Pagina 1
Geavanceerde HemoSphere-monitor Gebruikers- handleiding Edwards Lifesciences...
Pagina 2
Buiten de VS en Canada (24 uur) ... +1 949 250 2222 Europa ....... . +8001 8001 801 of techserv_europe@edwards.com In het VK.
Pagina 3
Deze handleiding gebruiken De gebruikershandleiding van de geavanceerde HemoSphere-monitor van Edwards Lifesciences bestaat uit elf hoofdstukken, acht bijlagen en een index. De afbeeldingen in deze handleiding zijn alleen bedoeld als referentie en zijn vanwege voortdurende softwareverbeteringen wellicht geen exacte nabootsing van de schermen.
Pagina 4
Hoofdstuk Beschrijving HemoSphere-Swan-Ganz-modulebewaking: beschrijft procedures voor het instellen en uitvoeren van bewaking van de continue cardiac output, de intermitterende cardiac output en het einddiastolisch volume van het rechterventrikel met de Swan-Ganz-module. Oximetriebewaking: beschrijft procedures voor het kalibreren en uitvoeren van oximetriemeting (zuurstofsaturatie).
Verklaring voor beoogd gebruik ............17 Hemodynamische technologieverbindingen geavanceerde HemoSphere-monitor....19 Stijlconventies in de handleiding .
1.2.2 Geavanceerde HemoSphere-monitor met HemoSphere-oximetriekabel De geavanceerde HemoSphere-monitor, indien gebruikt met de HemoSphere-oximetriekabel en Edwards- oximetriekatheters van Edwards, is geïndiceerd voor gebruik bij volwassen en pediatrische patiënten op de intensive care bij wie de veneuze zuurstofsaturatie (SvO en ScvO ) en de afgeleide hemodynamische parameters bewaakt moeten worden in een ziekenhuisomgeving.
Een uitgebreide lijst met parameters die beschikbaar zijn voor volwassen en pediatrische patiëntengroepen tijdens het bewaken met de geavanceerde HemoSphere-monitor en zowel een aangesloten HemoSphere- Swan-Ganz-module als een oximetriekabel wordt hieronder weergegeven in tabel 1-3. Tabel 1-3 Lijst met beschikbare parameters voor de HemoSphere Swan-Ganz-module...
Elke module/kabel hoort bij een specifieke hemodynamische bewakingstechnologie van Edwards. De momenteel beschikbare modules zijn onder andere de HemoSphere-Swan-Ganz-module, die hieronder wordt geïntroduceerd en in meer detail wordt beschreven in hoofdstuk 9, HemoSphere-Swan-Ganz-modulebewaking. De momenteel beschikbare kabels zijn onder andere de HemoSphere-oximetriekabel, die hieronder wordt...
(HR ) van een monitor aan het bed van een patiënt. De HemoSphere-Swan-Ganz-module past in een gewone modulesleuf. Voor meer informatie, raadpleeg hoofdstuk 9, HemoSphere-Swan-Ganz-modulebewaking tabel 1-4 toont een lijst met de beschikbare parameters bij het gebruik van de HemoSphere-Swan-Ganz-module.
• De gebruiksaanwijzing wordt meegeleverd met de onderdelen van de geavanceerde HemoSphere-monitor. Raadpleeg tabel B-1, ‘Onderdelen geavanceerde HemoSphere-monitor’, op pagina 149. Wanneer u meer informatie wilt over de wijze waarop u training voor of beschikbare documentatie over de geavanceerde HemoSphere-monitor kunt krijgen, kunt u contact opnemen met de plaatselijke vertegenwoordiger van...
Geavanceerde HemoSphere-monitor 1 Inleiding 1.6 Stijlconventies in de handleiding Tabel 1-6 geeft de stijlconventies weer die in deze handleiding worden gebruikt. Tabel 1-6 Stijlconventies in de gebruikershandleiding Conventie Beschrijving Vetgedrukt Vetgedrukte tekst geeft een softwareterm aan. Dit woord of deze frase verschijnt op het scherm zoals weergegeven.
Pagina 23
STAT cardiale index SVRI systemische vasculaire weerstandsindex STAT cardiale output (‘systemic vascular resistance index’) ScvO centraalveneuze oximetrie Aanraking Werken met de geavanceerde HemoSphere-monitor door het scherm sEDV STAT einddiastolisch volume aan te raken. sEDVI STAT einddiastolisch volume-index thermodilutie pulsoximetriesaturatie Universele seriële bus indicator signaalkwaliteit (‘signal quality...
2.2 Waarschuwingen Hieronder staan de waarschuwingen die worden gebruikt in de bedieningshandleiding van de geavanceerde HemoSphere-monitor. Ze zijn in de handleiding opgenomen waar dit relevant is voor de functie of ingreep die wordt beschreven. Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig voordat u probeert de geavanceerde HemoSphere-monitor •...
Pagina 26
Gebruik alleen accessoires, kabels en/of onderdelen voor de geavanceerde HemoSphere-monitor • die zijn geleverd en gelabeld door Edwards. Het gebruik van niet-gelabelde accessoires, kabels en/of onderdelen kan van invloed zijn op de veiligheid van de patiënt en de nauwkeurigheid van metingen.
Pagina 27
Zorg dat de Demomodus niet is geactiveerd in een klinische omgeving, zodat gesimuleerde • gegevens niet verward worden met klinische gegevens. (hoofdstuk 7) Gebruik de geavanceerde HemoSphere-monitor niet als onderdeel van een gedistribueerd • alarmsysteem. De geavanceerde HemoSphere-monitor ondersteunt geen systemen voor externe alarmbewaking/-beheer.
2.3 Let op Hieronder staan de let op-meldingen die worden gebruikt in de bedieningshandleiding van de geavanceerde HemoSphere-monitor. Ze zijn in de handleiding opgenomen waar dit relevant is voor de functie of ingreep die wordt beschreven. De federale wet (VS) beperkt de verkoop van dit instrument tot verkoop door of op voorschrift •...
Pagina 29
Stel de geavanceerde HemoSphere-monitor niet bloot aan extreme temperaturen. Raadpleeg • de milieuspecificaties in bijlage A. (hoofdstuk 3) Stel de geavanceerde HemoSphere-monitor niet bloot aan vuile of stoffige omgevingen. (hoofdstuk 3) • Blokkeer de ventilatieopeningen van de geavanceerde HemoSphere-monitor niet. (hoofdstuk 3) •...
Pagina 30
Voer de patiëntgegevens opnieuw in, indien nodig. (hoofdstuk 10) Reinig na elk gebruik het instrument en de accessoires en berg deze op. (bijlage F) • Giet of spuit geen vloeistof over enig deel van de geavanceerde HemoSphere-monitor, accessoires, • modules of kabels. (bijlage F) Gebruik geen andere desinfecterende oplossing dan de hierboven aangegeven soorten.
Pagina 31
Voer periodieke inspecties uit om de kabels te controleren op defecten. Rol de kabels niet strak • op bij het opbergen. (bijlage F) Steriliseer de HemoSphere-oximetriekabel niet met behulp van stoom, straling of EO • (ethyleenoxide). Dompel de HemoSphere-oximetriekabel niet onder. (bijlage F) Als er een elektrolytische vloeistof, bijvoorbeeld Ringer-lactaat oplossing, in de connectoren van •...
2 Veiligheid en symbolen 2.4 Symbolen gebruikersinterface Hieronder volgen pictogrammen die in het scherm van de geavanceerde HemoSphere-monitor verschijnen. Voor meer informatie over het uiterlijk van schermen en navigatie raadpleegt u hoofdstuk 5, Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor. Bepaalde pictogrammen zijn alleen zichtbaar tijdens bewaking met een specifieke hemodynamische technologiemodule of kabel, zoals aangegeven.
