Inhoudsopgave
Advertenties
8: Pacing
Pacen in de modus Vast
Pacingtherapie in de modus Vast:
Draai de therapieknop in de stand Pacemaker.
1
In de Pacing-balk wordt het bericht
pacemakerfunctie is ingeschakeld, maar er geen pacepulsen worden afgegeven. Pacing vragen is
de standaard pacemakermodus.
2
Schakel over naar de modus Vast.
a
b
c
Afbeelding 55
Gebruik de knop Lead Select om de gewenste afleiding voor weergave, indien beschikbaar, te
3
selecteren.
OPMERKING: Als u de ECG-curve en de bijbehorende parameters tijdens de pacingtherapie wilt zien, plaatst u
ECG-elektroden met elektroden op de patiënt. Als u tijdens het pacen elektroden bekijkt in
curvesector 1 kan de hartslag onjuist worden weergegeven en kunnen er verkeerde alarmen worden
afgegeven.
Druk op de toets
4
menu om het venster Pacingfrequentie weer te geven. Gebruik de slimme selectieknop om de
frequentie aan te passen en druk vervolgens op de slimme selectieknop om de frequentie te
selecteren. Herhaal dit en selecteer
Zie
5
Druk op
Als er een ECG-curve wordt weergegeven, controleer dan of er witte pacemakermarkeringen
6
verschijnen.
7
Controleer de patiënt op perifere pulsatie en verhoog de output zo nodig.
8
Druk op de toets
selectieknop om de output te verhogen totdat de hartfunctie wordt geregistreerd. Het volgen
wordt aangegeven door het verschijnen van QRS-complexen na elke pacemakermarkering.
Verlaag de output tot het laagste niveau waarbij de hartfunctie nog steeds wordt vastgelegd.
Controleer de patiënt op perifere pulsatie. (Pulsalarmen zijn standaard ingeschakeld.)
9
98
Druk op de slimme selectieknop.
Draai aan de knop Smart Select om
de knop.
Selecteer
en druk op de knop Smart Select. (Zie
De pacingmodus wijzigen
Afbeelding
54.
.
weergegeven dat aangeeft dat de
en selecteer vervolgens
om de pacemakeroutput aan te passen.
wordt in de Pacing-balk weergegeven.
en selecteer
Pacen in de modus Vast
te markeren en druk vervolgens op
Afbeelding
55.)
. Gebruik de slimme
uit het
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
