Inhoudsopgave
Advertenties
7.3 De systeemzekering vervangen (alleen voor modelcodes met relaisoptie 8 of 9)
OPGELET: Onderbreek de elektrische voeding naar de regelaar voordat u het frontpaneel opent!
Zoek de systeemzekering in de hoek linksonder van de printplaat op de achterzijde van de behuizing van de rege-
laar onder de kunststof veiligheidskap. Haal de oude zekering voorzichtig uit de houder en gooi ze weg. Druk de
nieuwe zekering in de houder, bevestig het frontpaneel van de regelaar en zet toestel weer onder spanning.
Waarschuwing: Het gebruik van niet-goedgekeurde zekeringen kan de veiligheidsgoedkeuringen in gevaar bren-
gen. De specificaties zijn hieronder weergegeven. We raden u aan om een Walchem-zekering te gebruiken, zodat de
productveiligheidscertificeringen behouden blijven.
Voor relaisoptie 8:
Voor relaisoptie 9:
8.0 PROBLEEMWIJZER
OPGELET: Onderbreek de elektrische voeding naar de regelaar voordat u het frontpaneel opent!
Storingen opsporen en het repareren van een defecte regelaar zijn taken die alleen door daartoe bevoegd personeel
mogen worden uitgevoerd. Hierbij moet met de nodige voorzichtigheid te werk worden gegaan om de veiligheid te
verzekeren en onnodige bijkomende schade te beperken. Neem contact op met de fabrikant.
8.1 Kalibratiefout
Kalibraties mislukken als de aanpassingen aan de waarden buiten het normale bereik vallen voor een naar behoren
werkend systeem. Zie de bedieningshandleiding voor nadere informatie over de specifieke sensor die wordt gebruikt.
8.1.1 Contactgeleidbaarheidssensoren
De kalibratie mislukt als de aanpassing van de versterking ("gain") buiten het bereik 0,5 – 2,0 ligt.
Mogelijke oorzaak
Vuile elektrode
Fout in de bedrading tussen de sensor en de regelaar
Verkeerde celconstante ingevoerd
Onjuiste temperatuur uitgelezen of ingesteld
Onjuiste instelling van kabellengte of kabelkaliber
Defecte elektrode
8.1.2
Geleidbaarheidssensoren zonder elektroden
De kalibratie mislukt als de aanpassing van de versterking ("gain") buiten het bereik 0,2 – 10 ligt, of als de offset
buiten het bereik –10.000 tot 10.000 ligt.
Mogelijke oorzaak
Vuile sensor
Fout in de bedrading tussen de sensor en de regelaar
De sensor is te dicht bij wand van de houder geplaatst
ZEKERING, 15 A, 5x20 mm, Snel werkend 250 V Walchem O/N 104442
ZEKERING, 20 A, 5x20 mm, Traag 250 V Walchem O/N 104443
Correctieve maatregelen
Reinig de elektrode
Correcte bedrading
Programmeer de celconstante op de waarde die overeenkomt
met de gebruikte elektrode
Zorg dat de temperatuurgegevens correct zijn
Stel de juiste waarden in
Vervang de elektrode
Correctieve maatregelen
Reinig de sensor
Correcte bedrading
Monteer de sensor op een andere plaats
131
Advertenties
Inhoudsopgave
