Download Print deze pagina

Vacon NX Series Handleiding pagina 364

Verberg thumbnails Zie ook voor NX Series:

Advertenties

VACON · 364
Tabel 188: Selecties voor parameter ID752
Nummer
optie
0
Geen reactie
1
Waarschuwing
Fout, stopmodus na fout altijd
2
via uitloop
753 MAXIMAAL VERSCHIL TOERENTALFOUT 6 (2.7.34)
De toerentalfout heeft betrekking op het verschil tussen de toerentalreferentie en het
encodertoerental. Deze parameter bepaalt de limiet waarbij er een fout wordt gegenereerd.
754 TOERENTALFOUTVERTRAGING 6 (2.7.35)
Bepaalt de tijd waarna de toerentalfout als een fout wordt aangemerkt.
755 MODUS VEILIGE UITSCHAKELING 6 (2.7.36)
AANWIJZING!
Zie de aparte handleiding van de Vacon NX OPTAF-kaart (STO) voor meer
informatie over de functie Veilige uitschakeling. Deze functie is alleen beschikbaar
als de frequentieregelaar is uitgerust met de Vacon-optiekaart OPTAF.
Met deze parameter kan worden ingesteld of een geactiveerde veilige uitschakeling als een
fout of waarschuwing moet worden aangemerkt. De aandrijvingsmodulatie door de ingang
van de veilige uitschakeling gestopt, wordt ongeacht de waarde van deze parameter.
756 VEILIGE UITSCHAKELING ACTIEF 6 (2.3.3.30)
Selecteert de digitale uitgang die de status van de veilige uitschakeling aangeeft.
850 MINIMUMSCHALING VELDBUSREFERENTIE 6 (2.9.1)
851 MAXIMUMSCHALING VELDBUSREFERENTIE 6 (2.9.2)
Gebruik deze twee parameters om het veldbusreferentiesignaal te schalen.
Als ID850 gelijk is aan ID851, wordt de klantspecifieke schaling niet gebruikt en worden de
minimum- en maximumfrequenties gebruikt voor de schaling.
De schaling vindt plaats zoals weergegeven in . Zie ook hoofdstuk 8.7
Veldbusbesturingsparameters (ID's 850 t/m 859).
AANWIJZING!
Het gebruik van deze klantspecifieke schalingsfunctie heeft ook invloed op de
schaling van de werkelijke waarde.
8
Naam optie
PARAMETERBESCHRIJVINGEN
Beschrijving
TEL. +358 (0)201 2121 · FAX +358 (0)201 212 205

Advertenties

loading