Gebruikershandleiding
7.3 Voedingsindicatoren werkstations
Naam
Toets/icoon
Voedingsindicator
werkstation
Voedingsindicator
werkstation met
bedieningskastje
7.4 Lampje handschakelaar
Met de optionele handschakelaar kan de operator een injectie starten, onderbreken en stoppen. De handschakelaar heeft een
lampje dat de toestand van de injector aangeeft. Dit licht brandt of knippert, afhankelijk van de volgende voorwaarden:
Omstandigheid
Beschrijving van het handschakelaarlampje
Ingeschakeld
Het lampje knippert.
Injecteren
Het lampje gaat branden.
uitstellen
Het lampje knippert.
Gedrag/Gebeurtenis
Brandt niet wanneer het werkstation niet is aangesloten op een
voedingsbron
Brandt continu oranje tijdens de volledige uitschakeling van het systeem
Brandt continu groen wanneer het systeem volledig is INGESCHAKELD
Knippert groen tijdens het uitschakelen van de injector
Brandt niet wanneer het werkstation met bedieningskastje niet is
aangesloten op een voedingsbron
Brandt oranje tijdens Volledige systeemuitschakeling
Brandt groen als volledige systeem is ingeschakeld
Knippert groen tijdens Uitschakelen Injector
Tabel 7 - 2: Functies van het handschakelaarlampje
7 - 35