Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

S
e
Operation Manual
1 - 1
r
i
a
l
n
u
m
b
e
r
s
a
n
d
d
a
t
e
o
f
i
n
s
t
a
l
l
a
t
i
o
n
i
n
f
o
r
Gebruikershandleiding
m
a
t
i
o
n
m
u
s
t
b
e
s
u
p
p
l
i
e
S
e
n
u
m
b
e
r
s

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Bayer Medrad MRXperion

  • Pagina 1 Operation Manual 1 - 1 Gebruikershandleiding...
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    Gebruikershandleiding 1 Introductie ......................1 1.1 Certificeringen ....................................1 1.2 Beoogd gebruik ....................................1 1.3 Trainingsinformatie ..................................1 1.4 Contra-indicaties .................................... 1 1.5 Beperkte verkoop .................................... 1 1.6 Verplichte Training..................................1 1.7 Disclaimers....................................... 1 2 Symbolen......................3 2.1 Productiesymbolen ..................................3 2.2 Symbolen voor verzender ................................3 2.3 Aangemelde instantie ...................................
  • Pagina 4 MEDRAD® MRXperion 7 Systeemlampjes en indicatoren ................23 7.1 Injectorhoofdlampjes en indicatoren............................23 7.2 Lampjes van injectorstatus................................24 7.3 Vermogensindicator van houder ..............................24 7.4 Lampje handschakelaar ................................25 8 Opstarten en afsluiten van het systeem ............27 8.1 Het systeem opstarten ................................27 8.2 Het systeem uitgeschakelen..............................27 8.2.1 Harde afsluiting ................................28 8.3 Afsluiten van injector herstellen ..............................28 8.4 Herstellen van systeemafsluiting ............................28...
  • Pagina 5 Gebruikershandleiding 13 Het voltooien van een injectie ................55 13.1 Injectie voltooid..................................55 13.2 Injectie afgebroken ..................................56 13.3 Injectie voltooid afsluiten................................57 13.3.1 Het uitvoeren van een nieuwe injectie........................57 14 Het verwijderen van Wegwerpspuiten en Aansluitslang.......59 14.1 Het verwijderen van Wegwerpspuiten en Aansluitslang....................59 15 Geavanceerde configuraties................61 15.1 Systeeminstellingen ..................................61 15.1.1 Configureerbare opties in Systeeminstellingen......................62...
  • Pagina 6 18.8 Systeemprestaties ..................................84 18.9 Besturing naar voren en naar achteren ..........................84 18.10 Grondcontinuïteit ..................................85 18.11 Classificaties .....................................85 19 Opties en accessoires..................87 19.1 MEDRAD MRXperion MR injectiesysteem..........................87 19.2 MEDRAD® MRXperion MR injectiesysteem spuitkit ......................87 19.3 Handschakelaar ..................................87 19.4 Infuusstandaarden ..................................87 19.5 Handleidingen ....................................87 19.6 Filterkit van penetratiepaneel ..............................87...
  • Pagina 7: Introductie

    Ter plekke bij de eerste installatie en aanvullende training op verzoek MEDRAD® MRXperion Snelle handleidingen Gebruiksaanwijzing voor injectiespuit (IFU) Neem contact op met Bayer HealthCare Services of uw plaatselijke Bayer-vertegenwoordiger als een van deze middelen nodig is. 1.4 Contra-indicaties Geen bekend.
  • Pagina 8 Het systeem is niet bedoeld om contrastmiddelen en/of zoutoplossing toe te dienen aan meer dan één patiënt uit dezelfde houder met zoutoplossing en Bayer wijst alle aansprakelijkheid of gevolgen van het gebruik van de dezelfde houder op meer dan één patiënt af.
  • Pagina 9: Symbolen

    Gebruikershandleiding 2 - 3 Symbolen 2.1 Productiesymbolen Producent Gemachtigde vertegenwoordiger in de Europese gemeenschap 2.2 Symbolen voor verzender Temperatuurbereik Luchtvochtigheidsbereik Atmosferisch drukbereik Serienummer Catalogusnummer Deze kant boven Droog bewaren Breekbaar 2.3 Aangemelde instantie Geeft aan dat dit toestel voldoet aan de eisen van de Europese Richtlijn Medische Hulpmiddelen 93/42 / EEG...
  • Pagina 10: Wettelijk Klassementen

    2 - 4 MEDRAD® MRXperion 2.4 Wettelijk Klassementen Identificeert een BF-type onderdeel dat voldoet aan EN 60601-1 normen Medisch - Algemene Medische Apparatuur Alleen met betrekking tot elektrische schokken, brand en mechanische gevaren In overeenstemming met ANSI / AAMI ES60601-1 (2005, 3de Ed.) CAN / CSA-C22.2 Nr.
  • Pagina 11: Mr Icoonmen En Indelingen

    Gebruikershandleiding 2 - 5 2.5 MR icoonmen en Indelingen Het is aangetoond dat zich geen bekende gevaren voordoen in een bepaalde MR Conditional MR­omgeving met gespecificeerde gebruiksomstandigheden zoals gedefinieerd door de ASTM internationale standaarden voor MRI-apparaatmarkering. Bekende dreiging of vormt een gevaar in alle MR-omgevingen, zoals gedefinieerd MR Onveilig door de ASTM internationale standaarden voor MRI-apparaatmarkering.
  • Pagina 12 2 - 6 MEDRAD® MRXperion Waarschuwing: Raadpleeg de waarschuwingen op de gebruiksaanwijzing die toegevoegd is aan elke doos. Voorzichtig: Raadpleeg de voorzorgsmaatregelen op de gebruiksaanwijzing die toegevoegd is aan elke doos. Geeft gevaarlijke spanning aan. Lees de gebruiksaanwijzing Geeft aan dat de informatie een waarschuwing is. Waarschuwingen adviseren u WAARSCHUWING over omstandigheden die kunnen leiden tot letsel of overlijden van de patiënt of apparaatbediener.
  • Pagina 13: Waarschuwingen, Voorzorgsmaatregelen En Toelichtingen

