Parameterbeschrijving
Als de conditie voor de geselecteerde gebeurtenis wijzigt
voordat de timer voor de in- of uitschakelvertraging is
verstreken, blijft de relaisuitgang ongewijzigd.
3.7.5 5-5* Pulsingang
3
3
De pulsingangparameters worden gebruikt om een
geschikt raamwerk te definiëren voor de pulsreferenties
door de schaling en filterinstellingen voor de pulsingangen
in te stellen. Ingangsklem 29 of 33 werkt als frequentiere-
ferentie-ingang. Stel klem 29 (5-13 Klem 29 digitale ingang)
of klem 33 (5-15 Klem 33 digitale ingang) in op [32]
Pulsingang. Als klem 29 wordt gebruikt als ingang, moet u
parameter 5-01 Klem 27 modus instellen op [0] Ingang.
Afbeelding 3.37 Pulsingang
5-50 Klem 29 lage freq.
Range:
100
[0 -
Hz
110000 Hz]
*
5-51 Klem 29 hoge freq.
Range:
100
[0 -
Hz
110000 Hz]
*
102
®
VLT
AutomationDrive FC 301/302
Functie:
Stel de lage begrenzing voor de frequentie
in die overeenkomt met het lage toerental
van de motoras (d.w.z. lage referentie-
waarde) in parameter 5-52 Klem 29 lage ref./
terugk. waarde. Zie Afbeelding 3.37.
Deze parameter is alleen beschikbaar voor
de FC 302.
Functie:
Stel de hoge begrenzing voor de
frequentie in die overeenkomt met het
hoge toerental van de motoras (d.w.z.
hoge referentiewaarde) in
parameter 5-53 Klem 29 hoge ref./terugk.
waarde.
Deze parameter is alleen beschikbaar voor
de FC 302.
Danfoss A/S © Rev. 10/2014 Alle rechten voorbehouden.
5-52 Klem 29 lage ref./terugk. waarde
Range:
0 ReferenceFeed-
[-999999.999 -
backUnit
999999.999
*
ReferenceFeed-
backUnit]
5-53 Klem 29 hoge ref./terugk. waarde
Range:
Functie:
Size
[-999999.999 -
Voer de hoge referentiewaarde
related
999999.999
[tpm] voor het toerental van de
*
ReferenceFeed-
motoras en de hoge terugkoppe-
backUnit]
lingswaarde in; zie ook
parameter 5-58 Klem 33 hoge ref./
terugk. waarde. Stel klem 29 in als
digitale ingang
(parameter 5-02 Klem 29 modus =
[0] Ingang (standaard) en
5-13 Klem 29 digitale ingang =
relevante waarde).
Deze parameter is alleen
beschikbaar voor de FC 302.
5-54 Pulsfilter tijdconstante nr. 29
Range:
Functie:
100
[1 -
Stel de tijdconstante voor het pulsfilter in.
ms
1000 ms]
Het pulsfilter dempt oscillaties van het
*
terugkoppelingssignaal, wat een voordeel is
als er veel ruis in het systeem optreedt. Een
hoge waarde voor de tijdconstante zorgt
voor een betere demping maar verhoogt
ook de vertragingstijd door het filter.
5-55 Klem 33 lage freq.
Range:
Functie:
100 Hz
[0 - 110000
Voer de lage frequentiewaarde in die
*
Hz]
overeenkomt met het lage toerental van
de motoras (d.w.z. lage referentiewaarde)
in parameter 5-57 Klem 33 lage ref./
terugk. waarde.
Functie:
Voer de lage begrenzing
voor de referentiewaarde in
voor het toerental van de
motoras [tpm]. Dit is tevens
de laagste terugkoppelings-
waarde; zie ook
parameter 5-57 Klem 33 lage
ref./terugk. waarde. Stel
klem 29 in als digitale
ingang
(parameter 5-02 Klem 29
modus = [0] Ingang
(standaard) en 5-13 Klem 29
digitale ingang = relevante
waarde).
Deze parameter is alleen
beschikbaar voor de FC
302.
MG33MJ10