Geavanceerde HemoSphere -monitor
1.
Sluit de thermistoraansluiting van de Swan-Ganz -katheter ((1), Afbeelding 4-1 op pagina 73) aan op
de CCO-kabel voor de patiënt.
2.
Sluit de injectaattemperatuursonde aan op de connector van de injectaattemperatuursonde (3) op de
CCO-kabel voor de patiënt. Het injectaatsysteemtype (in-line of bad) wordt automatisch
gedetecteerd.
3.
Raak het pictogram Instellingen
pictogram iCO aan
4.
Selecteer de volgende instellingen op het scherm Nieuwe instelling configuratie:
•
Injectaatvolume: 10 ml, 5 ml, of 3 ml (alleen badlijnsonde)
•
Maat katheter: 5,5F, 6F, 7F, 7,5F of 8F
•
Calculatieconstante: Auto, of het toetsenblok voor handmatige invoer verschijnt als het wordt
geselecteerd
Opmerking
De berekeningsconstante wordt automatisch berekend volgens het injectaatsysteemtype, het
injectaatvolume en de kathetermaat. Als de berekeningsconstante handmatig wordt ingevoerd,
dan zijn de selecties voor het injectaatvolume en de kathetermaat ingesteld op Auto.
•
Bolusmodus: Auto of Handmatig
5.
Raak de knop Start serie aan.
6.
In de automatische bolusmodus wordt Wachten gemarkeerd (
basislijn wordt bereikt. In de handmatige bolusmodus verschijnt Klaar (
op het scherm wanneer de thermische basislijn is vastgesteld. Raak eerst de knop Injecteren aan
om de bolusprocedure te starten.
7.
Als Injecteren wordt gemarkeerd (
methode om de bolus te injecteren met de volumehoeveelheid die eerder is geselecteerd.
8.
Berekenen is gemarkeerd (
weergegeven.
9.
Herhaal de stappen 6-8 maximaal zes keer, zoals gewenst.
10. Raak de knop Overzicht aan en bewerk de bolusreeks zo nodig.
11. Raak de knop Accepteren aan.
4.1.3 Continue bewaking einddiastolisch volume
Volg stap 1 t/m 10 in Bewaking cardiac output met de HemoSphere Swan-Ganz -module op pagina 73
voordat u doorgaat. Om de EDV/RVEF -parameters te ontvangen, moet een Swan-Ganz CCO-katheter
met RVEDV worden gebruikt.
1.
Sluit de aansluitingen voor de thermistor (1) en het thermisch filament (2) van de Swan-Ganz
volumetrische katheter (Afbeelding 4-1 op pagina 73) aan op de CCO-kabel voor de patiënt.
2.
Controleer of de katheter goed is ingebracht bij de patiënt.
→ tabblad Klinische hulpmiddelen
.
), gebruikt u een snelle, soepele, continue
) en vervolgens wordt de resulterende iCO-meting
75
Snelstart geavanceerde HemoSphere-monitor
) tot de thermische
→
) gemarkeerd