sloten te worden, maar blijft
8
deze open.
Bij het vertragen en terugscha-
132
kelen (gasklep gesloten) wordt
door tussengas automatisch
een toerentalaanpassing gerea-
liseerd.
De schakeltijd wordt ten op-
zichte van een schakelproce-
dure met koppelingsbediening
gereduceerd.
Om ervoor te zorgen dat het
schakelcommando wordt
herkend, de van tevoren
onbediende versnellingshendel
z
tegen de veerkracht over een
bepaalde slag normaal tot
vlot in de gewenste richting
bedienen en tot afsluiting van
de schakelprocedure in deze
stand vasthouden. Een verdere
verhoging van de schakelkracht
tijdens de schakelprocedure is
niet nodig. Na de schakelpro-
cedure moet het schakelpedaal
volledig ontlast worden om
een volgende schakeling
met de schakelassistent Pro
te kunnen uitvoeren. Voor
schakelprocedures met de
schakelassistent Pro moet de
belasting (gashendelstand) voor
en tijdens de schakelprocedure
constant worden gehouden. Een
wijziging van de gashendelstand
tijdens de schakelprocedure
kan tot afbreking van de functie
en/of misschakelingen leiden.
Voor schakelprocedures met
koppelingsbediening volgt
geen ondersteuning door de
schakelassistent Pro.
Terugschakelen
Terugschakelen wordt tot het
bereiken van het maximum-
toerental in de doelversnelling
ondersteund.
Een te hoog toerental wordt zo
vermeden.
Max. toerental
-1
max 12000 min
Opschakelen
Opschakelen wordt tot het be-
reiken van het stationair toeren-
tal in de doelversnelling onder-
steund.
Het toerental kan dan niet on-
der het stationair toerental ko-
men.
Stationair toerental
-1
1270 min
(motor op bedrijfs-
temperatuur)