Mechanische installatie
4
Voorwaarden voor de montage
4.2
Voorwaarden voor de montage
4.2.1
Benodigd gereedschap en hulpmiddelen
32
Montage- en technische handleiding – Explosieveilige reductoren
AANWIJZING
Het aanbouwen van de reductoren op motoren of adapters mag alleen door bevoegd
personeel worden uitgevoerd. Overleg met SEW-EURODRIVE.
Controleer vóór de montage of aan de volgende voorwaarden is voldaan:
•
Tijdens het transport en de opslag is de aandrijving niet beschadigd.
•
De specificaties op het typeplaatje van de motorreductor komen overeen met het
spanningsnet.
•
Bij abrasieve omgevingsvoorwaarden moeten de radiale askeerringen aan de uit-
gaande zijde tegen slijtage beschermd zijn.
•
Uitgaande assen en flensoppervlakken moeten helemaal vrij zijn van corrosiewe-
rende middelen en elke soort van verontreiniging. Gebruik voor de reiniging in de
handel verkrijgbare oplosmiddelen. Houd er rekening mee dat de afdichtingsring
van de askeerringen door oplosmiddelen aangetast wordt. Daarom mag het oplos-
middel niet in contact komen met de afdichtingslippen van de radiale askeerringen!
•
Controleer of de reductor/motorreductor bestand is tegen de omgevingstempera-
tuur. De gebruiksgrenzen vindt u indien nodig in de technische documentatie, op
het typeplaatje of in de smeermiddelentabel (zie hoofdstuk "Smeermiddelenta-
bel" (→ 2 209)).
•
Controleer of zich geen gevaarlijke stoffen (oliën, zuren, gassen, dampen, stof-
fen ..) of stralingen in de omgeving bevinden.
Bij speciale constructies
•
Controleer of de reductor/motorreductor bestand is tegen de omgevingstempera-
tuur. De gebruiksgrenzen vindt u op het typeplaatje.
Bij wormwielreductoren en SPIROPLAN
•
Houd er rekening meer dat er geen grote externe massatraagheidsmomenten aan-
wezig mogen zijn die de reductor in omgekeerde richting kunnen belasten.
•
Houd rekening met de zelfremming bij η' (omgekeerde richting) < 0,5.
Berekening van η":η" = 2 - 1/η
Aanbouw op servomotoren:
•
U mag de aandrijving alleen monteren als na de montage gegarandeerd is dat de
aandrijving voldoende geventileerd wordt. Ventilatie voorkomt de warmteconcen-
tratie.
Voor de mechanische installatie heeft u het volgende gereedschap en de volgende
hulpmiddelen nodig:
•
Schroevendraaier
•
Momentsleutel voor: Reductorbevestiging, krimpschijven, motoradapters AQS.,
aandrijfzijdige deksel met centreerrand
•
Optrekhulpstuk
•
Uitvulmateriaal (schijven, afstandsringen)
®
-W..0-reductoren: