Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Meldingengebied; Gebied Voor Curven En Softkeys - Philips Efficia DFM100 Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor Efficia DFM100:
Inhoudsopgave

Advertenties

3: Het apparaat bedienen

Meldingengebied

In het meldingengebied worden berichten weergegeven tijdens een voorval. Het type bericht varieert
per gebruiksmodus.
Afbeelding 30

Gebied voor curven en softkeys

De Efficia DFM100 is zo geconfigureerd dat in de drie curvesectoren een vooraf bepaalde curve
wordt weergegeven wanneer de modus Monitor, Handmatige defibrillatie (alleen twee
curvesectoren), Pacing (alleen twee curvesectoren) of AED (één curvesector) actief is op het moment
dat het apparaat wordt ingeschakeld. Een stippellijn in een ECG-curvesector geeft aan dat de bron
van de curve ongeldig is. Curvesectoren kunnen allerlei informatie bevatten, voor zover relevant voor
de actieve parameter, weergave en taak.
U kunt ook een, twee of drie curven tegelijk op het scherm weergeven, afhankelijk van de modus
waarin de Efficia DFM100 zich bevindt en de configuratie van het apparaat. In dit gebied wordt ook
andere relevante informatie weergegeven, zoals het aantal afgegeven schokken en het ingestelde
energieniveau.
Curvesector 1
Curvesector 1 bevat alleen een ECG-curve. Deze curve wordt gebruikt voor aritmiedetectie,
hartfrequentiebepaling en AED-analyse. Beschikbare curven zijn onder meer: Paddles (niet
beschikbaar in de modus AED), Elektroden, I, II, III, aVR, aVL, aVF en V.
In curvesector 1 worden ook de ECG-kalibratiebalk, de indicator voor auto-amplitude, het
ritmelabel, de ECG-filterinstelling en R-toppijlen weergegeven. De kalibratiebalk dient als
referentiepunt voor de vergelijking van de weergegeven ECG-curve met de ingestelde grootte.
De indicator voor auto-amplitude wordt weergegeven wanneer Auto-scaling is ingeschakeld.
R-toppijlen worden weergegeven wanneer het apparaat zich in de modus Sync of Monitor bevindt,
of pacingtherapie geeft in de modus Vragen.
Afbeelding 31
Afleidingslabel
Kalibratiebalk
Indicator voor
auto-amplitude
ECG-filterinstelling
Nadat het ECG-algoritme de curve in curvesector 1 heeft geanalyseerd, wordt de curve gelabeld (in
alle klinische modi behalve AED) als de DFM100 is geconfigureerd om het ritme weer te geven.
Mogelijke labels zijn:
 
 
 
 
32
Meldingengebied

Markeringen in curvesector 1

 
 
 
 

 
 
 
 
 
 
Het scherm
R-toppijlen
Ritme

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

866199

Inhoudsopgave