Parameterbeschrijving
Ingest. ref. bit
Ingest. ref. 0
Ingest. ref. 1
Ingest. ref. 2
Ingest. ref. 3
3
3
Ingest. ref. 4
Ingest. ref. 5
Ingest. ref. 6
Ingest. ref. 7
Tabel 3.15 Ingest. ref. bit
[19] Ref.
vasthouden
[20] Uitgang
vasth.
[21] Snelh. omh. Selecteer Snelh. omh. en Snelh. omlaag als
Toerental ongewijzigd
Verlaagd met %-waarde
Verhoogd met %-waarde
Verlaagd met %-waarde
Tabel 3.16 Uitschakelen/versnellen
88
VLT
2
1
0
0
0
0
0
1
0
1
1
0
1
0
1
1
1
1
De referentie wordt vastgehouden en is nu
het punt van inschakelen / de voorwaarde om
Snelh. omh. en Snelh. omlaag te gebruiken. Als
Snelh. omh./Snelh. omlaag wordt gebruikt,
volgt de snelheidsverandering altijd ramp 2
(parameter 3-51 Ramp 2 aanlooptijd en
parameter 3-52 Ramp 2 uitlooptijd) in het
bereik 0 - parameter 3-03 Max. referentie.
De motorfrequentie (Hz) wordt vastgehouden
en is nu het inschakelpunt / de voorwaarde
voor het gebruik van Snelh. omh. en Snelh.
omlaag. Als Snelh. omh./Snelh. omlaag wordt
gebruikt, volgt de snelheidsverandering altijd
ramp 2 (parameter 3-51 Ramp 2 aanlooptijd en
parameter 3-52 Ramp 2 uitlooptijd) in het
bereik 0 - parameter 1-23 Motorfrequentie.
LET OP
Als Uitgang vasth. actief is, kan de
frequentieomvormer niet worden
gestopt via een laag [8] Start-signaal.
De frequentieomvormer wordt gestopt
via een klem die is ingesteld op [2]
Vrijloop geïnv. of [3] Vrijloop & reset inv.
digitale besturing voor het verhogen/verlagen
van het toerental is gewenst (motorpotenti-
ometer). Selecteer [19] Ref. vasthouden of [20]
Uitgang vasth. om deze functie te activeren.
Als Snelh. omh./omlaag korter dan 400 ms
wordt geactiveerd, wordt de resulterende
referentie verhoogd/verlaagd met 0,1%. Als
Snelh. omh./omlaag langer dan 400 ms wordt
geactiveerd, volgt de resulterende referentie
de instelling in aan-/uitloopparameter 3-x1/3-
x2.
Uitsch.
0
1
0
1
Danfoss A/S © Rev. 10/2014 Alle rechten voorbehouden.
®
AutomationDrive FC 301/302
0
[22] Snelh.
omlaag
0
1
[23] Setupselectie
bit 0
0
1
[24] Setupselectie
0
bit 1
1
[26] Precisiestop
0
inv.
1
[27] Precisiestart,
stop
[28] Versnell.
[29] Vertragen
[30] Telleringang
[31] Pulse edge
Versnell.
triggered
0
0
1
1
Zie [21] Snelh. omh.
Selecteer Setupselectie bit 0 of Selectiesetup bit
1 om 1 van de 4 setups te selecteren. Stel
parameter 0-10 Actieve setup in op Multi setup.
(Standaard voor digitale ingang 32) Zie [23]
Setupselectie bit 0.
Verzendt een geïnverteerd stopsignaal
wanneer de precisiestopfunctie is geactiveerd
in parameter 1-83 Precisiestopfunctie.
De functie Precisiestop inv. is beschikbaar voor
klem 18 of 19.
Gebruik deze wanneer [0] Prec.stop met
uitloop is geselecteerd in
parameter 1-83 Precisiestopfunctie.
Precisiestart, stop is beschikbaar voor klem 18
en 19.
Precisiestart zorgt ervoor dat de draaihoek
van de rotor vanuit stilstand naar referentie
voor elke start gelijk is (bij dezelfde
aanlooptijd en hetzelfde setpoint). De
precisiestop werkt op dezelfde wijze. Hierbij
is de draaihoek van de rotor vanaf referentie
tot stilstand voor elke stop gelijk.
Bij gebruik van parameter 1-83 Precisiestop-
functie, optie [1] of [2]:
De frequentieomvormer moet een precisies-
topsignaal ontvangen voordat de waarde van
parameter 1-84 Prec. stoptellerwaarde wordt
bereikt. Als dit niet gebeurt, stopt de
frequentieomvormer niet wanneer de waarde
in parameter 1-84 Prec. stoptellerwaarde wordt
bereikt.
Precisiestart, stop moet worden geactiveerd
via een digitale ingang en is beschikbaar via
klem 18 en 19.
Verhoogt de procentuele (relatieve) referen-
tiewaarde die is ingesteld in
parameter 3-12 Versnell.-/vertrag.-waarde.
Verlaagt de procentuele (relatieve) referentie-
waarde die is ingesteld in
parameter 3-12 Versnell.-/vertrag.-waarde.
De precisiestopfunctie in
parameter 1-83 Precisiestopfunctie wordt
gebruikt als tellerstop of als snelheidgecom-
penseerde tellerstop, met of zonder reset. De
tellerwaarde moet worden ingesteld in
parameter 1-84 Prec. stoptellerwaarde.
Telt het aantal pulsflanken per tijdsinterval.
Dit biedt een hogere resolutie bij hoge
frequenties maar is minder nauwkeurig bij
lagere frequenties. Gebruik dit pulsprincipe
voor encoders met een zeer lage resolutie
(bijv. 30 ppr).
MG33MJ10