Storing stuurkolomvergrendeling
knippert
Melding betreffende een storing van de stuur-
kolomvergrendeling
›
De wagen stilzetten.
›
De hulp van een specialist inroepen.
Na het afzetten van het contact is het niet meer mo-
gelijk het contact in te schakelen, de stuurinrichting
te vergrendelen en de elektrische verbruikers in te
schakelen.
knippert
Melding betreffende een storing van het
stuurslot
›
Er kan voorzichtig verder worden gereden. De hulp
van een specialist inroepen.
Stuurkolomvergrendeling niet ontgrendeld
knippert
Melding betreffende de noodzakelijke stuur-
wielbeweging
›
Het stuurwiel iets heen en weer bewegen.
›
Als de stuurinrichting niet wordt ontgrendeld, de
wagen stilzetten en de hulp van een specialist in-
roepen.
Stuurwielverwarming
Voorwaarden
✓ De motor draait.
Bediening
›
De toets
op het multifunctiestuurwiel indrukken,
om de stuurwielverwarming in te schakelen.
Of:
›
onder het infotainment indrukken
het infotainmentbeeldscherm aantippen.
De stoelverwarming wordt met maximumverwar-
mingsvermogen ingeschakeld. Door nogmaals op de
toets te drukken, wordt het verwarmingsvermogen
teruggeregeld tot de verwarming uitschakelt.
Instellingen
Stuurwielverwarming samen met de bestuurders-
stoelverwarming
Bij ingeschakelde functie wordt door het indrukken
van de toets voor de bestuurdersstoelverwarming
ook de stuurwielverwarming in- resp. uitgeschakeld.
De functie als volgt inschakelen.
Stoelen, stuurwiel en spiegels ›
›
De toets
onder het infotainment indrukken
op het infotainmentbeeldscherm aantippen.
›
Het menupunt voor de stuurwielverwarming sa-
men met de bestuurdersstoelverwarming selecte-
ren.
Binnenspiegel
Bediening
Binnenspiegel met handmatige dimfunctie
Binnenspiegel met zelfdimfunctie
Het dimmen van de spiegel wordt na het starten van
de motor automatisch geregeld door de sensoren in
de spiegel.
VOORZICHTIG
Gevaar voor ongevallen!
Een oplichtend display van bv. een mobiele telefoon
of een navigatie-apparaat kan de werking van de
zelfdimfunctie beïnvloeden.
Deze apparaten niet in de buurt van de spiegel be-
▶
vestigen.
Buitenspiegels
Bediening
Standen van draaiknop
De buitenspiegels kunnen afhankelijk van de uitrus-
ting handmatig of elektrisch inklapbaar zijn.
op
Spiegels verwarmen bij draaiende motor
Spiegelvlakken instellen
›
De stand of selecteren.
›
De draaiknop in de richting van de pijlen bewegen.
Stuurwielverwarming
39
Spiegel niet gedimd
A
Spiegel gedimd
B
Spiegel links instel-
len
Bediening uitschake-
len
Spiegel rechts instel-
len
Spiegels elektrisch
inklappen (om terug
te klappen een ande-
re stand selecteren)