1.2 Beeldscherm en toetsenbord
Beeldscherm
De afbeelding rechts toont de bedieningselementen van het
beeldscherm:
Vastleggen van de beeldschermindeling
Softkey-keuzetoetsen
Softkey-balken doorschakelen
Kopregel:
bij een TNC die aangezet is, toont het beeldscherm in de
kopregel de gekozen werkstand. Daar verschijnen ook
dialoogvragen en meldteksten (uitzondering: wanneer de TNC
alleen grafisch weergeeft).
Softkeys
Op de rechterkant van het beeldscherm toont de TNC verdere
functies in een softkey-balk. Deze functies worden d.m.v. de
daarnaast liggende toets gekozen. . Ter oriëntatie tonen
streepjes direct onder de softkey-balk het aantal softkey-balken,
dat met de doorschakeltoetsen
actieve softkey-balk wordt d.m.v. de oplichtende streep
weergegeven.
Beeldschermindeling
De gebruiker kiest de indeling van het beeldscherm; zo kan de TNC
b.v. in de werkstand PROGRAMMEREN/BEWERKEN het programma
in het linker venster tonen, terwijl het rechter venster tegelijkertijd
b.v. grafisch het programma weergeeft. Als alternatief kan in het
rechter venster ook een hulpbeeld bij de cyclusdefinitie getoond
worden of uitsluitend het programma in één groot venster. Welk
venster de TNC kan weergeven, hangt van de gekozen werkstand
af.
Veranderen van de beeldschermindeling:
Beeldscherm-doorschakeltoets indrukken:
de softkey-balk toont de mogelijke
beeldschermindeling
<
Beeldschermindeling met softkey kiezen
HEIDENHAIN TNC 310
gekozen kan worden. De
3