    Onderdelen van het systeem onderdompelen in water of zeepoplossingen. Ontkoppel het systeem van netspanning voordat u het schoonmaakt. Gebruik het systeem niet als er versleten of beschadigd bekabeling is opgemerkt. Neem contact op met Bayer HealthCare Services voor vervanging. Gevaar op brand - Kan leiden tot ernstig letsel bij of overlijden van de patiënt en/of apparaatbediener.
  • Pagina 14: Voorzorgsmaatregelen

    Gebruik alleen niet-magnetisch gereedschap om voor het installeren van scanner-/magneetruimte-onderdelen. Verwijder de systeemonderdelen en accessoires volgens de plaatselijke voorschriften of neem contact op Bayer HealthCare Services. De standaard bij het verplaatsen van het systeem niet hoger dan 45inches (114,3 cm) boven de vloer houden.
  • Pagina 15: Overzicht Van Het Systeem

    Gebruikershandleiding 4 - 9 Overzicht van het systeem 4.1 Systeemdiagram Het systeem bestaat uit een scankamereenheid (injector) en een controleruimte-eenheid (touchscreen en houder). Deze onderdelen zijn aangesloten een vezel optische communicatiekoppeling. OPMERKING: Bij het gebruik van het systeem met een open-bore scanner, is het raadzaam dat de injector een minimaal 60 inch (152,4 cm) van de voorkant van de scanner wordt geplaatst.
  • Pagina 16: Het Verplaatsen Van Het Systeem

    4 - 10 MEDRAD® MRXperion Figuur 4 - 2: Systeemdiagram – Voeding buiten de scannerruimte Scanruimte Besturingsruimte en ruimte van MRI-apparatuur 1 - Unit scanruimte (injector) 6 - Filter penetratiepaneel 2 - Voedingskabel 7 - Voeding unit scanruimte 3 - Glasvezelcommunicatielink 8 - Voeding scherm en pod 4 - Glasvezelsnelkoppeling 9 - Glasvezelcommunicatielink...
  • Pagina 17: Basis Vochttoediening

    Gebruikershandleiding 4 - 11 Draai het injectorhoofdkolom zodat het injectorhoofd boven de basis zit zoals aangegeven in figuur 4 - 3. Draai zodra het injectorhoofd op zijn plaats zit de knop naar rechts om de kolom te vergrendelen om te voorkomen dat het injectorhoofd om de kolom gaat draaien.
  • Pagina 18: Ik Heb Op Lucht Gecontroleerd

    De druklimiet definieert de maximale vloeistofdruk die het systeem mag genereren tijdens de uitvoering van het protocol. De standaard maximale druklimiet is 325psi (2240 k Pa) bij gebruik van de aanbevolen wegwerpinjectiespuiten van Bayer. De apparaatbediener kan ervoor kiezen om deze druk te beperken op basis van de gebruiksvoorwaarden van het protocol.
  • Pagina 19: Verlaging Van Doorstroomsnelheid

    Gebruikershandleiding 4 - 13 Temperaturen van de vloeistof Bijgevoegde injectiespuiten en aansluitslang Soort/grootte van katheter Drukbegrenzing treedt op wanneer de gemeten vloeistofdruk hoger is dan het ingestelde druklimietprotocol. Wanneer dit gebeurt, stelt het systeem de apparaatbediener hiervan op de hoogte en zorgt voor verlaging van de doorstroomsnelheid voor de vloeistoftoedieningsfase om de vloeistofdruk te verminderen.
  • Pagina 20: Basisinformatica

    Gevaar op elektrische schokken - Kan leiden tot licht of matig letsel bij patiënt en/of apparaatbediener. Alleen de stekker van het systeem in een directe AC-stopcontact steken. De stekker van netsnoeren van het systeem niet een in verlengsnoer of multi-stekkerdoos steken. Gebruik alleen goedgekeurde adapters en accessoires van Bayer.
  • Pagina 21: Over Het Scherm En Houder

    Gebruikershandleiding 5 - 15 Over het scherm en houder 5.1 Beginscherm Figuur 5 - 1: Beginscherm icoon (Indien van Naam Beschrijving toepassing) Toont het volume in de injectiespuiten. Een afbeelding van de injectiespuit wordt weergegeven als er geen injectiespuit aanwezig is. Spuitvolume- informatie Indien van toepassing wordt er een stippellijn weergegeven op de...
  • Pagina 22 5 - 16 MEDRAD® MRXperion icoon (Indien van Naam Beschrijving toepassing) Resetten Reset het protocol naar de standaardfabrieksinstellingen. Geeft de totale geprogrammeerde volume weer per injectiespuit of het totale gecombineerde volume in beide injectiespuiten. Zie Totale Volume "Sectie 15.4.1 - Configureerbare opties van Vloeistofafgifte-Setup" voor meer informatie.
  • Pagina 23 Gebruikershandleiding 5 - 17 Naam Icoon Beschrijving Injector Brandt geel wanneer in actieve communicatie is met injectorhoofd. Communicator Ik heb op lucht Brandt geel wanneer de apparaatbediener heeft bevestigd dat de gecontroleerd- injectiespuiten en slangen zijn geïnspecteerd op de aanwezigheid indicator van lucht.
  • Pagina 24: Houderbeschrijving

    Toegang tot de eGFR en op gewicht gebaseerde dosering rekenmachines. Calculator Rekenmachineknop verschijnt alleen in het Startmenu als een of meer rekenmachines zijn ingeschakeld. Geeft de contactgegevens voor Bayer HealthCare Service weer en lanceert service- VirtualCare applicatie indien geïnstalleerd. Help Lanceert het Help-systeem.
  • Pagina 25: Het Begrijpen Van Het Injectorhoofd

