KLIMAAT
||
1. Druk op
Instellingen
op het hoofdscherm
van het middendisplay.
2. Druk op
Klimaat
.
3. Kies
Luchtkwaliteitssensor
kwaliteitssensor te activeren/deactiveren.
Gerelateerde informatie
•
Luchtkwaliteit (p. 184)
•
Interieurfilter (p. 185)
•
Clean Zone Interior Package* (p. 185)
•
Luchtrecirculatie activeren/deactiveren
(p. 198)
186
Klimaatregelingsbediening
De klimaatregelingsfuncties zijn te bedienen via
het middendisplay, de fysieke knoppen op de
middenconsole en het klimaatpaneel achter op
om de lucht-
de tunnelconsole*.
Overzicht van de
klimaatregelingsbediening
Klimaatregelingsbediening op het midden-
display.
Ontwasemingsknoppen op de middencon-
sole.
Klimaatregelingsbediening achter op de tun-
nelconsole*.
Gerelateerde informatie
•
Klimaatregeling (p. 182)
•
Klimaatregelingsbediening op het midden-
display (p. 187)
•
Klimaatregelingsbediening achter op de tun-
nelconsole* (p. 188)
•
Ontwaseming van ruiten en buitenspiegels
activeren/deactiveren (p. 195)
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.