8 Persoonlijke instellingen
8
Persoonlijke instellingen
8.1
Persoonlijke instellingen aanpassen
▸ Het display langer aanraken.
– Het startscherm wordt weergegeven.
▸
«Persoonlijke instellingen» selecteren en indien nodig met «OK» bevestigen (zie pa-
gina 21).
▸ De gewenste persoonlijke instelling selecteren.
– Het display toont het hoofdmenu van de gewenste persoonlijke instelling of een an-
der submenu met verdere persoonlijke instellingen.
▸ De gewenste instelling verrichten.
– De instelling wordt direct overgenomen.
▸ Om een submenu te verlaten,
▸
aantippen om de persoonlijke instellingen te verlaten.
Na een stroomonderbreking blijven alle persoonlijke instellingen behouden met uit-
zondering van de rustige modus.
8.2
Taal
De taal in het display kan worden gewijzigd. Hierbij kan worden gekozen uit verschillen-
de talen.
8.3
Kinderbeveiliging
De kinderbeveiliging dient het toevallig inschakelen van het toestel door kinderen te
voorkomen.
Als de kinderbeveiliging is ingeschakeld, kan het toestel alleen na invoer van een code
bediend worden. De code wordt tijdens het ontgrendelen in omgekeerde volgorde weer-
gegeven.
De kinderbeveiliging wordt altijd 1 minuut na het uitschakelen van het toestel geac-
tiveerd.
8.4
Display
Kleurenschema
Er kan een keuze worden gemaakt uit een licht en een donker kleurenschema voor het
display.
Helderheid
De helderheid van het display kan worden gewijzigd.
Achtergrond
De achtergrond van het display kan worden gewijzigd. Hier kunt u kiezen of een effen
achtergrond, een achtergrond met structuur of met extra levensmiddelen op de structuur
dient te worden weergegeven. Bij de keuze van de structuur met levensmiddelen worden
in de appweergave op iedere pagina verschillende afbeeldingen van levensmiddelen
weergegeven.
58
aantippen.