CO-aftellen (HemoSphere- Swan-Ganz-module) 2.5 Symbolen op productlabels Dit gedeelte geeft de symbolen weer die op de geavanceerde HemoSphere-monitor en andere beschikbare accessoires voor het geavanceerde HemoSphere-bewakingsplatform staan. Tabel 2-2 Symbolen op productlabels Tabel 2-2 Symbolen op productlabels (vervolg)
Pagina 34
Geavanceerde HemoSphere-monitor 2 Veiligheid en symbolen Tabel 2-2 Symbolen op productlabels (vervolg) Tabel 2-2 Symbolen op productlabels (vervolg) Symbool Beschrijving Symbool Beschrijving Raadpleeg de gebruiksaanwijzing USB 3.0 op eifu.edwards.com De gebruiksaanwijzing is in elektronische Ethernet-aansluiting vorm beschikbaar via de telefoon of de website.
MAC (Medium Access Control) fysieke laag (PHY - physical layer) draadloos LAN 2.7 Essentiële prestaties van de geavanceerde HemoSphere-monitor Het platform moet voorzien in een weergave van continue CO en intermitterend CO met een compatibele Swan-Ganz-katheter volgens de specificaties zoals aangegeven in bijlage A. Het platform moet voorzien...
Verdraai of verbuig de connectoren niet. Bevestig voor gebruik dat alle sensoren en kabels juist en volledig zijn aangesloten. Koppel voor het gebruiken van een defibrillator altijd de Patiënt CCO-kabel en oximetriekabel los van de monitor om corruptie van gegevens op de geavanceerde HemoSphere-monitor te voorkomen.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 3 Plaatsing en instelling 3.2 Verbindingspoorten geavanceerde HemoSphere-monitor De volgende monitoraanzichten tonen de verbindingspoorten en andere belangrijke kenmerken op de voor-, achter- en zijpanelen van de geavanceerde HemoSphere-monitor. 3.2.1 Voorzijde monitor visuele alarmindicator aan-uitknop ...
3.3.1 Opties en aanbevelingen voor montage De geavanceerde HemoSphere-monitor moet op een stabiel, plat oppervlak worden geplaatst of stevig op een compatibele standaard worden gemonteerd, in overeenstemming met de werkwijzen van uw instelling. Er is een rolstandaard voor de geavanceerde HemoSphere-monitor verkrijgbaar als optioneel accessoire.
Gebruik uitsluitend door Edwards goedgekeurde batterijen bij de geavanceerde HemoSphere-monitor. Laad de batterij niet buiten de monitor op. Als dit wel gebeurt, kan de batterij beschadigd raken en de gebruiker letsel oplopen. Het wordt aanbevolen om de geavanceerde HemoSphere-monitor met de batterij geplaatst te gebruiken om eventuele onderbrekingen in de bewaking tijdens stroomuitval te voorkomen.
Gebruik geen andere afneembare netsnoeren dan het meegeleverde netsnoer. Om het risico op elektrische schok te vermijden, kan de geavanceerde HemoSphere-monitor uitsluitend worden aangesloten op een geaard stopcontact (randaarde). Gebruik geen 3-naar-2-pins-adapters. Betrouwbare aarding kan alleen worden bereikt als het instrument is aangesloten op een contactdoos die gemarkeerd is met ‘uitsluitend voor ziekenhuisgebruik’,...
3.3.4 Een hemodynamische bewakingsmodule aansluiten en loskoppelen De geavanceerde HemoSphere-monitor wordt verzonden met twee standaard uitbreidingsmodules en één L-Tech-uitbreidingsmodule. Vóór het introduceren van een nieuwe bewakingstechnologiemodule moet de uitbreidingsmodule worden verwijderd door de ontgrendelingsknop in te drukken om de blanco module te ontgrendelen en naar buiten te schuiven.
Druk op de aan-uitknop op het voorpaneel om de monitor aan en uit te zetten. Nadat de monitor is aangezet, verschijnt het Edwards-scherm, gevolgd door het scherm zelftest bij inschakeling (Power-On Self Test – POST). De POST verifieert of de monitor voldoet aan de basisbedieningsvereisten door kritische hardware- componenten te testen en wordt elke keer als het systeem wordt ingeschakeld, uitgevoerd.
3.4.2 Taal selecteren Bij het voor de eerste keer opstarten van de geavanceerde HemoSphere-monitor worden taalopties geboden die de weergavetaal, tijd- en datumnotering en meeteenheden beïnvloeden. Het scherm voor taalselectie verschijnt na initialisatie van de software en voltooiing van de POST. Het selecteren van de taal stelt ook de weergave-eenheden en tijd- en datumnotering in op de standaardinstellingen voor die taal (raadpleeg Bijlage D: Instellingen en standaardwaarden monitor).
Inhoud Cardiac output-bewaking met de HemoSphere-Swan-ganz-module ......47 HemoSphere-oximetriekabelbewaking ........... . .50 OPMERKING Dit hoofdstuk is bedoeld voor ervaren clinici.
Zorg ervoor dat geavanceerde HemoSphere-monitor uit staat en plaats vervolgens de HemoSphere- Swan-Ganz-module in de monitor. De module klikt vast als hij goed op zijn plaats zit. Druk op de aan-uitknop om de geavanceerde HemoSphere-monitor aan te zetten. Alle functies zijn toegankelijk via het aanraakscherm.
Controleer of de katheter goed is ingebracht bij de patiënt. Sluit één uiteinde van de ECG-interfacekabel aan op het achterpaneel van de geavanceerde HemoSphere-monitor en het andere uiteinde op de ECG-signaaluitgang van de monitor aan het bed. Raak het pictogram Meten starten aan om te beginnen met de CO/EDV-bewaking.
Sluit de HemoSphere-oximetriekabel aan op de linkerzijde van de geavanceerde HemoSphere-monitor. Raadpleeg afbeelding 4-2. Druk op de aan-uitknop om de geavanceerde HemoSphere-monitor aan te zetten. Alle functies zijn toegankelijk via het aanraakscherm. Selecteer de knop Doorgaan met dezelfde patiënt of de knop Nieuwe patiënt en voer nieuwe patiëntgegevens in.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 4 Snelstart geavanceerde HemoSphere-monitor Voer de Hemoglobine (Hb) of hematocrietwaarde (Ht) van de patiënt in. Er kan een standaardwaarde worden gebruikt tot de Hb of Ht van de patiënt beschikbaar is. Raak de knop Kalibreren aan. Als de kalibratie met succes is afgerond, verschijnt de volgende melding: In-vitro-kalibratie OK, Breng katheter in.
Uiterlijk van de geavanceerde HemoSphere-monitor ........
Pagina 53
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor Navigatiebalk Hoofdvenster (sectie 5.2) Parameterbol (sectie 5.3.1) Informatiebalk (sectie 5.5) Statusbalk (sectie 5.6) Afbeelding 5-1 Functies van het scherm van de geavanceerde HemoSphere-monitor...
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor 5.2 Navigatiebalk De navigatiebalk staat op de meeste schermen. Uitzondering hierop vormen het opstartscherm en de schermen die aangeven dat de geavanceerde HemoSphere-monitor is gestopt met bewaken. Meting starten/stoppen Selectie monitorscherm Klinische...
Pagina 55
De Snapshot-knop slaat een afbeelding op van het huidige scherm. Er moet een USB-stick Snapshot. in een van de twee USB-poorten (achterpaneel en paneel aan de rechterzijde) van de geavanceerde HemoSphere-monitor geplaatst zijn om het beeld te kunnen opslaan. Dit pictogram onderdrukt alle alarmen gedurende twee minuten. Hoorbare alarmen onderdrukken.
