SNELHEIDSREGELAAR/-BEGRENZER: regelaarfunctie
1
Uitschakelen van de functie
De snelheidsregelaar wordt gedeactiveerd
als u drukt op de schakelaar 1: in dit geval
wordt er geen snelheid opgeslagen. De
groene controlelampjes 6 en 7 van het in-
strumentenpaneel gaan uit om aan te geven
dat de functie is gedeactiveerd.
(5/5)
7
6
Het onderbreken of uitschake-
len van de snelheidsregelaar
brengt geen snelle snelheids-
vermindering met zich mee: u
moet remmen door het rempedaal in te
drukken.
2.37