snelheid aangehouden en op-
4
geslagen.
64
Snelheid verlagen
z
Toets 1 kort naar achteren
drukken.
Snelheid verlagen
Snelheid wordt met elke be-
diening verlaagd.
1 km/h
Toets 1 naar achteren gedrukt
houden.
De snelheid wordt traploos ver-
laagd.
Als toets 1 niet meer wordt
ingedrukt, wordt de bereikte
snelheid aangehouden en op-
geslagen.
Snelheidsregeling
deactiveren
Remmen of koppeling of gas-
hendel (gas terugnemen tot
verder dan de basisstand) be-
dienen om de snelheidsrege-
ling te deactiveren.
Controlelampje voor snelheids-
regeling gaat uit.
Eerdere snelheid weer
aannemen
Toets 1 kort naar achteren
drukken om de opgeslagen
snelheid weer te hervatten.
OPMERKING
Bij gas geven wordt de snel-
heidsregeling niet uitgeschakeld.
Als de gashendel wordt losge-
laten loopt de snelheid slechts
terug tot de opgeslagen waarde,
ook als eigenlijk een verdere ver-
laging van de snelheid de bedoe-
ling was.