Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Synrm-Motor Configureren Op Basis Van Vvc; Motorconstructie - Danfoss VLT AutomationDrive FC 301 Programmeerhandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT AutomationDrive FC 301:
Inhoudsopgave

Advertenties

Parameterbeschrijving
3.3.5 SynRM-motor configureren op basis
van VVC+
Deze sectie beschrijft het configureren van een SynRM-
motor op basis van VVC+.
3
3
Stappen voor eerste programmering
Activeer het gebruik van een SynRM-motor door [5] Sync.
Reluctance te selecteren in parameter 1-10 Motorconstructie
(alleen FC 302).
De motorgegevens programmeren
Na het uitvoeren van de stappen voor eerste program-
mering, zijn de SynRM-motorgerelateerde parameters in
parametergroep 1-2* Motordata, 1-3* Geav. Motordata en
1-4* Geav. Motordata II beschikbaar. Gebruik de gegevens
op het motortypeplaatje en het motordatablad om de
volgende parameters te programmeren in de aangegeven
volgorde:
Parameter 1-23 Motorfrequentie
Parameter 1-24 Motorstroom
Parameter 1-25 Nom. motorsnelheid
Parameter 1-26 Cont. nom. motorkoppel
Voer een volledige AMA uit via parameter 1-29 Autom.
aanpassing motorgeg. (AMA) [1] Volledige AMA insch. of stel
de volgende parameters handmatig in:
Parameter 1-30 Statorweerstand (Rs)
Parameter 1-37 Inductantie d-as (Ld)
Parameter 1-44 d-axis Inductance Sat. (LdSat)
Parameter 1-45 q-axis Inductance Sat. (LqSat)
Parameter 1-48 Inductance Sat. Point
Toepassingsspecifieke aanpassingen
Start de motor op het nominale toerental. Controleer de
VVC+ SynRM-instellingen als de toepassing niet goed
werkt. Tabel 3.6 bevat toepassingsspecifieke aanbevelingen:
40
®
VLT
AutomationDrive FC 301/302
Danfoss A/S © Rev. 10/2014 Alle rechten voorbehouden.
Toepassing
Instellingen
Toepassingen met lage
Verhoog 1-17 Filtertijdconstante
massatraagheid
spanning met een factor 5 tot 10.
I
/I
< 5
Verlaag 1-14 Verst. demping.
Load
Motor
Verlaag 1-66 Min. stroom bij lage
snelh. (< 100%).
Toepassingen met lage
Handhaaf de standaardwaarden.
massatraagheid
50 > I
/I
> 5
Load
Motor
Toepassingen met hoge
Verhoog 1-14 Verst. demping,
massatraagheid
parameter 1-15 Low Speed Filter Time
I
/I
> 50
Const. en parameter 1-16 High Speed
Load
Motor
Filter Time Const..
Hoge belasting bij laag
Verhoog 1-17 Filtertijdconstante
toerental
spanning.
< 30% (nominaal
Verhoog 1-66 Min. stroom bij lage
toerental)
snelh. om het startkoppel aan te
passen. Een stroom van 100% geeft
het nominale koppel als startkoppel.
Deze parameter werkt onafhankelijk
van parameter 30-20 High Starting
Torque Time [s] en
parameter 30-21 High Starting Torque
Current [%]. Gedurende langere tijd
werken bij een stroomniveau hoger
dan 100% kan leiden tot overver-
hitting van de motor.
Dynamische toepassingen
Verhoog 14-41 Min. magnetisering
AEO bij zeer dynamische toepas-
singen. Het aanpassen van
14-41 Min. magnetisering AEO
garandeert een goede balans tussen
energierendement en dynamiek.
Wijzig 14-42 Min. AEO-frequentie om
de minimumfrequentie te
specificeren waarbij de frequentie-
omvormer minimale magnetisering
moet gebruiken.
Tabel 3.6 Aanbevelingen voor diverse toepassingen
Verhoog parameter 1-14 Damping Gain wanneer de motor
bij een bepaald toerental gaat oscilleren. Verhoog de
waarde van de dempingsversterking in kleine stappen. De
instelling voor deze parameter kan 10% tot 100% hoger
liggen dan de standaardwaarde; dit hangt af van de motor.

1-10 Motorconstructie

Option:
Functie:
Stel het type motorconstructie in.
[0]
Asynchroon
Voor asynchrone motoren.
*
[1]
PM, niet-uitspr.
Voor PM-motor met uitspringende of niet-
SPM
uitspringende magneten.
PM-motoren zijn onderverdeeld in twee
groepen: met op de buitenzijde
gemonteerde (niet uitspringende) of
interne (uitspringende) magneten.
MG33MJ10

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Vlt automationdrive fc 302

Inhoudsopgave