Er verschijnt een pop-upscherm dat de geselecteerde parameter weergeeft in kleur en andere weergegeven parameters met een gekleurde omranding. Beschikbare parameters zijn niet met een kleur gemarkeerd. Afbeelding 5-4 laat het pop-upvenster zien dat verschijnt tijdens de selectie van continue parameters en bewaking met de HemoSphere-Swan-Ganz-module.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor Afbeelding 5-4 Voorbeeld van pop-upvenster voor selectie hoofdparameter Raak een beschikbare parameter aan om de vervangende parameter te selecteren. 5.3.1.2 Alarm/doelwaarde wijzigen Met het scherm Alarmen/doelen kan de gebruiker alarm- en doelwaarden zien en instellen voor de geselecteerde parameter, of de instellingen voor de hoorbare alarmen en doelwaarden aan- of uitzetten.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor 5.3.1.3 Statusindicatoren De lantaarn boven elke parameterbol geeft de huidige status van de patiënt aan. De kleur verandert als de status van de patiënt zich wijzigt. De bollen kunnen aanvullende informatie weergeven:...
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor De kleuren komen overeen met die van de klinische doelwaarde-indicator op de hoofdparameterbollen in de grafische trendgrafiek als de doelwaarden voor de parameter zijn ingeschakeld. De alarmgrenswaarden voor elke parameter worden weergegeven als gekleurde pijlen op de y-as van de grafiek.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor 5.3.2.2 Interventiegebeurtenissen In het grafische trendscherm kan door het selecteren van het interventiepictogram een menu met interventietypen, details en opmerkingen worden geopend. Afbeelding 5-7 Grafische trend - Interventievenster Om een nieuwe interventie in te voeren: Selecteer het type interventie uit het menu Nieuwe interventie aan de linkerkant.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor Tabel 5-2 Interventiegebeurtenissen Interventie verandering % Type Interventie Inotropie Vasodilatator Vasopressor (groen) PEEP Positiestelsel Trendelenburg (paars) Vloeistoffen Rode bloedcellen Colloïd Kristalloïd (blauw) Aangepast Aangepaste gebeurtenis (grijs) Nadat het type interventie is geselecteerd, worden markeringen die de interventie aanduiden visueel weergegeven in alle grafieken.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor Afbeelding 5-8 Grafische trendscherm - Interventie-informatieballon 5.3.3 Trendtabellen Het scherm Trendtabellen geeft de geselecteerde hoofdparameters en hun geschiedenis weer in tabelvorm. Afbeelding 5-9 Scherm Trendtabellen Raak het scherm aan in de tabel om het interval tussen de waarden te wijzigen.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor Selecteer een waarde in het pop-upscherm Tijdsintervallen. Afbeelding 5-10 Pop-upscherm Tijdsintervallen 5.3.3.1 Bladermodus trendtabellen Er kan maximaal 72 uur aan bewaakte parametergegevens worden bekeken door terug te bladeren. De bladermodus is gebaseerd op het aantal cellen. U kunt kiezen uit drie bladersnelheden: 1x, 6x en 40x.
Belangrijke kenmerken van dit scherm worden genummerd weergegeven op afbeelding 5-11. Dit voorbeeld is van het continue fysiologiescherm gedurende actieve bewaking met de HemoSphere-Swan-Ganz-module en geïntegreerde ECG-, MAP- en CVD-signalen. De ScvO /SvO -parametergegevens en de signaalkwaliteitsindicator (SQI) worden hier weergegeven terwijl de HemoSphere-oximetriekabel aangesloten is en veneuze zuurstofsaturatie actief bewaakt.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor De systemische vasculaire weerstand, aangegeven in het midden van de animatie van het vaatsysteem, is beschikbaar tijdens het bewaken van CO/CI en terwijl gebruik wordt gemaakt van analoge druksignalen voor MAP en CVD van een aangesloten patiëntenmonitor, als SVR =[(MAP-CVD)/ CO]*80.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor De hoofdparameterbollen op het cockpitscherm tonen een complexere doelwaarde- en alarmindicator dan de standaardparameterbol. Het volledig afgebeelde bereik van de parameter wordt gebruikt om een meetschaal af te beelden die loopt van de minimuminstelling tot de maximuminstelling van de grafische trends.
Pagina 67
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor OPMERKING De pictogrammen voor klok/golfvorm en iCO verschijnen niet voordat er een thermodilutieset wordt uitgevoerd en er waarden worden ingevoerd (raadpleeg 5.3.7.2 Parametervakken hieronder). Alleen de beschikbare continue parameters worden weergegeven. Afbeelding 5-14 Scherm Historische...
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor 5.3.7.2 Parametervakken In elk parametervak staat: Naam parameter • Parametereenheden • Parameterwaarde (indien beschikbaar) • Klinische doelwaarde-indicator (indien een waarde aanwezig is) • Als de parameter in een foutstatus verkeert, is de waarde blanco, waarmee wordt aangeduid dat deze niet beschikbaar was of is op het moment van de schermweergave.
5.4 Klinische effecten De meeste opties in het menu Klinische effecten zijn gerelateerd aan de huidige bewakingsmodus (bijv. bij bewaking met de HemoSphere-Swan-Ganz-module). De volgende klinische effecten zijn beschikbaar in alle bewakingsmidi. 5.4.1...
De informatiebalk verschijnt op alle actieve bewakingsschermen en de meeste schermen voor klinische effecten. Deze geeft de huidige tijd, datum, bewakingsmodus, batterijstatus en het symbool Scherm vergrendeld weer. Tijdens bewaking met de HemoSphere-Swan-Ganz-module kunnen de CO-afteltimer, de bloedtemperatuur en de doorgekoppelde hartslag eveneens worden weergegeven. Als de monitor een ZIS- of wifi-verbinding heeft, wordt de status weergegeven.
5.5.1 Batterij Als de Geavanceerde monitor is voorzien van een HemoSphere-Accu zal de bewaking niet worden onderbroken tijdens stroomuitval. De levensduur van de batterij wordt aangegeven op de informatiebalk met de symbolen zoals getoond in tabel 5-5. Voor meer informatie over het plaatsen van de batterij raadpleegt u Plaatsing van de batterij op pagina 42.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor Afbeelding 5-18 Scherm vergrendelen Er verschijnt een groot pictogram van een slot rechts van de informatie- en de statusbalk. Om de schermvergrendeling ongedaan te maken, moet u het pictogram aanraken en erop blijven drukken.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor 5.7.2 Pictogrammen navigatie Er zijn bepaalde knoppen die altijd dezelfde functie hebben: Met de Home-knop gaat u naar het meest recent bekeken monitorscherm en slaat u alle wijzigingen Home. van de scherminformatie op.
Pagina 74
Geavanceerde HemoSphere-monitor 5 Navigeren van de geavanceerde HemoSphere-monitor Raak de toetsen op het toetsenbord aan om alfanumerieke gegevens in te voeren. Toetsenbord. annuleren enter cursor cursor backspace links rechts...
WAARSCHUWING Voer Nieuwe patiënt uit of verwijder het patiëntgegevensprofiel als een nieuwe patiënt wordt aangesloten op de geavanceerde HemoSphere-monitor. Als u dit nalaat, kunnen eerdere patiëntgegevens in de historische weergaven terechtkomen. Na het aanzetten van de monitor verschijnt het scherm Nieuwe of vervolgpatiënt (afbeelding 6-1).
Geavanceerde HemoSphere-monitor 6 Instellingen gebruikersinterface Raak de Enter-toets op het toetsenblok/toetsenbord aan om iedere demografische selectiewaarde van de patiënt op te slaan en terug te keren naar het scherm met de patiëntgegevens. Raak de knop Patiënt-ID aan en gebruik het toetsenbord om de (identificatie) ziekenhuis-ID van de patiënt in te voeren.
De Algemene monitorinstellingen zijn de instellingen die invloed hebben op elk scherm. Dit zijn de weergavetaal, de gebruikte eenheden, het alarmvolume en het geluid voor een snapshot. De interface van de geavanceerde HemoSphere-monitor is beschikbaar in verschillende talen. De eerste keer als de geavanceerde HemoSphere-monitor wordt opgestart, verschijnt er een taalselectiescherm.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 6 Instellingen gebruikersinterface 6.2.1.1 Taal veranderen Raak het pictogram Instellingen aan. Raak de knop Monitorinstellingen aan. Raak de knop Algemeen aan. Afbeelding 6-4 Algemene monitorinstellingen Raak de waardesectie aan van de knop Taal en selecteer de gewenste weergavetaal.
