RUITENWISSER/-SPROEIER VOOR
Auto voorzien van ruitenwisser
met interval
– A uit
– B wissen met intervallen
De ruitenwissers maken een pauze van
enkele secondes tussen het wissen.
Het is mogelijk om de ruimte tussen
het wissen te wijzigen door de ring te
draaien 2.
– E minimale snelheid
– F maximale snelheid
C langzaam continu wissen
– D snel continu wissen
(1/3)
1
1
A
B
C
D
Bijzonderheid
Tijdens het rijden gaat de wisser langza-
mer werken als de auto stopt. Van snel con-
tinu wissen naar langzaam continu wissen.
Zodra de auto weer gaat rijden, beginnen
de wissers weer met de oorspronkelijk inge-
stelde snelheid te werken.
Als de auto stilstaat zorgt het bewegen van
de knop 1 dat de automatische functie voor-
bij gaat.
Bij alle auto's is stand C te gebruiken
met contact aan en de standen B en D
alleen met draaiende motor.
Auto voorzien van ruitenwissers
voor met regensensor
– A uit
2
E
– B automatisch wissen
Als deze stand geselecteerd is, detec-
teert het systeem de aanwezigheid van
water op de voorruit en zet de ruitenwis-
sers aan op de juiste snelheid. Het is mo-
gelijk de inschakeldrempel te wijzigen
door de ring 2 te draaien.
– E lage gevoeligheid
F
– F grote gevoeligheid
– C langzaam wissen
– D snel wissen
1.73