11.8.3
Algemeen – bedrijfsmodus na reset
Opties:
In de bedrijfsmodus na reset werkt het apparaat na een herstart zolang totdat eventueel een
nieuwe bedrijfsmodus door bediening van het apparaat of communicatieobjecten worden
ingesteld. Deze bedrijfsmodus moet tijdens de planningsfase worden gedefinieerd. Bij een
onjuist gedefinieerde bedrijfsmodus kunnen en comfortbeperkingen en een hoger
energieverbruik ontstaan.
–
Comfort: als de ruimtetemperatuur niet automatisch verlaagd en de ruimte daarom
onafhankelijk van de toepassing gebruikt wordt.
–
Stand-by: als de ruimte automatisch bijvoorbeeld met een aanwezigheidsmelder afhankelijk
van de toepassing wordt gebruikt.
–
Ecobedrijf: als de ruimte automatisch of handmatig afhankelijk van de toepassing wordt
gebruikt.
–
Vorst-/hittebeveiliging:als in de ruimte alleen de gebouwbeschermingsfunctie na reset nodig
is.
Opmerking
Deze parameter is alleen beschikbaar als de parameter 'Apparaatfunctie' op
'Enkel apparaat' of 'Masterapparaat' staat.
11.8.4
Algemeen – extra functies
Opties:
–
Deze parameter schakelt extra functies en communicatieobjecten vrij, bijvoorbeeld
raamcontact en aanwezigheidsmelder.
11.8.5
Algemeen – cyclisch 'in werking' zenden (min)
Opties:
–
Het communicatieobject 'in werking' dient ter informatie, dat de regelaar nog werkt. Er wordt
cyclisch de waarde '1' verzonden. De cyclus voor het zenden wordt via deze parameter
ingesteld. Als het cyclische telegram uitblijft, is de functie van het apparaat gestoord en kan
de airconditioning van de ruimte door een dwangsturing gewaarborgd blijven. Hiertoe
moeten de installatie en/of de aktor echter over de functie 'dwangsturing' beschikken.
Opmerking
Deze parameter is alleen beschikbaar, als de parameter 'extra functies' op 'ja'
staat.
KNX Technisch handboek 2CKA002273B8668 │ 23.02.2017
Applicatie-/parameterbeschrijvingen
Comfort
Stand-by
Ecobedrijf
Koelen met extra stand
Vorst-/hittebeveiliging
Nee
Ja
Instelmogelijkheid tussen 5 – 3000 minuten
Applicatie 'Object-RTR
│123