ALARMMELDING LAAG of LAAG-LAAG
Dit alarm wordt gemeld als de sensormeetwaarde daalt tot onder de ingestelde ondergrenswaarden. Als uw regelaar is geprogram-
meerd voor een alarmrelaisuitgang, dan wordt het alarmrelais bekrachtigd. De regelaar gaat door met het meten van de sensorwaar-
de, en de uitgangen die gebruik maken van de sensor blijven actief.
Mogelijke oorzaak
Het proces is verder buiten de regeling gegaan dan normaal.
De chemicaliënvoorraad is op.
De pomp, de klep of de toevoerleiding is defect.
Het verkeerde chemische product wordt geregeld.
De sensor reageert niet op wijzigingen.
De doseerpomp werkt als een hevel – lekkende klep.
Regeluitgang is in de stand "HAND" gebleven.
Dit kan een normaal onderdeel van het proces zijn.
AFWIJKINGSALARM
Treedt op wanneer er virtuele ingang van een redundante sensor is, en de twee toegewezen sensoren meten met een te grote afwijking.
Mogelijke oorzaak
De instelling voor het afwijkingsalarm kan te laag zijn ingesteld
Een of beide sensoren moeten worden gereinigd en gekalibreerd
Een van de sensoren kan defect zijn
AANGEPASTE MELDING TOESTAND DIGITALE INGANG ("DI STATE")
Een digitale ingang van het "DI State type" kan zodanig worden ingesteld dat een alarmmelding wordt gegenereerd bij open of geslo-
ten toestand. Deze alarmmelding kan worden aangepast. De meest voorkomende toepassing is een debietschakelaar.
Mogelijke oorzaak
Geen debiet
Defecte debietschakelaar/kabel
Defecte regelaar
TOTAAL-ALARM
Treedt op wanneer de grenswaarde van de debietmeter of het totaalteller-alarm van de doseercontrole overschreden is.
Mogelijke oorzaak
Normale werking
Wisselstroom gekoppeld op debietmeterkabel
Ruis gekoppeld op debietmeterkabel
ALARM I.V.M. BEREIK (voor digitale ingangen van debietmeter of doseercontroletype)
Treedt op wanneer het geaccumuleerde totaal van de debietmeter of de doseercontrole te groot is. Het maximum totaal is 1 biljoen keer de
periodieke verhoging van het apparaat. Wanneer de periodieke verhoging een gallon per puls is, is het maximum totaal 1 biljoen gallon.
Mogelijke oorzaak
Normale werking
DEBIETVERIFICATIE
Treedt op wanneer de digitale ingang van de doseercontrole geen contacten registreert terwijl de regeluitgang voor die pomp langer
actief is geweest dan de tijdsduur voor Debiet Alarm Vertraging.
Mogelijke oorzaak
Doseerpomp verliest vulling
Defecte doseerpomp
Verkeerde bedrading doseercontroleapparaat
Defecte doseercontrolesensor
Correctieve maatregelen
Het kan nodig zijn om het debiet van de chemicaliën te verhogen.
Vul de chemicaliënvoorraad bij.
Repareer of vervang de regelaar.
Vervang door het correcte chemische product.
Repareer of vervang de sensor. Evalueer de menging of recirculatie.
Repareer of vervang de regelaar of leg de leidingen om.
Zet terug in de stand "AUTO".
Geen maatregelen nodig.
Correctieve maatregelen
Pas de instelling aan
Reinigen en kalibreren
Vervang de sensor
Correctieve maatregelen
Controleer leidingen op gesloten kleppen, verstoppingen etc.
Controleer de recirculatiepomp.
Controleer met ohmmeter.
Controleer door de digitale ingang in de regelaar te kortsluiten.
Correctieve maatregelen
Reset het totaal om het alarm te wissen of wacht tot de automatische totale
reset plaatsvindt.
Leg de kabel van de debietmeter ten minste 15 cm (6 inch) van
enige wisselspanning
Scherm de kabel af
Correctieve maatregelen
Reset het totaal om het alarm te wissen of wacht tot de automatische totale
reset plaatsvindt.
Correctieve maatregelen
Vul de doseerpomp opnieuw
Repareer of vervang de doseerpomp
Correcte bedrading. Zorg ervoor dat de digitale ingang waarop
het doseercontroleapparaat is aangesloten aan het juiste relais is
toegewezen
Vervang de doseercontrolesensor
134