Inhoudsopgave
Advertenties
Percentage
aan
Relais
2
1
60,0%
2
40,0%
3
4
5
6
Uitgangsinschakelmodi
Afhankelijk van de keuze van de huidige regelmodus voor de hoofduitgang kunnen er extra instellingen beschik-
baar zijn binnen de instellingenlijst van de laatste uitgang van de groep voor extra optie(s) om het gedrag van de
hoofdcascadefunctie te optimaliseren. Er kunnen verschillende inschakelmodi worden geselecteerd om de toestand
van de extra uitgang(en) te regelen op basis van verstreken tijd, afwisselende instelpunten en/of afwisselende scha-
kelingangen.
Uitgeschakeld
Er wordt geen actie ondernomen om meer dan een uitgang in te schakelen binnen de hoofdcascadegroep met
uitgangen. Deze modus wordt gebruikt wanneer een groep met hoofdcascade-uitgangen alleen bestaat om een
back-up te vormen voor een debietverificatiestoring in een van de pompen, of wanneer een pomp uit bedrijf wordt
genomen en/of als alleen slijtagecompensatie gewenst is.
Op basis van tijd
Cascade-uitgangen worden ingeschakeld volgend op de hoofduitgang na een door de gebruiker instelbare vertra-
ging. Dezelfde vertragingswaarde wordt voor alle uitgangen gebruikt. Deze menuselectie is alleen beschikbaar
wanneer de hoofduitgang gebruikmaakt van de regelmodi Aan/Uit, Dubbel instelpunt, Piek of Handmatig.
Voorbeeld: wanneer de hoofduitgang ingesteld is op Handmatig, kan deze regeloptie worden gebruikt om de uit-
gang geforceerd in te schakelen op basis van een digitaal ingangssignaal (bijv. een niveauschakelaar). Wanneer
de niveauschakelaar langer open blijft dan de opgegeven vertragingstijd, wordt de tweede uitgang van de hoofd-
cascadegroep ingeschakeld. Verstrijkt er nog een vertragingsperiode, dan wordt tevens een derde uitgang (mits
beschikbaar) ingeschakeld.
In de regelmodi Aan/Uit, Dubbel instelpunt of Piek wordt/worden (een) extra pomp(en) ingeschakeld wanneer de
proceswaarde buiten het instelbereik blijft liggen gedurende de opgegeven vertragingstijd.
Voorbeeld: in een hoofdcascadegroep (R1←R2) met twee uitgangen is de hoofduitgang (R1), ingesteld voor Dub-
bele instelpuntregeling, geprogrammeerd om zijn uitgang te bekrachtigen wanneer de D.O.- waarde buiten het re-
gelbereik van 4,0-4,5 ppb ligt met een dode band van 0,1 ppb. Inschakelen van de uitgang op tijdbasis wordt gese-
lecteerd met een vertragingstijd van 15 minuten. Wanneer de D.O.- onder 4,0 ppb daalt, wordt R1 geactiveerd. Na
15 minuten, als de D.O. niet is gestegen tot 4,1 ppb of hoger, wordt R2 ook geactiveerd. Wanneer de proceswaarde
4,1 ppb bereikt, worden beide uitgangen uitgeschakeld.
Op basis van instelpunt
Elke cascade-uitgang heeft zijn eigen instelpunt(en) en dode band wanneer deze optie geselecteerd is. De instel-
punten voor elke uitgang in de hoofdcascadegroep worden afzonderlijk geëvalueerd en uitgangen worden waar
nodig ingeschakeld op basis van de huidige proceswaarde. De inschakelmodus op basis van instelpunt omvat
tevens inschakeling op basis van tijd en kan ook worden geconfigureerd om een extra pomp (mits beschikbaar)
te activeren na een opgegeven tijdvertraging. Deze menuselectie is alleen beschikbaar wanneer de hoofduitgang
gebruikmaakt van de regelmodi Aan/Uit of Dubbel instelpunt.
Voorbeeld 1: de hoofduitgang (R1) is ingesteld voor aan/uit-regeling van de pH-waarde met een instelpunt van
8,50, een dode band van 0,20 en een regelrichting "geforceerd omlaag". De eerste cascade-uitgang (R2) heeft een
instelpunt van 9,00 en een dode band van 0,20. De tweede cascade-uitgang (R3) heeft een instelpunt van 9,50 en
een dode band van 0,20. De vertragingstijd is uitgeschakeld (ingesteld op 0:00 minuten). Slijtagecompensatie is
Aantal relais
3
4
47,4%
41,5%
38,4%
31,6%
27,7%
25,6%
21,1%
18,5%
17,1%
12,3%
11,4%
7,6%
5
6
36,5%
24,4%
16,2%
10,8%
7,2%
4,8%
104
Advertenties
Inhoudsopgave
