VACON · 48
3.4.2
BASISPARAMETERS (BEDIENINGSPANEEL: MENU M2 -> G2.1)
Tabel 15: Basisparameters G2.1
Index
Parameter
P2.1.1
Min frequentie
P2.1.2
Max frequentie
P2.1.3
Acceleratietijd 1
P2.1.4
Deceleratietijd 1
P2.1.5
Stroomlimiet
Nominale span-
P2.1.6 *
ning van de motor
Nominale fre-
P2.1.7 *
quentie van de
motor
Nom. Toerental
P2.1.8 *
van de motor
Nom. stroom van
P2.1.9 *
de motor
3
min.
max.
Eenhei
d
0.00
P2.1.2
Hz
P2.1.1
320.00
Hz
0.1
3000.0
s
0.1
3000.0
s
0,1 x I
2 x I
A
H
H
180
690
V
8.00
320.00
Hz
24
20 000
rpm
0,1 x I
2 x I
A
H
H
APPLICATIE LOKAAL/OP AFSTAND
Standaar
Klan
d
tspe
ID
c.
0.00
101
50.00
102
0.0
103
0.0
104
I
107
L
NX2: 230
V
NX5: 400
110
V
NX6: 690
V
50.00
111
1440
112
I
113
H
TEL. +358 (0)201 2121 · FAX +358 (0)201 212 205
Beschrijving
Als f
> dan de
max.
synchrone motor-
snelheid is, moet
u controleren of
de motor en aan-
drijving hiervoor
geschikt zijn.
De tijd die de uit-
gangsfrequentie
nodig heeft om van
nul tot de inge-
stelde maximum-
frequentie op te
lopen.
De tijd die de uit-
gangsfrequentie
nodig heeft om van
de maximumfre-
quentie tot de nul-
frequentie terug te
lopen.
Neem de waarde
Un over van het
motortypeplaatje.
Controleer of de
motor is aangeslo-
ten in driehoeks-
of sterconfiguratie.
Neem de waarde
fn over van het
motortypeplaatje.
Neem de waarde
nn over van het
motortypeplaatje.
Neem de waarde
In over van het
motortypeplaatje.