11.5 FUNCTION TCPM
(software-optie 2)
Functie
De machinegeometrie moet door de machinefabrikant
vastgelegd zijn.
Bij zwenkassen met Hirth-vertanding:
Positie van de zwenkas alleen veranderen nadat het
gereedschap uit het materiaal is gehaald. Anders kan de
contour bij het terugtrekken uit de vertanding worden
beschadigd.
Vóór positioneringen met M91 of M92 en vóór een TOOL
CALL: FUNCTION TCPM terugzetten.
De gereedschapslengte moet aan het midden van de
kogel van de radiusfrees worden gerelateerd.
Wanneer FUNCTION TCPM actief is, toont de TNC in de
digitale uitlezing het symbool TCPM.
FUNCTION TCPM is een verdere ontwikkeling van de functie M128,
waarmee het gedrag van de TNC bij het positioneren van rotatie-assen
kan worden vastgelegd. In tegenstelling tot M128 kunt u bij FUNCTION
TCPM de werking van diverse functies zelf definiëren:
Werkwijze van de geprogrammeerde aanzet: F TCP / F CONT
Interpretatie van de in het NC-programma geprogrammeerde
coördinaten van de rotatie-as: AXIS POS / AXIS SPAT
Interpolatiewijze tussen start- en eindpositie: PATHCTRL AXIS /
PATHCTRL VECTOR
386
Programmeren: meerassige bewerking