Download Print deze pagina

ABB 6131/20-500 Series Handboek pagina 108

Advertenties

11.5.39 Uitgebreide parameter – dode tijd (ss.fff)
Opties:
De ingestelde dode tijd wordt gestart na het uitschakelen van de melder door het aflopen
van de nalooptijd of als een uitschakeltelegram op de objecten 'externe impulsdrukker' of
'aktorstatus' wordt ontvangen.
Als binnen deze tijd een beweging wordt gedetecteerd, dan wordt de melder niet meteen
ingeschakeld. De dode tijd wordt eerst met 7 seconden verlengd. Als er na deze 7
seconden nog steeds beweging plaatsvindt, schakelt de melder weer in.
Als tijdens de dode tijd geen beweging wordt gedetecteerd, is de melder na de dode tijd
weer gereed om in te schakelen.
Dit gedrag kan bijvoorbeeld belangrijk zijn als de lamp sterk afkoelt en het detectiebereik
van de melder ligt. Zonder blokkeringen zouden er ongewilde inschakelingen voorkomen.
De dode tijd is bedoeld om direct herinschakelen te verhinderen. Voorbeeld: Een persoon
schakelt het licht handmatig uit omdat hij de ruimte verlaat. Zonder de dode tijd zou de
erkende beweging bij het verlaten een nieuwe inschakeling tot gevolg hebben.
Opmerking
Het object 'externe impulsdrukker' wordt onder de parameter 'externe
impulsdrukker' geactiveerd.
Het object 'aktorstatus' wordt onder de parameter 'statusindicatie' geactiveerd.
11.5.40 Uitgebreide parameter – object status van regeling gebruiken
Opties:
nee: er is geen afzonderlijk object 'status van de regeling'.
ja: een 1-bit-communicatieobject 'status van de regeling (uitgang)' wordt vrijgegeven.
Dit object stuurt een 1-telegram als de constantlichtregelaar automatisch functioneert.
Het object stuurt een 0-telegram als handmatig wordt ingegrepen, bijvoorbeeld handmatig
uitgeschakeld is.
11.5.41 Uitgebreide parameter – instellingen bij download overschrijven
Opties:
ja: als men de applicatie opnieuw in de melder laadt, worden de via de bus gewijzigde
waarden overschreven door de geparametreerde waarden van de ETS-applicatie.
nee: als men de applicatie opnieuw in de melder laadt, worden de via de bus gewijzigde
waarden niet overschreven door de geparametreerde waarden van de ETS-applicatie.
Waarden:
Gewenste waarde
nalooptijden
Helderheidscorrectiewaarden
KNX Technisch handboek 2CKA002273B8668 │ 23.02.2017
Applicatie-/parameterbeschrijvingen
00.100 .. 01.250 .. 59.999
Nee
Ja
Ja
Nee
Applicatie 'constantlichtregelaar'
│108

Advertenties

loading