Eventuele bewaarde gegevens worden bijgewerkt om de tijdswijziging te weerspiegelen. OPMERKING De tijdsklok van de geavanceerde HemoSphere-monitor past zich niet automatisch aan de zomertijd aan. Deze aanpassing moet worden gedaan aan de hand van de volgende instructies.
6.2.5 Signaalingang voor analoge druk Tijdens het uitvoeren van CO-bewaking kan de geavanceerde HemoSphere-monitor ook de SVR berekenen door gebruik te maken van analoge druksignalen van een aangesloten patiëntenmonitor. OPMERKING Aansluiting op externe invoerapparaten maakt het mogelijk om extra informatie weer te geven.
Pagina 82
Neem contact op met uw plaatselijke vertegenwoordiger van Edwards om de juiste analoge ingang-interfacekabel van de geavanceerde HemoSphere-monitor voor uw bedmonitor te krijgen. De volgende procedure beschrijft hoe u de analoge ingangspoorten van de geavanceerde HemoSphere- monitor kunt configureren. Raak het pictogram Instellingen aan.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 6 Instellingen gebruikersinterface Selecteer CVD met de lijstknop Parameter voor de genummerde analoge poort waarop de CVD is aangesloten. De standaard instelwaarden voor CVD worden weergegeven. OPMERKING Dezelfde parameter mag niet tegelijkertijd op meer dan één analoge ingang worden geconfigureerd.
6 Instellingen gebruikersinterface 6.2.5.1 Kalibratie De kalibratie-optie is nodig als de standaardwaarden onjuist zijn of het spanningsbereik onbekend is. Het kalibratieproces configureert de geavanceerde HemoSphere-monitor met het analoge signaal dat wordt ontvangen van de bedmonitor. OPMERKING Voer geen kalibratie uit als de standaardwaarden juist zijn.
Pagina 85
MAP- en CVD-gegevens die worden verzonden vanaf externe monitoren. Aangezien de analoge signaalkwaliteit voor de MAP en CVD van de externe monitor niet kan worden gevalideerd door de geavanceerde HemoSphere-monitor, kunnen de werkelijke waarden en de waarden (inclusief alle afgeleide waarden) die worden weergegeven door de geavanceerde HemoSphere-monitor mogelijk niet consistent zijn.
Techniek ................97 7.1 Alarmen/doelen De geavanceerde HemoSphere-monitor beschikt over twee typen alarmen: Fysiologische alarmen: Deze worden ingesteld door de clinicus en geven de bovenste en/of onderste alarmbereiken aan voor de geconfigureerde continue hoofdparameters.
Bij fysiologische alarmen is de vertraging de hoeveelheid tijd die het kost om de volgende fysiologische parameter te berekenen: Continue CO en bijbehorende parameters HemoSphere-Swan-Ganz-module: varieert, maar • is doorgaans rond de 57 seconden (Raadpleeg CO-afteltimer en STAT CO op pagina 109).
Geavanceerde HemoSphere-monitor 7 Geavanceerde instellingen 7.1.1.2 Technische alarmen Tijdens een actief technisch alarm kan de gebruiker het alarmgeluid onderdrukken en de visuele alarmindicator (middelhoge en lage prioriteit) uitschakelen door het pictogram voor het onderdrukken van hoorbare alarmen aan te raken .
De instellingen voor elke hoofdparameter worden weergegeven in een parametervak. De huidige geconfigureerde hoofdparameters vormen de eerste set hoofdparameters die wordt afgebeeld. De overige hoofdparameters worden afgebeeld in een gedefinieerde volgorde. De parameters vermelden ook waarop de doelwaarden gebaseerd zijn: Aangepaste standaardwaarde, Standaardwaarde Edwards en Aangepast. Tabel 7-3 Standaarddoelwaarden Standaardnaam...
Geavanceerde HemoSphere-monitor 7 Geavanceerde instellingen OPMERKING De instellingen van visuele en hoorbare alarmen zijn alleen van toepassing op de parameters die worden weergegeven. Om alarmen/doelen aan te passen: Raak het pictogram Instellingen aan. Raak de knop Geavanceerde instelling aan en voer het vereiste wachtwoord in.
Raak de knop Doorgaan aan in het bevestigingspop-upscherm om het herstellen te bevestigen. Om alle instellingen te herstellen naar de Standaardwaarde Edwards, raakt u Alle Edwards- waarden herstellen. De melding ‘Met deze actie worden ALLE alarmwaarden en doelwaarden in Edwards’...
Geavanceerde HemoSphere-monitor 7 Geavanceerde instellingen Raak de knop Instellen aangepaste waarden aan. Afbeelding 7-2 Instellen aangepaste waarden alarmen/doelen De standaardwaarden kunnen worden weergegeven als Geïndexeerd of Niet-geïdexeerd. Kies de gewenste indeling in Alle parameters instellen volgens: selectieknop. Raak de gewenste parameter aan.
Pagina 93
Geavanceerde HemoSphere-monitor 7 Geavanceerde instellingen Als u de visuele doelen voor de parameter wilt uitschakelen, raakt u het pictogram voor Doel ingeschakeld aan in de linkerbovenhoek van het pop-upscherm. De doelwaarde-indicator voor die parameter wordt grijs afgebeeld. Verander de bereikinstellingen met de pijlen of raak de waardeknop aan om een numeriek toetsenblok te openen.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 7 Geavanceerde instellingen 7.2 Schalen aanpassen De grafische trendgegevens vullen de grafiek van links naar rechts met de meest recente gegevens aan de rechterzijde. De parameterschaal staat op de verticale as en de tijdschaal op de horizontale. Afbeelding 7-4 Grafisch trendscherm Het schaalinstellingenscherm stelt de gebruiker in staat om zowel de parameter- als de tijdschaal in te stellen.
Pagina 95
Geavanceerde HemoSphere-monitor 7 Geavanceerde instellingen Raak voor elke parameter de knop Onderste aan om de minimumwaarde in te voeren die op de verticale as moet verschijnen. Raak de knop Bovenste aan om de maximale waarde in te voeren. Gebruik de horizontale bladerknoppen om aanvullende parameters te zien.
De Demonstratiemodus toont gegevens van een opgeslagen set en doorloopt voortdurend een vooraf ingestelde gegevensset. Tijdens de Demomodus behoudt de gebruikersinterface van het geavanceerde HemoSphere-bewakingsplatform dezelfde functionaliteit als een volledig werkend platform. Er moeten gesimuleerde demografische gegevens van een patiënt worden ingevoerd om de technologische functies van de Swan-Ganz te demonstreren.
Raak Ja aan op het bevestigingsscherm van de Demomodus. Raadpleeg hoofdstuk 9: HemoSphere-Swan-Ganz-modulebewaking voor meer informatie over bewaking met de HemoSphere-Swan-Ganz-module. Het geavanceerde HemoSphere-bewakingsplatform moet voor het bewaken van een patiënt opnieuw worden opgestart. WAARSCHUWING Zorg dat de Demomodus niet is geactiveerd in een klinische omgeving, zodat gesimuleerde gegevens niet verward worden met klinische gegevens.
8.1 Gegevens exporteren Het scherm Gegevens exporteren geeft een aantal functies voor het exporteren van gegevens van de geavanceerde HemoSphere-monitor. Dit scherm is met een wachtwoord beveiligd. Vanuit dit scherm kunnen artsen diagnostische rapporten exporteren, bewakingssessies verwijderen en rapporten van bewakingsgegeven exporteren.
