Programma-afloop voortzetten na een
onderbreking
Wanneer u een programma met INTERNE STOP afbreekt,
moet u het programma met de functie SPRONG NAAR
REGEL N of met GOTO "0" starten.
Wanneer de programma-afloop tijdens een
bewerkingscyclus wordt onderbroken, dan moet de
bewerking voortgezet worden vanaf het begin van de
cyclus. Reeds uitgevoerde bewerkingsstappen moet de
TNC dan opnieuw uitvoeren.
Wanneer de programma-afloop binnen een herhaling van een
programmadeel of binnen een subprogramma onderbroken wordt,
dan moet met de functie SPRONG NAAR REGEL N de plaats waar
onderbroken is opnieuw benaderd worden.
De TNC slaat bij een onderbreking van een programma-afloop het
volgende op:
de gegevens van het laatst opgeroepen gereedschap
actieve coördinatenomrekeningen (bijv. nulpuntverschuiving,
rotatie, spiegeling)
de coördinaten van het laatst gedefinieerde cirkelmiddelpunt
Denk eraan dat de opgeslagen gegevens actief blijven
totdat ze worden gereset (bijv. door een nieuw
programma te selecteren).
De opgeslagen gegevens worden voor het opnieuw benaderen van de
contour na het handmatig verplaatsen van de machine-assen tijdens
een onderbreking (softkey POSITIE BENADEREN) gebruikt.
470
Programmatest en programma-afloop