›
Het oliepeil aflezen en de oliepeilstok opnieuw erin
schuiven.
Het oliepeil moet in het gemarkeerde gebied liggen.
LET OP
Gevaar voor beschadiging van de motor en het uit-
laatsysteem!
Het oliepeil mag niet buiten het gemarkeerde ge-
▶
beid liggen. Als het bijvullen van motorolie niet mo-
gelijk is of als het oliepeil boven het gemarkeerde
gebied ligt, niet verder rijden. De motor afzetten en
de hulp van een specialist inroepen.
Geen additieven gebruiken.
▶
Oliepeil in het infotainment controleren
›
Een paar minuten wachten tot de motorolie in de
carterpan is teruggestroomd.
›
In het infotainment het volgende menu selecteren.
Oliepeil
Of:
Oliepeil
In het infotainment wordt een schaal met informatie
over het motoroliepeil of een aanwijzing over de aan-
passing het oliepeil weergegeven.
De aanwijzingen over de aanpassing van het olie-
▶
peil in acht nemen.
Bij het openen van de motorkap wordt op het dis-
play van het instrumentenpaneel een schaal met in-
formatie over het motoroliepeil weergegeven.
Verbruik
De motor verbruikt, afhankelijk van de rijstijl en de
bedrijfsomstandigheden, iets olie (tot 0,5 l/1.000
km). Tijdens de eerste 5.000 km kan het olieverbruik
ook daarboven liggen.
Bijvullen
›
De dop van de motorolievulopening losdraaien.
›
De voorgeschreven olie met telkens 0,5 liter per
keer bijvullen.
›
Het oliepeil controleren.
›
De dop van de motorolievulopening dichtdraaien.
Specificatie
Informeer bij een specialist naar de juiste motorolie-
specificatie voor uw wagen.
Motor, uitlaatsysteem en brandstof ›
Indien geen olie met de juiste specificatie beschik-
baar is, kan tot de volgende olieverversing max. 0,5 l
olie met de volgende specificatie worden gebruikt.
Benzinemotoren: VW 504 00, VW 508 00,
▶
ACEA C3, ACEA C5.
Dieselmotoren: VW 507 00, VW 509 00,
▶
ACEA C3 of API CJ-4. Bij wagens zonder roetfilter
kan optioneel de motorolie VW 505 01 worden ge-
bruikt.
Vervangen
De olie door een specialist laten verversen.
Probleemoplossing
Motoroliedruk te laag
knippert, tegelijkertijd brandt
›
Het motoroliepeil controleren.
Het oliepeil is in orde, het controlelampje blijft knip-
peren:
›
De motor afzetten en de hulp van een specialist in-
roepen.
Motoroliepeil te laag
brandt samen met
Melding dat motorolie moet worden bijgevuld
›
Het motoroliepeil controleren, zo nodig olie bijvul-
len.
Motoroliepeil te hoog
brandt samen met
Melding motoroliepeil verlagen
›
Het motoroliepeil controleren.
Het oliepeil is te hoog:
›
Voorzichtig verder rijden.
›
De hulp van een specialist inroepen.
Motoroliepeilsensor defect
brandt samen met
Melding motoroliepeilsensor
›
Voorzichtig verder rijden.
›
De hulp van een specialist inroepen.
Motorolie
135