Inhoudsopgave
Advertenties
1. Apparaatoverzicht en basishandelingen
Verificatie met behulp van de gebruikerscode
Wanneer Verificatie met behulp van de gebruikerscode is opgegeven als
verificatiemethode op het apparaat, dient u de gebruikerscode op te geven voordat u een
toepassing gebruikt.
1
1. Voer de gebruikerscode in en druk op [OK].
• Als u klaar bent met een toepassing, drukt u op [Energiesp.st.] (
[Resetten] ingedrukt om de verificatiestatus vrij te geven.
Het inlogwachtwoord wijzigen met behulp van het bedieningspaneel
Wanneer Basisverificatie, Windows-verificatie of LDAP-verificatie is geconfigureerd op
het apparaat, dient u het wachtwoord periodiek te wijzigen om te voorkomen dat het
apparaat wordt gebruikt door onbevoegde personen.
Wachtwoorden kunnen de volgende tekens bevatten. Zorg ervoor dat het wachtwoord
moeilijk te raden is.
• Hoofdletters: A t/m Z (26 tekens)
• Kleine letters: a t/m z (26 tekens)
• Cijfers: 0 t/m 9 (10 tekens)
• Symbolen: (spatie) ! " # $ % & ' ( ) * + , – . / : ; < = > ? @ [ \ ] ^ _ ` { | } ~ (33 tekens)
1. Log op het apparaat in.
2. Druk op [Adresboek] op het Home-scherm.
44
) of houdt u
Advertenties
Inhoudsopgave
