Om het inveren te vergro-
5
ten (afname van de veervoor-
spanning), instelring 2 met het
72
boordgereedschap in de rich-
ting A draaien.
Bout 1 met het voorgeschre-
ven aantrekkoppel vastzetten.
Bout aan stelring
3 Nm
z
Demping
zonder Dynamic ESA
Instelling
De demping moet aan de veer-
voorspanning en de veervoor-
spanning worden aangepast.
Een oneffen wegdek vereist
een soepelere demping dan
een effen wegdek.
Een verhoging van de veer-
voorspanning vereist een stug-
gere demping, een verlaging
van de veervoorspanning een
zachtere demping.
Ingaande demping bij
voorwiel instellen
SU
De uitgaande demping met
stelschroef 1 en de rode schaal
bij de linker vorkpoot instellen.
Om de demping te verhogen:
De stelschroef met het boord-
gereedschap zodanig draaien,
dat markering 2 naar een ho-
gere waarde wijst.
Om de demping te verlagen:
De stelschroef met het boord-
gereedschap zodanig draaien,
dat markering 2 naar een la-
gere waarde wijst.
Basisinstelling ingaande
slag voor
Positie 1 (comfortabele instel-
ling met berijder 85 kg)