komt het teveel aan brandstof
6
in het actief-koolstoffilter te-
recht, wat leidt tot schade aan
90
onderdelen.
Brandstoftank vullen tot
aan de onderkant van de
brandstofvulopening.
ATTENTIE
z
Brandstof op kunststof op-
pervlakken
Beschadiging van oppervlakken
(worden lelijk of dof)
Kunststof oppervlakken onmid-
dellijk na contact met brandstof
reinigen.
De motorfiets op de zijstan-
daard plaatsen en erop letten
dat de ondergrond vlak en ste-
vig is.
Tankdopklep 2 openklappen.
De tankdop met de contact-
sleutel 1 ontgrendelen en op-
klappen.
Benzine van de hierboven ver-
melde kwaliteit tot maximaal de
onderkant van de vulbuis tan-
ken.
OPMERKING
Als wordt getankt nadat het peil
onder de reservehoeveelheid is
gedaald, moet de hoeveelheid
brandstof na het tanken groter
zijn dan de reservehoeveelheid
om het nieuwe peil te kunnen
herkennen en de weergave voor
FUEL!
de brandstofreserve
te schakelen.
OPMERKING
De in de technische gegevens
aangegeven "Nuttige tankin-
houd" is de hoeveelheid brand-
stof waarmee de tank kan wor-
den gevuld wanneer de tank
leeggereden is, dus wanneer de
motor door brandstofgebrek is
gestopt.
uit