Kabel / parkeercontactdoos
De kabels worden op de dissel geleid en met klemmen
vastgehouden.
De stekker wordt opgeborgen in de parkeercontactdoos op
de dissel of op de koppeling.
WAARSCHUWING
Beschadigde / gescheurde kabelverbinding
Beschadigde, gescheurde, afgeschuurde, poreuze kabels
kunnen storingen in of uitval van het
verlichtingssysteem veroorzaken – gevaar voor ongevallen!
Controleer vóór vertrek en bij het parkeren van de
aanhanger of de kabels ordelijk (zonder extreem te
knikken) over de dissel worden geleid.
Laat de kabel bij het parkeren niet op de ondergrond
liggen – wikkel hem voorzichtig om de dissel heen.
Trek niet aan de kabel zelf, maar aan de stekker.
Controleer de kabels en hun geleiding onder / op het/de
chassis / dissel regelmatig op beschadigingen en slij-
tage.
Repareer gescheurde kabels in geen geval zelf.
Vervang evt. ontbrekende klemmen / kabelbinders.
Onderhoud de elektrische bedrading indien nodig met
een vochtige doek en siliconenspray.
Afb. 5 Stekker 7-polig opgeborgen
1
7-polige stekker
2
Parkeercontactdoos – kunststof
1
2
Afb. 6 Stekker 13-polig opgeborgen
1
13-polige stekker
2
Parkeercontactdoos – kunststof
Koppel de stekkerverbinding los van het trekkende
voertuig.
Steek de stekker (Afb. 5 /1, Afb. 6 /1) in de parkeer-
contactdoos / parkeerbeugel (Afb. 5 /2, Afb. 6 /2).
Zorg ervoor dat de stekker in de parkeercontactdoos
vastzit – draai hem lichtjes vast.
1
1
2
3
E - 007
Afb. 7 Kabelgeleiding
1
Kabel met beschermende buis
2
Parkeercontactdoos
3
Rubberen manchet
E - 008
Afb. 8 Kabel verkeerd geplaatst
1
Kabel / stekker
De kabel / stekker mag niet op de ondergrond /
grond liggen.
Wikkel de kabel (Afb. 7 /1) voorzichtig om de dissel /
rubberen manchet (Afb. 7 /5) heen – trek hierbij niet aan
de kabel.
6
Stekkerverbindingen
2
E - 005
1
E - 006
Elektrisch systeem
135