INSTRUMENTEN, SCHAKELAARS EN BEDIENING
||
Portiergrepen
Auto's uitgerust met passieve vergrendeling/
ontgrendeling* hebben een aanrakingsgevoelige
verdieping aan de buitenkant van de portiergre-
pen.
–
Leg uw vinger tegen de aanraakgevoelige
verdieping aan de buitenkant van een van de
portierhandgrepen totdat het schuif-/kantel-
dak in beweging komt richting de gesloten
stand. Laat daarna de verdieping in de por-
tierhandgreep los.
De beweging stopt als u uw vinger weer tegen
de verdieping van de portierhandgreep legt of
wanneer het schuif-/kanteldak de gesloten stand
heeft bereikt.
WAARSCHUWING
Als u het schuifdak met de transpondersleu-
tel, de knop voor de centrale vergrendeling of
de portiergreep sluit, moet u controleren of
niemand bekneld raakt.
BELANGRIJK
Controleer of het schuifdak bij het sluiten
goed vergrendelt.
Zonnescherm
Aan de binnenkant van het schuifdak zit een
handbediend zonnescherm. Het zonnescherm
glijdt automatisch naar achteren bij het openen
162
van het schuif-/kanteldak. Pak de handgreep
vast en schuif het scherm naar voren om het te
sluiten.
Inklembeveiliging
Het schuif-kanteldak is voorzien van een inklem-
beveiliging die wordt geactiveerd, als het schuif-/
kanteldak tijdens het sluiten door een voorwerp
wordt geblokkeerd. Het schuif-/kanteldak komt
dan tot stilstand en wordt vervolgens geopend tot
op zo'n 50 mm van de geblokkeerde stand (of tot
de maximale ventilatiestand). De inklembeveili-
ging werkt ook bij het openen van het schuif-/
kanteldak.
Ook als de inklembeveiliging in werking is getre-
den, is het mogelijk om het schuif-/kanteldak
nog een keer zonder inklembeveiliging in
dezelfde richting te bewegen, op voorwaarde dat
deze beweging binnen 10 seconden na active-
ring van de inklembeveiliging wordt gestart. Wan-
neer sluiten onmogelijk is door bijvoorbeeld ijs-
vorming rond het schuif-/kanteldak, is de inklem-
beveiliging met andere woorden op te heffen. U
doet dat door de bedieningsknop vooruit/omlaag
te duwen, totdat het schuif-/kanteldak dichtstaat.
Gerelateerde informatie
•
Schuif-/kanteldak* (p. 159)
•
Contactslotstanden (p. 397)
•
Transpondersleutel (p. 234)
•
Vergrendelen/ontgrendelen vanaf de bin-
nenzijde (p. 243)
•
Vergrendelen/ontgrendelen vanaf de buiten-
zijde (p. 239)
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.