Meer informatie over standaardwaarden vindt u hieronder. 8.2.1 Alle standaardinstellingen herstellen Wanneer de standaardwaarden worden hersteld, stopt de geavanceerde HemoSphere-monitor met alle functies en wordt het systeem hersteld naar de status zoals in de fabriek ingesteld. LET OP Standaardwaarden herstellen vervangt alle instellingen door de waarden zoals die in de fabriek zijn ingesteld.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 8 Gegevens exporteren en connectiviteitsinstellingen 8.3 Instellingen voor draadloos De geavanceerde HemoSphere-monitor kan verbinding maken met beschikbare draadloze netwerken. Raak het pictogram Instellingen aan. Raak de knop Geavanceerde instelling aan en voer het wachtwoord in. Raadpleeg de onderhoudshandleiding voor de wachtwoordcode voor artsen.
De geavanceerde HemoSphere-monitor beschikt over de mogelijkheid te communiceren met het Ziekenhuisinformatiesysteem (ZIS) om demografische en fysiologische gegevens van patiënten te verzenden en te ontvangen. De geavanceerde HemoSphere-monitor ondersteunt de berichtenstandaard Health Level 7 (HL7) en implementeert IHE-profielen (Integrating Healthcare Enterprise).
HemoSphere-monitor wordt bewaakt te koppelen aan een patiëntendossier dat uit het ZIS is opgehaald. Als een patiënt is geselecteerd in de zoekresultaten, worden de demografische gegevens weergegeven in het scherm Nieuwe patiëntgegevens.
Bovendien moet worden gewaarborgd dat verbonden apparaten vrij zijn van malware. Het gebruik van enige interface van de geavanceerde HemoSphere-monitor voor iets anders dan voor het beoogde doel kan een risico met betrekking tot cyberbeveiliging inhouden. Geen enkele verbinding met de geavanceerde HemoSphere-monitor is bedoeld om de bediening van andere apparaten te beheren.
De HemoSphere-Swan-Ganz-module aansluiten ........
Pagina 105
Duw de module niet met kracht in de sleuf. Schuif en klik de module met gelijkmatige druk op zijn plaats. Druk op de aan-uitknop om de geavanceerde HemoSphere-monitor aan te zetten en volg de stappen voor het invoeren van patiëntgegevens. Raadpleeg Patiëntgegevens op pagina 75.
9.1.1 CCO-kabel patiënt testen Voer een kabelintegriteitstest uit om de integriteit van de Patiënt CCO-kabel van Edwards te controleren. Het wordt aanbevolen om bij het oplossen van problemen eerst de integriteit van de kabel te testen. Dit test niet de aansluiting van de kabel op de injectaattemperatuursonde.
HemoSphere-Swan-Ganz-module. 9.2 Continue cardiac output De geavanceerde HemoSphere-monitor meet de cardiac output continu door kleine energiepulsen in de bloedstroom te introduceren en de bloedtemperatuur te meten via een longslagaderkatheter. De maximale oppervlaktetemperatuur van het thermische filament dat wordt gebruikt om energiepulsen in het bloed vrij te geven is 48 °C.
CO-waarde. In tabel 9-2 worden de alarm-/foutmeldingen weergegeven die op verschillende momenten op het scherm verschijnen terwijl het signaal zich stabiliseert. Raadpleeg tabel 11-6, ‘CO-fouten/-meldingen HemoSphere-Swan-Ganz-module’, op pagina 134 voor meer informatie over CO-fouten/-meldingen.
• Snelle veranderingen in cardiac output 9.3 Intermitterende cardiac output De HemoSphere-Swan-Ganz-module meet periodiek de cardiac output aan de hand van de bolusthermodilutiemethode. Bij deze techniek wordt een kleine hoeveelheid steriele fysiologische oplossing (bijv. zout of dextrose) met een bekend volume en op een bekende temperatuur – koeler dan de bloedtemperatuur –...
Configuratie-instellingen De geavanceerde HemoSphere-monitor biedt de gebruiker de keus om een specifieke berekeningsconstante in te voeren of de HemoSphere-Swan-Ganz-module zo te configureren dat deze automatisch de berekeningsconstante kan bepalen door het selecteren van het injectaatvolume en de kathetermaat. De gebruiker kan ook het weergavetype voor de parameters en de bolusmodus selecteren.
Indien de berekeningsconstante afwijkend is, voer dan de gewenste berekeningsconstante handmatig in. OPMERKING De HemoSphere-Swan-Ganz-module detecteert automatische welk type temperatuursonde wordt gebruikt (ijsbad of in-line). De module gebruikt deze informatie om de berekeningsconstante te bepalen.
Instructies voor bolusmetingmethodes De standaardfabrieksinstelling voor bolusmeting van de HemoSphere-Swan-Ganz-module is de modus Auto. In deze modus laat de geavanceerde HemoSphere-monitor het bericht Injecteren oplichten bij het bereiken van een basislijn-bloedtemperatuur. In de modus Handmatig bepaalt de gebruiker wanneer er moet worden geïnjecteerd door de knop Injecteren aan te raken. Als een injectie is voltooid, berekent de module een waarde en is hij gereed om een andere bolusinjectie te verwerken.
Pagina 114
Berekenen op ( ) en wordt de resulterende iCO-meting weergegeven. Als de thermische washout-curve is voltooid, laat de geavanceerde HemoSphere-monitor Wachten en vervolgens Injecteren oplichten – of Klaar in de handmatige modus – als opnieuw een stabiele thermische basislijn is bereikt. Herhaal de stappen 2 t/m 4 maximaal zes keer, zoals gewenst.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 9 HemoSphere-Swan-Ganz-modulebewaking Bekijk de set met washout-curves als het gewenste aantal bolusinjecties is toegediend door de knop Overzicht aan te raken. Verwijderen van een van de zes injecties in de set kan door deze aan te raken op het beoordelingsscherm.
Pagina 116
Bewaking van het einddiastolisch volume (EDV) van het rechterventrikel is beschikbaar in combinatie met de CO-bewakingsmodus bij het gebruik van een Swan-Ganz CCOmbo V-katheter en ECG-signaalingang. Tijdens EDV-bewaking geeft de geavanceerde HemoSphere-monitor continu metingen van het EDV en de rechterventrikel ejectiefractie (RVEF) weer. EDV en RVEF zijn tijdsgemiddelde waarden die numeriek kunnen worden weergegeven in parameterbollen en waarvan het verloop in de tijd grafisch kan worden weergegeven in de grafische trendweergave.
De ECG-interfacekabel aansluiten Sluit de 1/4 inch miniatuurtelefoonstekker van de ECG-interfacekabel aan op de ECG-monitoringang op het achterpaneel van de geavanceerde HemoSphere-monitor. Sluit het andere uiteinde van de ECG-interfacekabel aan op de ECG-signaaluitgang van de monitor aan het bed. Dit zal een meting van de gemiddelde hartslag (HR ) geven aan de geavanceerde HemoSphere- monitor voor EDV- en RVEF-metingen.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 9 HemoSphere-Swan-Ganz-modulebewaking (met de HemoSphere Swan-Ganz-module) en het meten van de veneuze zuurstofsaturatie (met de HemoSphere- oximetriekabel). De prestaties van dit apparaat zijn getest met behulp van ECG-ingangssignalen. WAARSCHUWING PATIËNTEN MET EEN PACEMAKER – (hart)slagmeters kunnen het tempo van de pacemaker blijven tellen tijdens het optreden van een hartstilstand of bepaalde aritmieën.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 9 HemoSphere-Swan-Ganz-modulebewaking • gedeeltelijke terugtrekking van de katheter zodat de thermistor zich niet in de longslagader bevindt; • het verwijderen van de katheter uit de patiënt. Raak als het systeem goed is aangesloten het pictogram Bewaking starten aan om te beginnen met de CO-bewaking.
Pagina 120
Een hemodynamisch instabiel thermisch signaal kan de weergave van een EDV-, EDVI- en/of RVEF-waarde op de geavanceerde HemoSphere-monitor vertragen nadat de bewaking is gestart. De clinicus kan gebruikmaken van de STAT-waarden, die schattingen van EDV- of EDVI - en RVEF-waarden weergeven, en die ongeveer elke 60 seconden worden bijgewerkt.