    Gebruikershandleiding 6 - 19 Het begrijpen van het injectorhoofd 6.1 injectorhoofdbesturing OPMERKING: Voor meer gedetailleerde informatie over de werking van lichtknop van injectorhoofd, zie "Sectie 7.1 - Injectorhoofdlampjes en indicatoren". Icoon (Indien van Naam Beschrijving toepassing) Injectiespuit A: Contrastspuit Injectiespuit B: Zoutoplossingspuit Spuit niet aanwezig: Geeft streepjes weer.
  • Pagina 26 6 - 20 MEDRAD® MRXperion Icoon (Indien van Naam Beschrijving toepassing) Druk twee keer met injectorhoofd omhoog gericht: Vult Injectiespuit B (zoutoplossing) tot het weergegeven volume (Auto vullen). Een keer drukken: Geeft Auto Vullen volume weer gedurende 10 seconden. Het totale Auto Vullen volume voor Injectiespuit B omvat: het geprogrammeerde injectievolume Vul B volume om KVO een uur lang uit te voeren (als KVO is ingeschakeld)
  • Pagina 27 Gebruikershandleiding 6 - 21 Icoon (Indien van Naam Beschrijving toepassing) Beweegt zuiger naar voren en naar achteren (variabele snelheid). Brandt wanneer ingeschakeld Hoge snelheid Zuigerbesturing Lage snelheid naar voren en naar achteren (Kant A of B) Wanneer ingedrukt, wordt er een testinjectie gestart gebaseerd op door de apparaatbediener ingestelde parameters.
  • Pagina 28: Injectorhoofdonderdelen

    6 - 22 MEDRAD® MRXperion 6.2 injectorhoofdonderdelen 6.2.1 Handmatige knoppen Een apparaatbediener kan de handmatige knoppen gebruiken om te ontluchten, de doorgankelijkheid van de aansluiting naar de patiënt te controleren door de terugstroom van het bloed te controleren en om te helpen bij de correcte plaatsing van de katheter.
  • Pagina 29: Systeemlampjes En Indicatoren

    Gebruikershandleiding 7 - 23 Systeemlampjes en indicatoren 7.1 Injectorhoofdlampjes en indicatoren De knoppen op het injectorhoofd branden of knipperen, afhankelijk van de hieronder vermelde voorwaarden: Naam Toets/icoon Gedrag/Gebeurtenis Brandt wit wanneer de Vul A-toets wordt ingedrukt +/- knoppen Brandt wit wanneer Vul B-knop wordt ingedrukt. Knippert als het spuitvolume moet worden verhoogd of verlaagd Brandt continu wanneer bewegen van handmatige zuiger is ingeschakeld.
  • Pagina 30: Lampjes Van Injectorstatus

    7 - 24 MEDRAD® MRXperion Naam Toets/icoon Gedrag/Gebeurtenis Brandt continu wanneer ingedrukt Vul B-knop Knippert om aan te geven wanneer KVO kan worden gestart KVO-knop Brandt continu wanneer KVO is ingeschakeld Knippert langzaam aan te geven wanneer een testinjectie kan worden Testinjectieknop uitgevoerd Knippert snel tijdens Testinjectie...
  • Pagina 31: Lampje Handschakelaar

    Gebruikershandleiding 7 - 25 7.4 Lampje handschakelaar De optionele handschakelaar kan een apparaatbediener in staat stellen een injectie te starten, uitstellen en stoppen. De handschakelaar bevat een lampje dat de status van de injector aangeeft. Dit licht brandt of knippert, afhankelijk van de volgende voorwaarden: Tabel 7 - 2: Lampje functionaliteit van handschakelaar Omstandigheid...
  • Pagina 32 7 - 26 MEDRAD® MRXperion...
  • Pagina 33: Opstarten En Afsluiten Van Het Systeem

    Het scherm zal kort het systeemcommunicatiestatussen en softwareversies weergeven. OPMERKING: Neem als een communicatiefout wordt weergegeven, contact op met Bayer HealthCare Services. Vervolgens zal het Veiligheidsscherm worden weergegeven. Lees de waarschuwingen op het Veiligheidsscherm en selecteer Continue (doorgaan). Het systeem wordt opgestart en het Home-scherm wordt weergegeven.
  • Pagina 34: Harde Afsluiting

    8 - 28 MEDRAD® MRXperion Figuur 8 - 2: Opties van waakfunctie Selecteer een van de volgende afsluitopties: Afsluiten van systeem: Afsluiten van zowel het scherm als de injector. De houder LED brandt oranje. Afsluiten van injector: De injector wordt afgesloten, het scherm is leeg en alleen informaticahandelingen zichtbaar op het scherm.
  • Pagina 35: Rekenmachines

    Gebruikershandleiding 9 - 29 Rekenmachines Het systeem omvat twee rekenmachines die kunnen worden gebruikt voor het bepalen van op gewicht gebaseerde doseringswaarden en eGFR-waarden.  VOORZORGSMAATREGELEN Kan leiden tot licht of matig letsel bij patiënt en/of apparaatbediener. eGFR-waarden zijn schattingen. Beslissingen over het gebruik van contrastmiddelen moet worden genomen door de aanwezige professionals.
  • Pagina 36: Instellen Van De Egfr-Rekenmachine

