6.22
Afsluitende werkzaamheden
•
Na het opstellen van de transmissie controleren, dat alle schroefverbindingen goed vast zitten.
•
Controle van de uitrichting na het aanhalen van de bevestigingselementen (de uitrichting mag niet
veranderd zijn).
•
Controleren of alle voor het transport gedemonteerde apparaten weer gemonteerd zijn.
Hiertoe dienen de gegevens in het blad met de technische gegevens, de lijst met apparaten en de
bijbehorende tekeningen in acht te worden genomen.
•
Eventueel aanwezige olieaftapkranen dienen tegen onopzettelijk openen te worden geborgd.
•
De transmissie dient tegen vallende voorwerpen te worden beschermd.
•
Er dient te worden gecontroleerd, dat beschermingsvoorzieningen voor roterende delen goed
vastzitten. Contact met roterende delen is niet toegestaan.
•
Een potentiaal moet conform de hiervoor geldene bepalingen en/of richtlijnen gecompenseerd
worden!
Zijn er op de transmissie geen draadgaten voor een aardaansluiting aanwezig, dan moeten er andere
geschikte maatregelen worden genomen. Deze werkzaamheden mogen uitsluitend door specialisten
in de elektrotechniek worden uitgevoerd.
•
Kabeldoorvoeren dienen tegen binnendringen van vocht te worden beschermd.
•
Controleer, of veiligheidsmaatregelen genomen zijn!
6.23
Schroefverbindingsklassen, aanhaalmomenten en voorspankrachten
6.23.1 Schroefverbindingsklassen
De gespecificeerde schroefverbindingen dienen met de aangegeven aanhaalmomenten met
inachtneming van de onderstaande tabel te worden aangedraaid.
Tabel 24: Schroefverbindingsklassen
Schroefver‐
bindingsklasse
C
D
E
Spreiding van het
aangegeven
aanhaalmoment
(in de regel liggen de aangegeven aanhaalprocedures binnen
op het
gereedschap
‐ Hydraulisch aanhalen met elektrische schroevendraaier
Koppelgestuurd aanhalen met momentsleutel,
± 5 % tot ± 10 %
signaalgevende momentsleutel
Aanhalen met precisieschroevendraaier met dynamische
koppelmeting
± 10 % tot ± 20 %
‐ Koppelgestuurd aanhalen met elektrische schroevendraaier
‐ Aanhalen met impulsschroevendraaier of
± 20 % tot ± 50 %
slagschroevendraaier zonder instelbare controleinrichting
Aanhalen met de hand met sleutel zonder koppelmeting
BA 5010 NL 06/2010
73 / 94
Aanhaalprocedure
de aangegeven gereedschapspreiding)