Geavanceerde HemoSphere -monitor
1. Swan-Ganz -katheter
2. thermistoraansluiting
3. aansluiting injectaattemperatuursonde
9.3.1.1 Sondeselectie
Een injectaattemperatuursonde detecteert de injectaattemperatuur. De geselecteerde sonde is
aangesloten op de CCO-kabel voor de patiënt (Afbeelding 9-5 op pagina 163). Elk van beide twee
sondes kan worden gebruikt:
•
Er wordt een in-line-sonde aangesloten op de doorstroombehuizing op het injectaat-
toedieningssysteem van de CO-Set/CO-Set+.
•
Een badsonde meet de temperatuur van de injectaatoplossing. Badsondes zijn bestemd voor meten
van de temperatuur van een monsteroplossing die bij dezelfde temperatuur wordt bewaard als de
steriele oplossing die wordt gebruikt voor het injectaat bij berekening van de bolus-cardiac output.
Sluit de injectaattemperatuursonde (in-line of bad) aan op de connector van de
injectaattemperatuursonde op de CCO-kabel voor de patiënt, weergegeven als (3) in Afbeelding 9-5
op pagina 163.
9.3.2 Configuratie-instellingen
De geavanceerde HemoSphere -monitor biedt de gebruiker de keus om een specifieke
berekeningsconstante in te voeren of de HemoSphere Swan-Ganz -module zo te configureren dat deze
automatisch de berekeningsconstante kan bepalen door het selecteren van het injectaatvolume en de
kathetermaat. De gebruiker kan ook het weergavetype voor de parameters en de bolusmodus
selecteren.
Afbeelding 9-5: Overzicht iCO-aansluitingen
163
HemoSphere Swan-Ganz -modulebewaking
4. CCO-kabel patiënt
5. HemoSphere Swan-Ganz -module
6. Geavanceerde HemoSphere -monitor