    9 - 30 MEDRAD® MRXperion Figuur 9 - 1: Toegang tot Instellingen rekenmachine in het Instellingenmenu. De instellingen rekenmachine is ook toegankelijk via de knop Instellingen op het Rekenmachinescherm. Selecteer in het startmenu Calculator (Rekenmachine) (1). Selecteer de knop Instellingen (2). Figuur 9 - 2: Toegang tot Rekenmachine-instelling in het Rekenmachinescherm 9.2.1 Instellen van de eGFR-rekenmachine Toegang tot de Instellingen van de eGFR-rekenmachine via het tabblad eGFR (1) op het scherm Instellingen...
  • Pagina 37 Gebruikershandleiding 9 - 31 9.2.1.1 eGFR-formules inschakelen Vink het vakje naast een formulenaam aan om deze in te schakelen (3). Figuur 9 - 3: eGFR-formules inschakelen OPMERKING: eGFR-formules hebben bekende beperkingen. Ga naar de site met het beleid en richtlijnen voor het juiste gebruik van deze formules.
  • Pagina 38 9 - 32 MEDRAD® MRXperion OPMERKING: MDRD, Cockroft-Gault, Modified Cockroft-Gault en CKD-EPI rekenmachines zijn bedoeld om alleen worden gebruikt voor volwassenen met een leeftijd van 18 jaar of ouder. Schwartz aan het bed is bedoeld om alleen te worden gebruikt voor kinderen jonger dan 18 jaar. Alle formules zijn uitsluitend bestemd om te worden gebruikt met de patiëntleeftijden die overeenkomen met de bijsluiters van de contrastmiddelen.
  • Pagina 39 Gebruikershandleiding 9 - 33 Figuur 9 - 5: Instellen uitvoerbereik scherm - Optioneel Selecteer in het dropdownmenu het aantal reeksen (1). Voer de maximale waarde in voor elk bereik door het veld (2) te selecteren en voer de nummers via het toetsenbord in.
  • Pagina 40: Instellen Rekenmachine Van Op Gewicht Gebaseerde Dosering

    9 - 34 MEDRAD® MRXperion Selecteer wanneer de maximale waarden zijn toegewezen aan alle reeksen, OK om ze op te slaan en terug te keren naar het scherm Instellen rekenmachine. Selecteer OK op het scherm Instellen rekenmachine om wijzigingen op te slaan en terug te keren naar het vorige scherm.
  • Pagina 41: Met Behulp Van De Rekenmachine Voor Op Gewicht Gebaseerde Dosering

    Gebruikershandleiding 9 - 35 Kiezen Kies Formule (1) om een formule voor de berekening te kiezen. OPMERKING: Als er geen formules zijn ingeschakeld, zal er een boodschap verschijnen met de waarschuwing om naar Instellingen te gaan en een eGFR-formule in te schakelen. De apparaatbediener moet een of meerdere formules inschakelen, ga dan terug naar stap 1 om de eGFR-rekenmachine te gebruiken.
  • Pagina 42 9 - 36 MEDRAD® MRXperion Gewicht: Voer gewicht van de patiënt in lbs. of kg. (NB: De gewichteenheden in het bewerkbare veld zal worden aangepast met de geselecteerde gewichtseenheid in Systeeminstellingen. De omgerekende waarde voor de andere gewichtseenheid wordt automatisch berekend en hieronder weergegeven.) Nadat alle parameters zijn gedefinieerd, wordt de gewicht gebaseerde dosering (WBD) waarde onderaan het scherm (4) weergegeven.
  • Pagina 43: Protocolmanagement

    Gebruikershandleiding 10 - 37 Protocolmanagement 10.1 Aanmaken of bewerken van een protocol Apparaatbedieners creëren en protocollen bewerken in het beginscherm. Selecteer een pijl (1) voor het aanmaken of bewerken van een protocol. Kies een fasesoort uit de keuzelijst (2) aan de rechterkant van het scherm of kies Verwijderen om een bestaande fase te verwijderen.
  • Pagina 44 10 - 38 MEDRAD® MRXperion Kies twee van de drie parameters (3) (zie "Sectie 15.4.1 - Configureerbare opties van Vloeistofafgifte-Setup" voor meer informatie) en voer de waarden in met het toetsenbord (4). De derde parameter wordt automatisch berekend. Figuur 10 - 2: Voer parameters in Selecteer Invoeren om de ingevoerde waarde te bevestigen of selecteer Annuleren om deze te negeren.
  • Pagina 45 Gebruikershandleiding 10 - 39 Desgewenst kunt u een herinnering instellen of aanpassen. Herinneringen zijn waarschuwingen die worden weergegeven na een door de apparaatbediener aangegeven hoe- veelheid tijd. Het systeem slaat herinneringen op als onderdeel van het protocol. Selecteer Herinneringen (1) op het beginscherm. Figuur 10 - 4: Herinneringen invoeren b.
  • Pagina 46: Een Protocol Opslaan

    10 - 40 MEDRAD® MRXperion Om de testinjectieparameters in te stellen of te wijzigen: Selecteer Testinjectie (1). Figuur 10 - 5: Testinjectieparameters bewerken b. Vink het selectievakje Inschakelen (2) aan om de testinjectiefunctie in te schakelen. Selecteer de parameter (3) die automatisch berekend moet worden. d.
  • Pagina 47: Een Bewaarde Protocol Oproepen

    Gebruikershandleiding 10 - 41 10.3 Een bewaarde protocol oproepen Selecteer Protocolbeheer vanaf het beginscherm. Selecteer de gewenste regio of selecteer Alle weergeven (1). Selecteer de naam van het protocol (2). Selecteer OK (3). Het beginscherm geeft het geselecteerde protocol weer. Figuur 10 - 7: Protocol oproepen Om het protocol te wijzigen, zie "Sectie 10.1 - Aanmaken of bewerken van een...
  • Pagina 48 10 - 42 MEDRAD® MRXperion...
  • Pagina 49: Voorbereidingen Voor Injectie

