Advertenties
AUTOMATISCHE TRANSMISSIE
1
2
Werking
Versnellingshendel 1 in stand P, zet het con-
tact aan.
Houd uw voet op het rempedaal (het lampje
c
op het display 3 dooft), als u de stand
P verlaat.
Om de stand P te verlaten, drukt u op
het rempedaal en dan op de ontgrendel-
knop 2.
Alleen als de auto stilstaat, het rempe-
daal is ingedrukt en het gaspedaal niet is
ingedrukt, mag de selecteurhendel in de
standen D of R worden geplaatst.
(1/3)
3
4
Het display 3 van het instrumentenpaneel
geeft de werkstand en de geselecteerde ver-
snelling aan.
4 :
weergave van de werkstand of van de
ingeschakelde versnelling bij handbe-
diening
P:
parkeren
R : achteruitversnelling
N:
neutraal
D : automatische werking
M : handbediende werking
Stand automatisch
Zet de selecteurhendel in stand D. In de
meeste gevallen hoeft u de selecteurhendel
niet meer te verplaatsen. Er wordt automa-
tisch geschakeld in overeenstemming met
de belasting van de auto, de hoeveelheid
gas die u geeft en de helling van de weg.
Zuinig rijden
Laat de hendel tijdens het rijden in stand D
staan en druk het gaspedaal matig in: de
versnellingen schakelen automatisch bij een
laag toerental.
Accelereren en inhalen
Druk het gaspedaal snel en diep in (voorbij
het "zware punt" van het pedaal).
Hierdoor wordt, binnen de mogelijkhe-
den van de motor, teruggeschakeld naar
de optimale versnelling.
2.45
Advertenties
Hoofdstukken