Pagina 122
OPMERKING Het uiterlijk van de katheter als getoond in afbeelding 10-1 is alleen bedoeld als voorbeeld. Het werkelijke uiterlijk kan variëren afhankelijk van het kathetermodel. De HemoSphere-oximetriekabel en elke aangesloten compatibele katheter is een TOEGEPAST ONDERDEEL. LET OP Zorg ervoor dat de oximetriekabel goed is gestabiliseerd om onnodige beweging van de daaraan verbonden katheter te voorkomen.
Plaats de katheter zoals wordt beschreven in de gebruiksaanwijzing voor de katheter. Raak de knop Start aan. 10.2.1 In-vitro-kalibratie fout Als de geavanceerde HemoSphere-monitor geen in-vitrokalibratie kan uitvoeren, verschijnt een pop-upscherm met foutmelding. Raak de knop In-vitro-kalibratie aan om het kalibratieproces voor oximetrie te herhalen.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 10 Oximetriebewaking 10.3 In-vivokalibratie Gebruik in-vivokalibratie voor het uitvoeren van kalibratie nadat de katheter bij de patiënt is geplaatst. OPMERKING Deze procedure vereist dat ‘afvalbloed’ (clearingvolume) en een bloedmonster voor laboratoriumonderzoek wordt afgenomen door geautoriseerd personeel. Een gemeten oximetriewaarde dient te worden verkregen met een co-oximeter.
Het SQI-signaal wordt soms beïnvloed door het gebruik van elektrochirurgische units. Probeer apparatuur en bekabeling voor elektrocauterisatie op een grotere afstand van de geavanceerde HemoSphere-monitor te houden en sluit de netsnoeren indien mogelijk op verschillende stroomcircuits aan. Als de problemen met de signaalkwaliteit blijven bestaan, neem dan contact op met de plaatselijke vertegenwoordiger van Edwards voor hulp.
Oximetriegegevens opvragen (Recall Oximetry Data) kan worden gebruikt om gegevens van de oximetriekabel op te roepen nadat een patiënt niet meer is aangesloten op de geavanceerde HemoSphere- monitor. Met deze functie kan de laatste kalibratie van de patiënt worden opgeroepen samen met diens demografische gegevens voor onmiddellijke oximetriebewaking.
Geavanceerde HemoSphere-monitor 10 Oximetriebewaking OPMERKING Zorg ervoor dat de tijd en datum van alle geavanceerde HemoSphere-monitors altijd de huidige tijd en datum is. Als de datum en/of tijd van de geavanceerde HemoSphere-monitor van waaruit wordt getransporteerd verschilt van die van...
10 Oximetriebewaking 10.7 HemoSphere-oximetriekabel resetten Gebruik HemoSphere-oximetriekabel resetten als het SQI-niveau continu hoog is. Het resetten van de oximetriekabel kan de signaalkwaliteit stabiliseren. Het moet alleen worden uitgevoerd nadat andere acties zijn ondernomen om het hoge SQI-niveau op te lossen als gedefinieerd in Problemen oplossen.
11 Problemen oplossen 11.2 Statuslampjes monitor De geavanceerde HemoSphere-monitor heeft een visuele alarmindicator om de gebruiker te waarschuwen voor alarmcondities. Raadpleeg Alarmprioriteiten op pagina 159 voor meer informatie over fysiologische alarmcondities met gemiddelde en hoge prioriteit. De aan-uitknop van de monitor heeft een geïntegreerd ledlampje om te allen tijde de aan-uitstatus aan te geven.
Aansluitpunten van sleuf of module zijn Controleer of er pennen verbogen of kapot zijn beschadigd Probeer modulesleuf 2 Neem contact op met Edwards Technical Support indien het probleem blijft bestaan Fout: Modulesleuf 2 – Module 2 is niet goed geplaatst...
Pagina 132
Aansluitpunten van sleuf of module zijn Controleer of er pennen verbogen of kapot zijn beschadigd Probeer modulesleuf 1 Neem contact op met Edwards Technical Support indien het probleem blijft bestaan Fout: Kabelpoort 1 – Kabel is niet goed geplaatst Sluit de kabel opnieuw aan...
Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen van de monitor De ventilatieopeningen van de monitor zijn niet zijn geblokkeerd en geen stof bevatten geblokkeerd Neem contact op met Edwards Technical Support indien het probleem blijft bestaan Alarm: LED-indicatoren Fout in hardware visuele alarmindicator...
Fout: CO – Katheterverificatie, Storing CCO-kabel voor de patiënt Test de CCO-kabel voor de patiënt gebruik bolusmodus CO-fout katheter Vervang de CCO-kabel voor de patiënt De aangesloten katheter is geen Gebruik bolus CO-modus Edwards CCO-katheter Controleer of de katheter een Edwards CCO-katheter is...
Pagina 135
CO-bewaking hervatten Fout: Swan-Ganz-module Interferentie door elektrocauterisatie Koppel de CCO-kabel voor de patiënt los tijdens elektrocauterisatie Interne systeemfout Verwijder de module en plaats deze terug om te resetten Neem contact op met Edwards Technical Support indien het probleem blijft bestaan...
Interferentie apparaat voor sequentiële verminderen compressie Schakel het apparaat voor sequentiële compressie tijdelijk uit volgens de ziekenhuisprocedure 11.4.2 EDV- en SV-fouten/-meldingen Tabel 11-7 EDV- en SV-fouten/-meldingen HemoSphere-Swan-Ganz-module Bericht Mogelijke oorzaken Voorgestelde acties Alarm: EDV – Signaalverlies Tijdsgemiddelde hartslag van patiënt...
Geavanceerde HemoSphere-monitor 11 Problemen oplossen Tabel 11-8 iCO-fouten/-meldingen HemoSphere-Swan-Ganz-module (vervolg) Bericht Mogelijke oorzaken Voorgestelde acties Alarm: iCO – Verlengde curve Thermodilutiecurve keert langzaam terug Controleer of de injectietechniek juist is naar de basislijn Controleer of de positie van de katheter in de...
11.4.5 Algemene probleemoplossing Tabel 11-10 Algemene probleemoplossing HemoSphere-Swan-Ganz-module Bericht Mogelijke oorzaken Voorgestelde acties Sluit de HemoSphere Er is geen aansluiting op de HemoSphere- Plaats de HemoSphere-Swan-Ganz-module in sleuf 1 Swan-Ganz-module aan voor Swan-Ganz-module gedetecteerd of sleuf 2 van de monitor CO-bewaking...
Externe monitor niet optimaal Schakel CO-bewaking uit en controleer of de hartfrequentie monitor HR ≠ Externe geconfigureerd voor uitvoer ECG-signaal bij de geavanceerde HemoSphere-monitor en de externe monitor hetzelfde is monitor HR Storing externe monitor Selecteer de juiste afleiding om de hartfrequentietriggers...
Pagina 141
Als de kabel warm aanvoelt, moet u hem laten afkoelen voordat u hem weer gebruikt Neem contact op met Edwards Technical Support indien het probleem blijft bestaan Fout: Storing oximetriekabel Interne systeemfout...
Patiëntgegevens in Laatste oximetriekabelkalibratie >24 uur Voer een in-vivokalibratie uit oximetriekabel meer dan 24 uur geleden Synchroniseer datum en tijd op alle Edwards-monitoren oud – opnieuw kalibreren Datum en tijd op de Edwards-monitoren in het ziekenhuis in het ziekenhuis verschillen...
Geavanceerde HemoSphere-monitor A Specificaties Tabel A-1 Essentiële prestaties van de geavanceerde HemoSphere-monitor – niet-transiënte elektromagnetische fenomenen (vervolg) Module Parameter Essentiële prestaties of kabel HemoSphere- Continu Cardiac Output Monitort de oppervlaktetemperatuur en tijd op temperatuur van Swan-Ganz- (CO) en bijbehorende het filament. Als een drempelwaarde voor tijd en temperatuur...