    Mechanisch gevaar - Letsel bij patiënten kan het gevolg zijn van lekken van vloeistof of scheuren van de slang tijdens een injectie. Gebruik alleen met door Bayer goedgekeurde injectiespuiten en aansluitslangen. Gebruik katheters en aansluitingen met drukwaarden die compatibel zijn met dit systeem.
  • Pagina 50: Voorbereiding Van Controleruimte

    11 - 44 MEDRAD® MRXperion WAARSCHUWING Letsel bij patiënten kan het gevolg zijn van de beweging van de scankamereenheid (injector) nadat de patiënt is verbonden met het vloeistofkanaal. Verplaats de injector niet als de patiënt is aangesloten. Blokkeer de wielen aan de onderkant van het apparaat om onbedoelde bewegingen te voorkomen. 11.1 Voorbereiding van controleruimte 11.1.1 Injectieprotocol voorbereiden Een protocol moet worden ingesteld en vergrendeld vóór de installatie van injectiespuiten om eventueel ingeschakelde...
  • Pagina 51: Een Injectiespuit Installeren

    Gebruikershandleiding 11 - 45 11.2.1 Een injectiespuit installeren MEDEDELING Mechanisch gevaar - Kan leiden tot schade aan apparatuur. Injectiespuiten en aansluitslangen niet met overmatige kracht installeren. Haal de injectiespuiten uit de verpakking. Installeer een nieuwe injectiespuit op het injectorhoofd door deze snel en stevig in één beweging erin te draaien totdat deze stevig op zijn plaats zit en een klik hoorbaar is.
  • Pagina 52 11 - 46 MEDRAD® MRXperion Figuur 11 - 1: Vloeistofbereiding zonder handen Om automatisch de injectiespuit te vullen: Druk op de knop Vullen die overeenkomt met de te vullen injectiespuit. De volume-indicator op het injectorhoofd geeft de hoeveelheid vloeistof aan die geladen moet worden om het getoonde protocol te ondersteunen, inclusief de hoeveelheid die nodig is om de patiëntenslang voor te bereiden.
  • Pagina 53: De Slang Aansluiten En Voorvullen

    Gebruikershandleiding 11 - 47 Sluit de wegwerpaansluitslang aan zoals beschreven in "Sectie 11.2.3 - De slang aansluiten en voorvullen". 11.2.3 De slang aansluiten en voorvullen MEDEDELING Mechanisch gevaar - Kan leiden tot schade aan apparatuur. Injectiespuiten en aansluitslangen niet met overmatige kracht installeren. Haal de verbindingsslang uit de verpakking.
  • Pagina 54 11 - 48 MEDRAD® MRXperion  VOORZORGSMAATREGELEN Verplaats de injector niet als de patiënt is aangesloten. Kan leiden tot licht of matig letsel bij patiënt en/of apparaatbediener. Plaats de injector in de buurt van de scannertafel. Draai het injectorhoofd naar beneden. Sluit de slang aan op de patiënt...
  • Pagina 55: Inschakelen En Injecteren

    Gebruikershandleiding 12 - 49 Inschakelen en injecteren OPMERKING: Controleer of het protocol juist is voorafgaand aan het vergrendelen van het protocol. 12.1 Volume-indicator toevoegen Wanneer het geprogrammeerde totale volume dat geïnjecteerd moet worden groter is dan het restvolume in de injectiespuiten, dan geeft het beginscherm de melding "Volume-indicatoren toevoegen"...
  • Pagina 56 12 - 50 MEDRAD® MRXperion Figuur 12 - 2: Verhinderde Communicatie inschakelen Na onderzoek van het vloeistofkanaal om te bepalen of het vrij is van overtollige lucht, klikken op "Ik heb op lucht gecontroleerd": Figuur 12 - 3: "Ik heb op lucht gecontroleerd" Selecteer Ja om te erkennen dat de apparaatbediener de injectiespuiten en de aansluitslang heeft onderzocht en heeft vastgesteld dat alle lucht is verwijderd.
  • Pagina 57: Inschakeling Vanuit De Scanruimte

    Gebruikershandleiding 12 - 51 Het systeem blijft ingeschakeld totdat aan één van de volgende voorwaarden wordt voldaan, Een apparaatbediener selecteert Uitschakelen op het scherm. Een apparaatbediener drukt op de Afbreken knop op het injectorhoofd of de houder. Een apparaatbediener activeert een van de besturingen van het injectorhoofd anders dan Start/uitstellen of KVO.
  • Pagina 58: Een Testinjectie Starten (Optioneel)

    12 - 52 MEDRAD® MRXperion 12.2.2.1 Een Testinjectie starten (optioneel) Naar aanleiding van de Ik heb op lucht gecontroleerd-bevestiging, drukt u op de Testinjectie knop op het injectorhoofd om een testinjectie te starten. OPMERKING: Een testinjectie kan alleen worden gestart vanaf het injectorhoofd. Het maakt geen deel uit van het geprogrammeerde protocol.
  • Pagina 59: Starten Van Een Injectie

    Gebruikershandleiding 12 - 53 12.4 Starten van een injectie OPMERKING: Het wordt aangeraden dat de apparaatbediener bij de patiënt blijft bij het begin van de injectie. Druk op Start/uitstellen op het injectorhoofd, houder of handschakelaar. OPMERKING: "Hoofdstuk 7 - Systeemlampjes en indicatoren" voor een beschrijving van hoe de systeemlampjes functioneren tijdens het inschakelen, injecteren en/of tijdens een uitstel.
  • Pagina 60: Herinneringen

    12 - 54 MEDRAD® MRXperion Spanningsgrafiek De grafiek toont de druk waargenomen door het systeem tijdens een injectie. Fase Het systeem wijst elke fase aan als deze begint. Herinneringen Geeft het aantal ingestelde herinneringen aan. Geeft de duur van de injectie aan. Verstreken tijd Als een testinjectie is gestart, begint de verstreken tijd nadat de testinjectie is voltooid.
  • Pagina 61: Het Voltooien Van Een Injectie

