¡ Houd voor de installatie de actueel gelden-
de bouwvoorschriften en de voorschriften
van het regionale elektriciteitsbedrijf aan.
¡ Bouw het apparaat in overeenkomstig de
inbouwtekening. Houd de minimale afstan-
den aan.
¡ Inbouw achter meubeldeuren: het sluiten
van dergelijke deuren tijdens het gebruik
moet door geschikte maatregelen worden
uitgesloten. Er bestaat gevaar door overver-
hitting als de deur tijdens het gebruik of tij-
dens het afkoelen (ventilatorwerking) niet
open blijft.
¡ Voor het eerste gebruik verpakkingsmateri-
aal en plakfolie verwijderen uit de binnen-
ruimte en van de deur.
¡ Maataanduidingen van de afbeeldingen in
mm.
22.2 Planningsaanwijzingen
Houd de volgende planningsinstructies aan voor de in-
bouw van het apparaat.
¡ De draairichting is niet wisselbaar.
¡ De afstand van de meubelromp tot het deurfrontop-
pervlak bedraagt 47 mm.
¡ Houd rekening met het uitsteeksel bij het front voor
het openen van laden aan de zijkant.
¡ Houd bij de planning van een hoekoplossing reke-
ning met een deuropeningshoek van tenminste 90°.
¡ Bouw boven dit apparaat geen ander apparaat in de
kast in.
¡ De apparaatuitvoering waarbij het bedieningsge-
deelte zich aan de onderkant bevindt niet inbouwen
boven een vaatwasmachine. Opstijgende damp uit
de vaatwasser kan de elektronica van het apparaat
beschadigen.
22.3 Afmetingen van het apparaat
Hier vindt u de afmetingen van het apparaat.
BS450 / BS451
BS454 / BS455
22.4 Meubel voorbereiden
Vereiste: Inbouwmeubels dienen tot 90°C en aangren-
zende meubelfronten tot 70°C temperatuurbestendig te
zijn.
Zorg ervoor dat de aansluitdoos zich buiten de in-
1.
bouwnis bevindt.
De uitsnijdingswerkzaamheden aan het meubel uit-
2.
voeren en dan het apparaat plaatsen.
Verwijder na de uitsnijwerkzaamheden de spanen.
3.
Spanen kunnen de werking van elektrische compo-
nenten hinderen.
Niet-bevestigde meubels met een gebruikelijke, in
4.
de handel verkrijgbare montagehoek aan de wand
bevestigen.
Het apparaat slechts zo hoog inbouwen dat de klant
5.
de passende toebehoren zonder probleem kan ver-
wijderen.
22.5 Elektrische aansluiting
Om het apparaat elektrisch veilig te kunnen aansluiten,
dient u deze aanwijzingen in acht te nemen.
¡ Het apparaat voldoet aan beveiligingsklasse I en
mag alleen met een geaarde aansluiting worden ge-
bruikt.
¡ De zekering dient in overeenstemming te zijn met
de vermogensopgave op het typeplaatje en de loka-
le voorschriften.
¡ Het apparaat moet bij alle montagewerkzaamheden
spanningsloos zijn.
¡ Het apparaat mag alleen met de meegeleverde aan-
sluitkabel worden aangesloten. Steek de aansluitka-
bel op de achterzijde van het apparaat volledig er
in.
¡ De aansluitkabel mag alleen worden vervangen
door een originele kabel. Bij aansluitkabel is ver-
krijgbaar bij de service.
¡ De bescherming tegen aanraking dient door de in-
bouw te zijn gewaarborgd.
Aansluitkabel met geaarde stekker
Bij een apparaat met randaardestekker houdt u deze
instructie aan.
¡ Sluit het apparaat uitsluitend via een volgens de
voorschriften aangebracht stopcontact met randaar-
de.
Montagehandleiding nl
59