangesloten een vezel optische communicatiekoppeling.
OPMERKING:
Bij het gebruik van het systeem met een open-bore scanner, is het raadzaam dat de injector
een minimaal 60 inch (152,4 cm) van de voorkant van de scanner wordt geplaatst.
OPMERKING:
Bij het gebruik van het systeem met een Siemens MAGNETOM 1.5T of 3.0T-scanner, is het
raadzaam dat de injector minimaal 18 inch (45,72 cm) van de voorkant van de scanner wordt
geplaatst.
OPMERKING:
Houd rekening met de beperkingen van de lengte van de aansluitslang en positie patiënt bij het
plaatsen van de injector.
OPMERKING:
Let op: De SRU niet in een magnetisch veld van meer dan 1.000 G plaatsen zonder de wielen te
vergrendelen.
4 - 13
Advertenties
Inhoudsopgave