    Gebruikershandleiding 13 - 55 Het voltooien van een injectie 13.1 Injectie voltooid Wanneer een injectie voltooid is: Het scherm Injectie Voltooid geeft een overzicht van de injectie en de totale hoeveelheid overgebrachte vloeistof. De verstreken tijd van de injectie wordt steeds verhoogd totdat een apparaatbediener het scherm Injectie Voltooid afsluit.
  • Pagina 62: Injectie Afgebroken

    13 - 56 MEDRAD® MRXperion Selecteer Grafiek om een g rafische weergave van de injectie te zien. Figuur 13 - 2: Injectie voltooid - Grafiek Selecteer de pijl links of rechts (1) om door de injectiegeschiedenis te bladeren. (Als de hele injectiegeschiedenis binnen de grafiek past, worden geen pijlen weergegeven.) Een grafische weergave (2) van de fasen en druklimieten van de voltooide injectie wordt weergegeven totdat het Injectie voltooid-scherm wordt verlaten.
  • Pagina 63: Injectie Voltooid Afsluiten

    Gebruikershandleiding 13 - 57 13.3 Injectie voltooid afsluiten 13.3.1 Het uitvoeren van een nieuwe injectie OPMERKING: Afhankelijk van hoe de Vloeistofafgifte-instellingen zijn geconfigureerd, kan het protocol worden gereset na de injectie. De standaardinstelling is dat het systeem het vorige protocol voor de volgende injectie gebruikt.
  • Pagina 64 13 - 58 MEDRAD® MRXperion...
  • Pagina 65: Het Verwijderen Van Wegwerpspuiten En Aansluitslang

    Gebruikershandleiding 14 - 59 Het verwijderen van Wegwerpspuiten en Aansluitslang 14.1 Het verwijderen van Wegwerpspuiten en Aansluitslang WAARSCHUWING Gevaar op biologische verontreiniging - Kan leiden tot ernstig letsel of overlijden van de patiënt en/of apparaatbediener. Verwijder injectiespuiten en aansluitslangen na eenmalig gebruik of als er mogelijk besmetting is ontstaan tijdens de installatie of het gebruik ervan, op de juiste manier.
  • Pagina 66 14 - 60 MEDRAD® MRXperion...
  • Pagina 67: Geavanceerde Configuraties

    Gebruikershandleiding 15 - 61 Geavanceerde configuraties 15.1 Systeeminstellingen Systeeminstellingen stelt de beheerder in staat de instellingen die van invloed zijn op het totale systeem te configureren. Kies na het starten van het menu Setup, selecteer dan Systeem-Setup. Figuur 15 - 1: Instellingscategorieën (Systeem-Setup) Selecteer een optie in Systeeminstellingen of ga naar het volgende scherm voor extra opties.
  • Pagina 68: Configureerbare Opties In Systeeminstellingen

    15 - 62 MEDRAD® MRXperion De parameter instellen voor de geselecteerde optie. Figuur 15 - 3: Optie Parameters voor Audioniveau scherm - Systeemconfiguratie Selecteer OK. Selecteer Ja om te bevestigen en sla de wijzigingen op. 15.1.1 Configureerbare opties in Systeeminstellingen Configureerbare optie Beschrijving Taal...
  • Pagina 69: Protocolmanagerinstellingen

    Gebruikershandleiding 15 - 63 15.3 Protocolmanagerinstellingen Met de Protocolmanagerinstellingen kan de apparaatbediener de volgorde en de weergave van de protocollen beheren die zijn opgeslagen in de protocolmanager. Voor het opstellen of bewerken van een protocol, zie "Sectie 10.1 - Aanmaken of bewerken van een protocol".
  • Pagina 70: Protocollijst Opnieuw Indelen

    15 - 64 MEDRAD® MRXperion 15.3.2 Protocollijst opnieuw indelen Selecteer de naam van het protocol in het scherm Protocolmanagerinstellingen. Selecteer Omhoog of Omlaag. Figuur 15 - 6: Protocollijst opnieuw indelen 15.3.3 Een regio verbergen/tonen Selecteer de gewenste regio in het scherm Protocolmanagerinstellingen. Selecteer VERBERGEN om een regio te verbergen en selecteer TONEN om een verborgen regio weer te geven.
  • Pagina 71: Naam Van Een Regio Wijzigen

    Gebruikershandleiding 15 - 65 15.3.4 Naam van een regio wijzigen Selecteer de gewenste regio in het scherm Protocolmanagerinstellingen. Selecteer NAAM WIJZIGEN. Figuur 15 - 8: Naam van een regio wijzigen Voer de naam in met behulp van het toetsenbord dat verschijnt en selecteer Invoeren. Selecteer OK, selecteer vervolgens Ja in het bevestigingsvenster om wijzigingen op te slaan.
  • Pagina 72 15 - 66 MEDRAD® MRXperion Selecteer een optie voor Instellen vochttoediening (1) of ga verder naar het volgende scherm voor extra opties (2). Figuur 15 - 10: Instelscherm (Vloeistofafgifte-Setup) De parameter instellen voor de geselecteerde optie. Figuur 15 - 11: Optie Parameters (Vloeistofafgifte-Setup) Selecteer OK.
  • Pagina 73: Configureerbare Opties Van Vloeistofafgifte-Setup