Pagina 145
Hoogte Niet in bedrijf 0 tot 6096 m (20.000 voet) *OPMERKING Batterijcapaciteit begint af te nemen bij langdurige blootstelling boven 35 °C. Tabel A-5 Technische specificaties geavanceerde HemoSphere-monitor Ingang/uitgang Aanraakscherm Projectieve capacitieve aanraking Seriële RS-232-poort (1) Bedrijfseigen protocol van Edwards; maximale gegevenssnelheid =...
0,4 kg (0,9 lb) Afmetingen Hoogte 35 mm (1,38 inch) Breedte 80 mm (3,15 inch) Diepte 126 mm (5.0 inch) Tabel A-7 milieuspecificaties voor batterij van geavanceerde HemoSphere-monitor Milieuspecificatie Waarde In bedrijf 10 tot 37 °C Aanbevolen 21 °C Temperatuur...
B.1 Lijst van accessoires WAARSCHUWING Gebruik alleen goedgekeurde accessoires, kabels en/of onderdelen voor de geavanceerde HemoSphere-monitor die zijn geleverd en gelabeld door Edwards. Het gebruik van niet-goedgekeurde accessoires, kabels en/of onderdelen kan van invloed zijn op de veiligheid van de patiënt en de nauwkeurigheid van metingen.
Pagina 150
B.2 Beschrijving aanvullende accessoires B.2.1 Rolstandaard De rolstandaard voor de geavanceerde HemoSphere-monitor is bedoeld voor gebruik met de geavanceerde HemoSphere-monitor. Volg de meegeleverde instructies voor het monteren van de rolstandaard en de waarschuwingen. Plaats de gemonteerde rolstandaard op de vloer, controleer of alle wielen contact maken...
Pagina 151
Vergelijkingen voor berekende patiëntparameters In dit deel worden de vergelijkingen beschreven die worden gebruikt om continue en intermitterende patiëntparameters te berekenen die worden weergegeven op de geavanceerde HemoSphere-monitor. OPMERKING Patiëntparameters worden berekend met meer decimalen dan worden weergegeven op het scherm. Bijvoorbeeld een CO-waarde van 2,4 op het scherm kan in werkelijkheid een CO van 2,4492 zijn.
Pagina 152
Geavanceerde HemoSphere-monitor C Vergelijkingen voor berekende patiëntparameters Tabel C-1 Vergelijkingen voor cardiaal en oxygenatieprofiel (vervolg) Parameter Beschrijving en formule Eenheden Veneus zuurstofgehalte = (0,0138 x Hb x SvO ) + (0,0031 x PvO ) (ml/dl) ml/dl = [0,0138 x (Hb...
Pagina 153
Geavanceerde HemoSphere-monitor C Vergelijkingen voor berekende patiëntparameters Tabel C-1 Vergelijkingen voor cardiaal en oxygenatieprofiel (vervolg) Parameter Beschrijving en formule Eenheden ESVI Eindsystolisch volume-index ml/m ESVI = EDVI – SVI waarbij: EDVI – Einddiastolisch volume-index (ml/m SVI – Slagvolume-index (ml/m LVSWI Linker ventriculaire slagarbeid-index (‘Left Ventricular Stroke Work Index’)
Pagina 154
Geavanceerde HemoSphere-monitor C Vergelijkingen voor berekende patiëntparameters Tabel C-1 Vergelijkingen voor cardiaal en oxygenatieprofiel (vervolg) Parameter Beschrijving en formule Eenheden RVSWI Rechter ventriculaire slagarbeid-index (‘Right Ventricular Stroke Work Index’) g-m/m /slag RVSWI = SVI x (MPAP – CVD) x 0,0136 RVSWI = SVI x (MPAP –...
Pagina 155
Geavanceerde HemoSphere-monitor C Vergelijkingen voor berekende patiëntparameters Tabel C-1 Vergelijkingen voor cardiaal en oxygenatieprofiel (vervolg) Parameter Beschrijving en formule Eenheden Geschat zuurstofverbruik-index e/ BSA ml O /min/m Ventilatieperfusie-index {1,38 x Hb x (1,0 - (SaO /100}+ (0,0031 x PAO VQI = ------------------------------------------------------------------ x 100...
Bijlage Instellingen en standaardwaarden monitor D.1 Invoerbereik patiëntgegevens Tabel D-1 Informatie over de patiënt Parameter Minimum Maximum Beschikbare eenheden Geslacht M (Man) / F (Vrouw) N.v.t. N.v.t. Leeftijd jaar Lengte 30 cm 250 cm Gewicht 1,0 kg 400,0 kg 0.08 5,02 0 cijfers 12 cijfers...
Geavanceerde HemoSphere-monitor D Instellingen en standaardwaarden monitor OPMERKING De geavanceerde HemoSphere-monitor accepteert geen instelling met een bovenwaarde voor de schaal die lager is dan de onderwaarde voor de schaal. De monitor accepteert ook geen instelling met een onderwaarde voor de schaal die hoger is dan de bovenwaarde voor de schaal.
Geavanceerde HemoSphere-monitor D Instellingen en standaardwaarden monitor D.4 Standaarden voor alarmen en doelwaarden Tabel D-4 Gevarenzone van parameteralarm en standaard doelwaarden EW Laagste EW Hoogste standaard- standaard- instelling EW Laagste EW Hoogste instelling alarm standaard- standaard- alarm Parameter Eenheden (gevarenzone)
Bijlage Berekeningsconstanten E.1 Waarden berekeningsconstanten In iCO-modus berekent de HemoSphere Swan-Ganz-module de cardiac output door ofwel een badsonde- opstelling of een in-line-temperatuursonde met behulp van de berekeningsconstanten in de volgende tabellen. De HemoSphere Swan-Ganz-module detecteert automatisch het type injectaattemperatuursonde dat wordt gebruikt en de bijbehorende injectaattemperatuur, kathetermaat en injectaatvolume definiëren de te gebruiken berekeningsconstante.
Pagina 162
Geavanceerde HemoSphere-monitor E Berekeningsconstanten Tabel E-2 Berekeningsconstanten voor in-line-temperatuursonde Temperatuurbereik Injectaatvolume Kathetermaat (French) injectaat* (°C) (ml) Kamertemp. 0,601 0,599 0,616 0,616 0,624 22,5-27 °C 0,294 0,301 0,311 0,307 0,310 Kamertemp. 0,593 0,593 0,603 0,602 0,612 18-22,5 °C 0,288 0,297 0,295...
Gebruik geen andere reinigingsmiddelen. Tenzij anders vermeld zijn deze reinigingsmiddelen goedgekeurd voor alle accessoires, kabels en modules van de geavanceerde HemoSphere-monitor. LET OP Giet of spuit geen vloeistof over enig deel van de geavanceerde HemoSphere-monitor, accessoires, modules of kabels. Gebruik geen andere desinfecterende oplossing dan de hierboven aangegeven soorten.
Bevochtig een niet-pluizend wattenstaafje met steriele alcohol en gebruik lichte druk om de optische vezels in de voorzijde van de behuizing van de oximetriekabel te reinigen. LET OP Steriliseer de HemoSphere-oximetriekabel niet met behulp van stoom, straling of EO (ethyleenoxide). Dompel de HemoSphere-oximetriekabel niet onder. F.3.2 De CCO-kabel en connector van de patiënt reinigen...
• tech_support@edwards.com. Houd de volgende informatie bij de hand als u belt: het serienummer van de geavanceerde HemoSphere-monitor, dit staat op het achterpaneel; • de tekst van een eventuele foutmelding en gedetailleerde informatie over de aard van het probleem. •...
F.6.1 Recycling van de batterij Vervang de HemoSphere-batterij als deze niet meer opgeladen blijft. Volg nadat u de batterij hebt verwijderd de plaatselijke richtlijnen voor recycling. LET OP De lithium-ion-batterij dient te worden gerecycled of afgevoerd in overeenstemming met alle nationale en plaatselijke wetgeving.
