Nieuw bewerkingsprogramma openen
Een bewerkingsprogramma moet altijd in de werkstand
Programmeren/bewerken worden ingevoerd. Voorbeeld van het openen
van een programma:
Werkstand Programmeren/bewerken selecteren
Bestandsbeheer oproepen: toets PGM MGT
indrukken
Kies de directory waarin het nieuwe programma moet worden
opgeslagen:
BESTANDSNAAM = ALT.H
Nieuwe programmanaam invoeren en met ENT-toets
bevestigen
Maateenheid selecteren: softkey MM of INCH
indrukken. De TNC gaat naar het programmavenster
en opent de dialoog voor de definitie van de BLK-FORM
(onbewerkt werkstuk)
BEWERKINGSVLAK IN GRAFISCHE WEERGAVE: XY
Spilas invoeren, bijv. Z
DEFINITIE VAN ONBEWERKT WERKSTUK: MINIMUM
Na elkaar X-, Y- en Z-coördinaten van het MIN-punt
invoeren en telkens met de ENT-toets bevestigen
DEFINITIE VAN ONBEWERKT WERKSTUK: MAXIMUM
Na elkaar X-, Y- en Z-coördinaten van het MAX-punt
invoeren en telkens met de ENT-toets bevestigen
84
Programmeren: basisprincipes, bestandsbeheer