4. Om de instellingen die u hebt geconfigureerd toe te passen gaat u terug naar het
dialoogvenster in stap 2 van deze procedure en drukt u op J.
u De kleur en het lijntype van een bepaald object opgeven
1. Volg de procedure in "Objecten selecteren en deselecteren" (pagina 14-19) om het object te
selecteren waarvan u de kleur en/of het lijntype wilt opgeven.
2. Druk op !f(FORMAT).
• Hierdoor wordt een dialoogvenster weergegeven met ondersteunde instellingen, die
afhangen van de samenstelling van het geselecteerde object.
3. Voer de procedure uit vanaf stap 3 in "De kleur en het lijntype opgeven van alle
weergegeven objecten " (pagina 14-21).
k Gebruik van het menu Construeren
Druk op 4(Construct) om het menu Construeren weer te geven. Met het menu Construeren
kunt u verschillende soorten geometrische objecten construeren, zoals een loodrechte
bissectrice, parallel, hoekbissectrice, enz.
u Een loodrechte bissectrice construeren
1. Teken een lijnstuk en selecteer deze.
2. Voer de volgende bewerking uit: 4(Construct) – 1:Perp Bisector.
• Hierdoor wordt de loodrechte bissectrice van het geselecteerde lijnstuk getekend.
Opmerking
U kunt een loodrechte bissectrice construeren wanneer op het scherm een enkel lijnstuk, één
zijde van een polygoon, of twee punten zijn geselecteerd.
→
→
14-22