9. Beveiliging
Inleiding
Maatregelen tegen beveiligingsrisico's
Geschikte beveiligingsmaatregelen zijn nodig om het risico op informatielekken en
gebruik door onbevoegde personen te voorkomen.
De persoonsgegevens die in het adresboek zijn opgeslagen en zeer vertrouwelijke
bestanden die door het apparaat worden verwerkt, zijn belangrijke informatiemiddelen.
Die moeten worden beschermd tegen diefstal of misbruik.
Om een veilig gebruik van het apparaat te kunnen garanderen, dient u de
apparaatinstellingen juist op te geven in overeenstemming met specifieke omgevingen,
het gebruikersniveau, de workload van beheerders en het bedrijfsbeleid inzake
informatiebeveiliging.
Met beheerders worden speciale gebruikers bedoeld die de rechten hebben om
verschillende gegevens en instellingen van het apparaat te beheren. Het apparaat kan
alleen veilig worden gebruikt als belangrijke instellingen, zoals gebruikersregistratie en
beveiligingsinstellingen, zijn geconfigureerd door beheerders. Met name de
beveiligingsinstellingen moeten zijn geconfigureerd voordat het apparaat in gebruik
wordt genomen.
Er zijn twee soorten beheerders.
• Beheerders met standaardrechten
Pag. 265 "Beheerders met standaardrechten registreren"
• Beheerders met aangepaste rechten
Pag. 275 "Beheerders met aangepaste rechten registreren"
De beveiligingsmaatregelen en gerelateerde instellingen staan hieronder beschreven.
Neem de juiste maatregelen op basis van de gebruiksomgeving van het apparaat.
: Basisbeveiligingsmaatregelen
: Krachtige beveiligingsmaatregelen van apparaatfuncties
: Krachtigste beveiligingsmaatregelen van de externe apparaateenheid of externe
beveiligingsfuncties
9
261