HOOFDSTUK 9
ECG-MONITORING
Inleiding
De producten in de M Series kunnen gebruikt worden voor
ECG-monitoring op korte of lange termijn.
De producten in de M Series hebben ingebouwde beveilig-
ingscircuits om te voorkomen dat de ECG-monitoringscirc-
uits beschadigd worden tijdens defibrillatiepogingen. Mon-
itoring elektroden kunnen tijdens de ontlading van de defi-
brillator gepolariseerd worden, waardoor de ECG-curve
kortstondig van het scherm verdwijnt. Dit effect wordt door
hoogwaardige zilver/ zilverchloride (Ag/AgCl) elektroden
geminimaliseerd en de circuits in het instrument brengen
het ECG binnen een paar seconden weer op het monitor-
display.
ECG-monitoring kan bewerkstelligd worden met een ECG-
patiëntenkabel, multifunctie-kussentjes of met standaard
defibrillatiepaddles. Het gebruik van een ECG-patiënten-
kabel en elektroden is echter nodig voor bewaking tijdens
de pacing.
Voorbereidingen
De juiste aanbrenging en plaatsing van elektroden is
essentieel voor hoogwaardige ECG-monitoring. Door een
goed contact tussen de elektrode en de huid worden
bewegingsartefacten en storing van signalen
geminimaliseerd.
Plaatsing van elektroden
Afhankelijk van het plaatselijk gebruik worden de ECG-
afleidingen ofwel als LA, RA, LL, RL en V of als L, R, F, N
en C gemarkeerd. Markeringen en kleurencodes voor de
verschillende afleidingssets zijn in de tabel aangegeven.
OPGELET: Om brandwonden als gevolg van elektro-
chirurgie op de bewakingsplaatsen te voorkomen,
moet gezorgd worden dat de retourleiding van het
elektrochirurgie apparaat naar behoren is aangesloten
zodat er geen retourstroombaan via de bewaking-
selektroden of sondes kan worden gemaakt.
Tijdens elektrochirurgie neemt u de volgende richtliijnen in
acht om storing door elektrochirurgieapparatuur te mini-
maliseren en voor maximale veiligheid van de gebruiker en
de patiënt te zorgen:
• Houd alle patiëntbewakingskabels uit de buurt van de
aardaansluiting en van de messen en retourleidingen
van de elektrochirurgieapparatuur.
• Gebruik elektrochirurgieaardingsbanen met het grootst
mogeliijke contactgebied; en
• Zorg altijd voor de juiste aanbrenging van de elektro-
chirurgische retourelektrode op de patiënt.
ECG-afleidingen zijn tegen defibrillatie beveiligde patiëntaansluitingen van het type CF.
IEC-kleur-
AHA- kleur-
codering
codering
R/Rode
RA/Witte
elektrode
elektrode
L/Gele
LA/Zwarte
elektrode
elektrode
F/Groene
LL/Rode
elektrode
elektrode
N/Zwarte
RL/Groene
elektrode
elektrode
C/Witte
V/ Bruin
elektrode
RA
LA
V
LL
RL
Monitoring elektroden aanbrengen
Verwijder de beschermlaag van de ECG-elektrode. Zorg dat er
geen elektrolyt-gel op de kleefzijde terecht komt.
Breng de ECG-elektroden stevig op de huid van de patiënt aan
en druk ze om de gehele omtrek van de elektroden aan.
Bevestig snap-on afleidingen en controleer of er een goed
contact is tussen de elektrode en het uiteinde van de afleiding.
Steek de connector van de patiëntenkabel in de ECG-
ingangsconnector (die zich op het achterpaneel van het
instrument bevindt).
9-1
Plaatsing van elektroden
Vlakbij rechter mid-
claviculaire lijn, onmiddellijk
onder het sleutelbeen
plaatsen.
Vlakbij linker mid-claviculaire
lijn, onmiddellijk onder het
sleutelbeen plaatsen
Tussen 6de en 7de
intercostale ruimte op mid-
claviculaire lijn plaatsen.
Tussen 6de en 7de
intercostale ruimte op rechter
mid-claviculaire lijn plaatsen.
Enkele verplaatsbare
borstelektrode