    Auto Laden 5 ml voor gebruik met 115ml injectiespuitnaald (grote naald) van Bayer Doorspoelvolume 2 ml voor gebruik met 65 ml injectiespuitnaald (kleine naald) van Bayer Raadpleeg voor andere vulapparaten de gebruiksinstructies van de fabrikant. Soorten Soort contrastvloeistof instellen of toevoegen. Zie "Sectie 15.4.2 - Instellen soort...
  • Pagina 74 15 - 68 MEDRAD® MRXperion Bewerk de informatie voor elk van de volgende punten door een tabblad (2) aan de linkerzijde van het scherm te selecteren en de parameters in te voeren: Figuur 15 - 12: Een nieuw soort contrastmiddel toevoegen Naam contrastmiddel: Selecteer een bestaande naam van een contrastmiddel uit de lijst (3) of voeg een naam van een nieuw contrastmiddel door Nieuw toevoegen (4) te selecteren en het invoeren van de naam van het contrastmiddel met behulp van het toetsenbord dat op het scherm verschijnt.
  • Pagina 75: Het Bewerken Van Een Bestaand Contrastmiddel

    Gebruikershandleiding 15 - 69 15.4.2.2 Het bewerken van een bestaand contrastmiddel Selecteer Contrastmiddellen op het Instellen van vloeistoftoediening scherm. Selecteer een opgeslagen Contrastmiddel (1) op het Contrastconfiguratie scherm en selecteer Bewerken (2). Figuur 15 - 13: Selecteer een bestaande contrastmiddel om te bewerken Bewerk de informatie voor elk van de volgende punten door een tabblad (2) aan de linkerzijde van het scherm te selecteren en de parameters in te voeren (zie figuur 15 - 14): Naam contrastmiddel: Selecteer een bestaande naam van een contrastmiddel uit de lijst (3) of voeg een naam...
  • Pagina 76: Beheer Van Contrastmiddel

    15.5 Help Vanuit het Help-scherm kunnen apparaatbedieners van toepassing zijnde octrooi-informatie, gelicentieerde functies en de softwareversie van hun systeem bekijken. Informatie met betrekking tot de handleiding en Bayer HealthCare Services is ook terug te vinden op de Help-scherm. 15.5.1 Toegang tot het Help-systeem Open de systeeminstellingen door Start menu (1) te openen.
  • Pagina 77: Status

    Gebruikershandleiding 15 - 71 Figuur 15 - 16: Navigeren in Help-systeem 15.6 Status Indien beschikbaar geeft Status een indicatie van de informatie van de systeemstatus. Indien geselecteerd, zal Status informatie tonen die nuttig kan zijn bij het invoeren van verzoeken om ondersteuning. Figuur 15 - 17: Status...
  • Pagina 78 15 - 72 MEDRAD® MRXperion...
  • Pagina 79: Systeemmeldingen

    Gebruikershandleiding 16 - 73 Systeemmeldingen Het systeem toont berichten op het scherm als zich omstandigheden of gebeurtenissen voordoen. Er zijn drie type basismeldingen: Type 1 berichten Type 2 berichten Type 3 berichten 16.1 Type 1 Berichten Type 1 berichten geeft informatie over de huidige status van het systeem en verdwijnen automatisch. Deze berichten worden meestal weergegeven in de rechterbenedenhoek van het scherm.
  • Pagina 80: Type 3 Berichten

    Sommige type 3 berichten geven suggesties om te voorkomen dat de storing weer optreedt. Noteer de code en het nummer in de linkerbenedenhoek van het dialoogvenster als de storing niet opgelost kan worden en bel Bayer HealthCare Services voor assistentie.
  • Pagina 81: Onderhoud En Controle

    De volgende procedures worden aanbevolen voor de dagelijkse reiniging en inspectie van alle onderdelen van het systeem. Indien gebreken worden geconstateerd, het systeem repareren of Bayer HealthCare Services bellen voor service. Gebruik het systeem niet totdat het probleem verholpen is.
  • Pagina 82: Het Schoonmaken Van De Voet

    Alle relevante richtlijnen voor de faciliteit en de plaatselijke of nationale veiligheidsaanbevelingen met betrekking tot de kabels en de installatie moeten worden opgevolgd. OPMERKING: Neem voor onderhoud of reparaties contact op met Bayer HealthCare Services of met uw plaatselijke dealer. 17.1.4 schoonmaken van het scherm MEDEDELING Elektromechanisch gevaar - kan leiden tot schade aan apparatuur.
  • Pagina 83: Inspectie Van Het Scherm

    Eens per maand moet het hele systeem grondig worden gecontroleerd en schoongemaakt en een moet er een functioneringscontrole worden uitgevoerd. Koppel het systeem los van de netspanning alvorens te gaan schoonmaken. Indien gebreken worden geconstateerd, ofwel het systeem repareren of Bayer HealthCare Services bellen voor service. Gebruik het systeem niet totdat het probleem verholpen is.
  • Pagina 84: Jaarlijks

    17.3.1 IJking van het Injectiesysteem Bayer beveelt aan jaarlijks een volledige ijking van het systeem en controle van de werking uit te voeren. Neem contact op met Bayer HealthCare Services of uw plaatselijke Bayer-kantoor voor volledige gegevens.
  • Pagina 85: Specificaties

    Gebruikershandleiding 18 - 79 Specificaties 18.1 Schermspecificaties 18.1.1 Schermafmetingen OPMERKING: Vermelde afmetingen zijn bij benadering. 18.1.2 Schermaansluitingen Ethernetaansluiting (alleen met Bayer HealthCare Handschakelaaraansluiting Services) Ethernetaansluiting 2 (naar het scherm) Glasvezelaansluitingen Stroomaansluiting...
  • Pagina 86: Stroomvereisten Invoer Scherm

    18 - 80 MEDRAD® MRXperion 18.1.3 Stroomvereisten invoer scherm 100-240 VAC 47-63 Hz 1.6A 18.1.4 houder Invoerstroomvereisten 100-240 VAC 50 - 60 Hz 0.35A 18.2 Injector (scankamereenheid) specificaties 18.2.1 Injector (scankamereenheid) afmetingen OPMERKING: Vermelde afmetingen zijn bij benadering.
  • Pagina 87: Afmetingen Stroomtoever Scankamereenheid

    Gebruikershandleiding 18 - 81 18.2.2 Afmetingen stroomtoever scankamereenheid (1) AC hoofdstroomvoorziening en hoofdschakelaar (2) Invoer en uitvoer scankamereenheid 18.2.3 houder stroomvereisten 100-240 VAC 50/60 Hz 120VA - 210VA 18.3 Omgevingsspecificaties 18.3.1 Niet-operationeel (Vervoer en opslag) Temperatuur: -20 °C tot 60°C (-4°F tot 140 °F) Luchtvochtigheid: 5% tot 100% R.H.
  • Pagina 88: Bescherming Tegen Elektrische Schokken

    18.3.4 EMI / RFI Het injectorsysteem is geclassificeerd als groep 1, klasse B conform de vereisten van EN / IEC 60601-1-2: 2007. Accessoires geleverd door Bayer voldoen aan deze norm. 18.3.5 Bescherming tegen het binnendringen van vloeistoffen Vanaf IEC60601-1: 2012 (editie 3.1), is de scankamereenheid geclassificeerd als druipwaterdicht apparatuur. De onderdelen...
  • Pagina 89: Systeemcapaciteiten

    Gebruikershandleiding 18 - 83 18.4 Systeemcapaciteiten INJECTIESPUIT A: Wegwerp 65 mL INJECTIESPUIT B: Wegwerp 115 ml 0,5 ml max. spuitvolume in: INJECTIESPUIT A: stappen van 0,1 ml tot 31 mL VOLUME (Programmeerbare): stappen van 1 ml boven 31 mL INJECTIESPUIT B: 1 ml tot max.
  • Pagina 90: Prestaties Van Systeemvloeistof

    18 - 84 MEDRAD® MRXperion 18.7 Prestaties van systeemvloeistof Het vermogen van de injector om druk te genereren is slechts één factor die van invloed maximale doorstroomsnelheden. Andere factoren zijn onder meer: Katheterdiameter Viscositeit van de vloeistof Lengte van de buis Aantal buisgedeelten Buisdiameter De temperatuur van de vloeistof, buis en injectiespuiten tijdens de injectie...
  • Pagina 91: Grondcontinuïteit

    Gebruikershandleiding 18 - 85 18.10 Grondcontinuïteit De weerstand van de aarde-aansluiting aan het uiteinde van de stekker van het AC-netsnoer tot elk blootgestelde metaal op de scankamereenheid of de stroomvoorzieningsbehuizing moet minder zijn dan 0,2 ohm. 18.11 Classificaties Ontvlambare anesthetica: Het systeem is niet geschikt voor gebruik in aanwezigheid van een ontvlambaar narcotisch mengsel met lucht, zuurstof of lachgas.
  • Pagina 92 18 - 86 MEDRAD® MRXperion...
  • Pagina 93: Opties En Accessoires

    Gebruikershandleiding 19 - 87 Opties en accessoires 19.1 MEDRAD MRXperion MR injectiesysteem Cataloognummer MEDRAD MRXperion MR injectiesysteem MRXP 200 19.2 MEDRAD® MRXperion MR injectiesysteem spuitkit Cataloognummer 65/115 ml injectiespuiten met 96" Lage druk T-Connectorbuis met controleklep en twee XP 65/115 VS naalden 19.3 Handschakelaar...
  • Pagina 94 19 - 88 MEDRAD® MRXperion...
  • Pagina 95: Conform En/Iec 60601-1-2: 2007

    Niet blootstellen aan hoge magnetische velden. Draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur kan invloed hebben op het systeem. Gebruik alleen accessoires en opties van Bayer die speciaal zijn ontworpen voor het systeem. Andere niet-Bayer accessoires of opties kunnen schade veroorzaken aan de apparatuur of kunnen leiden tot verhoogde emissies of verminderde immuniteit van het systeem.
  • Pagina 96 20 - 90 MEDRAD® MRXperion Aanbevolen afstanden tussen draagbare en mobiele RF-comunicatieapparatuur en het systeem Het systeem is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving waar uitgestraalde RF-storingen onder controle worden gehouden. De klant of de apparaatbediener van het systeem kan elektromagnetische interferentie helpen voorkomen door een minimumafstand te bewaren tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur (zenders) en het systeem volgens de onderstaande aanbevelingen, al naar gelang het maximale uitgangsvermogen van de communicatieapparatuur.
  • Pagina 97 Gebruikershandleiding 20 - 91 Richtlijnen en verklaring van de fabrikant - Elektromagnetische immuniteit Dit systeem is bedoeld voor gebruik in de hieronder aangegeven elektromagnetische omgeving. De klant of apparaatbediener van het systeem moet ervoor zorgen dat het wordt gebruikt in een dergelijke omgeving. Elektromagnetische omgeving - Immuniteitstest IEC 60601 testniveau...
  • Pagina 98 20 - 92 MEDRAD® MRXperion Richtlijnen en verklaring van de fabrikant - Elektromagnetische immuniteit Dit systeem is bedoeld voor gebruik in de hieronder aangegeven elektromagnetische omgeving. De klant of apparaatbediener van het systeem moet ervoor zorgen dat het wordt gebruikt in een dergelijke omgeving. Immuniteitstest IEC 60601 testniveau Nalevingsniveau...
  • Pagina 100 Verenigde Staten en andere landen, zijn alle patiëntgegevens die in dit document worden weergegeven, fictief. Er worden geen daadwerkelijke patiëntgegevens getoond. Bayer HealthCare en Bayer HealthCare Services. Ga voor een volledige lijst van Bayer-kantoren en -dealers naar: http://www.radiology.bayer.com Radiologie http://www.radiology.bayer.com Bayer Medical Care www.bayerhealthcare.com...

Inhoudsopgave