F Systeemverzorging, onderhoud en ondersteuning F.8 Het testen van alarmsignalen Elke keer dat de geavanceerde HemoSphere-monitor wordt ingeschakeld, wordt automatisch een zelftest uitgevoerd. Als onderdeel van de zelftest klinkt er een alarmtoon. Dit geeft aan dat de indicatoren voor hoorbare alarmen juist werken. Voor verder testen van individuele meetalarmen stelt u de grenswaarden voor alarmen regelmatig anders in en controleert u of het bijbehorende alarmgedrag wordt waargenomen.
IEC/EN 60601-1-2:2007 en IEC 60601-2-49:2011-02 IEC/EN 60601-1-2:2014-02 en IEC 60601-2-49:2011-02 De geavanceerde HemoSphere-monitor is bedoeld voor gebruik in de elektromagnetische omgeving zoals hieronder aangegeven. De klant of gebruiker van de geavanceerde HemoSphere-monitor moet waarborgen dat het apparaat in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
Pagina 170
Het gebruik van andere dan de gespecificeerde accessoires, sensoren en kabels kan resulteren in toegenomen elektromagnetische emissie of verminderde elektromagnetische immuniteit. De geavanceerde HemoSphere-monitor mag op geen enkele manier worden aangepast. Draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur kan alle elektronische medische apparatuur storen, de geavanceerde HemoSphere-monitor inbegrepen.
Tabel G-2 Elektromagnetische emissies Richtlijn en verklaring van de fabrikant - Elektromagnetische emissies De geavanceerde HemoSphere-monitor is bedoeld voor gebruik in de elektromagnetische omgeving zoals hieronder aangegeven. De klant of gebruiker van de geavanceerde HemoSphere-monitor moet waarborgen dat het apparaat in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
Pagina 172
Dienst Modulatie Meter (V/m) De geavanceerde HemoSphere-monitor is bedoeld voor gebruik in de elektromagnetische omgeving zoals hieronder aangegeven. De klant of gebruiker van de geavanceerde HemoSphere-monitor moet ervoor zorgen dat het apparaat in een dergelijke omgeving wordt gebruikt. Pulsmodulatie²...
Pagina 173
RF-storingen onder controle worden gehouden. De klant of de gebruiker van het systeem kan elektromagnetische interferentie helpen voorkomen door een minimumafstand te bewaren tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur (zenders) en de geavanceerde HemoSphere-monitor volgens de onderstaande aanbevelingen, al naar gelang het maximale uitgangsvermogen van de communicatieapparatuur.
Pagina 174
IEC 60601-1-2-testniveau Nalevingsniveau Richtlijnen De geavanceerde HemoSphere-monitor is bedoeld voor gebruik in de elektromagnetische omgeving zoals hieronder aangegeven. De klant of gebruiker van de geavanceerde HemoSphere-monitor moet waarborgen dat het apparaat in een dergelijke omgeving wordt gebruikt. Elektrostatische ±8 kV contact ±8 kV...
Pagina 175
Om de elektromagnetische omgeving als gevolg van vaste RF-zenders te kunnen bepalen, kan een elektromagnetisch locatieonderzoek worden overwogen. Als de gemeten veldsterkte op de locatie waar de geavanceerde HemoSphere- monitor wordt gebruikt hoger is dan het eerder vermelde RF-compliantieniveau dat van toepassing is, dient u nauwlettend te controleren of de geavanceerde HemoSphere-monitor normaal functioneert.
IEEE 802.11a/b/g/n met volledig geïntegreerde beveiligingsaanvragen en enterprise- authenticatie en gegevensencryptie volgens 802.11i/WPA2. Technische informatie over de draadloze technologie die in de geavanceerde HemoSphere-monitor is geïmplementeerd, staat in de volgende tabel. Tabel G-7 Informatie over draadloze technologie van de geavanceerde HemoSphere-monitor...
Pagina 177
Geavanceerde HemoSphere-monitor G Richtlijnen en verklaring van de fabrikant Tabel G-7 Informatie over draadloze technologie van de geavanceerde HemoSphere-monitor (vervolg) Functie Beschrijving Maximaal 802.11a transmissievermogen 6 Mbps 15 dBm (31,623 mW) 54 Mbps 12 dBm (19,953 mW) Maximaal Opmerking: 802.11b...
Pagina 178
Geavanceerde HemoSphere-monitor G Richtlijnen en verklaring van de fabrikant Tabel G-7 Informatie over draadloze technologie van de geavanceerde HemoSphere-monitor (vervolg) Functie Beschrijving Beveiliging Normen WEP (Wireless Equivalent Privacy) WPA (Wi-Fi Protected Access) IEEE 802.11i (WPA2) Encryptie WEP, RC4-algoritme (Wireless Equivalent Privacy)
5% totaal gegevensverlies onder deze omstandigheden. De draadloze technologie van de geavanceerde HemoSphere-monitor heeft een effectief bereik van ca. 50 meter met direct zicht en 25 meter zonder direct zicht. Het effectieve bereik kan worden beïnvloed door de aanwezigheid van andere draadloze zenders.
Pagina 180
Geavanceerde HemoSphere-monitor G Richtlijnen en verklaring van de fabrikant Verklaring van de Federal Communications Commission Deze apparatuur is getest en voldoet aan de limieten voor een digitaal apparaat van klasse B, volgens Deel 15 van de RCC-regelgeving. Deze limieten zijn opgesteld om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie in een installatie in een woonomgeving.
Geavanceerde HemoSphere-monitor G Richtlijnen en verklaring van de fabrikant Dit apparaat is alleen bedoeld voor OEM-integratoren onder de volgende voorwaarden: De antenne moet zodanig worden geplaatst dat er 20 cm afstand blijft bestaan tussen de antenne • en de gebruikers.
10 mW EIRP in het frequentiebereik van 2454 - 2483,5 MHz. Voor gedetailleerde informatie kan de eindgebruiker contact opnemen met de nationale spectrumautoriteit in Frankrijk. Hierbij verklaart Edwards Lifesciences dat deze monitor in overeenstemming is met de essentiële vereisten en andere relevante voorwaarden van Richtlijn 1999/5/EG.
Pagina 183
Pressure – MAP) Bolusmodus (iCO-modus) Gemiddelde systemische arteriële bloeddruk zoals Functionele staat van de HemoSphere-Swan-Ganz-module gemeten door een externe monitor. waarin de cardiac output wordt gemeten met de bolus- thermodilutiemethode. Geschat zuurstofverbruik (VO...
Pagina 184
‘Slave’-kabel Hoeveelheid zuurstof in milliliter per minuut (ml/min/m Kabel die gegevens overzet naar de geavanceerde die aan het weefsel wordt aangeboden, aangepast voor HemoSphere-monitor vanaf een andere monitor. lichaamsgrootte. Standaardinstellingen Indicator signaalkwaliteit (Signal Quality Indicator – SQI) Initiële werkingsvoorwaarden die door het systeem De kwaliteit van het oximetriesignaal, gebaseerd op worden aangenomen.
Pagina 185
Geavanceerde HemoSphere-monitor H Verklarende woordenlijst Thermodilutie (TD) Een variant van de indicatordilutietechniek die temperatuurwijzigingen gebruikt als indicator. Universele seriële bus. Washout-curve Indicatorcurve voor dilutie, geproduceerd door een bolusinjectie. De cardiac output is omgekeerd evenredig met het oppervlak onder deze curve.
Pagina 191
Deze pagina is met opzet blanco gelaten...
Pagina 192
Let op: de federale wet (VS) beperkt de verkoop van dit instrument tot verkoop door of op voorschrift van een arts. Let op, raadpleeg de gebruiksaanwijzing voor volledige voorschrijfinformatie. Hulpmiddelen van Edwards Lifesciences geplaatst op de Europese markt die voldoen aan de essentiële vereisten waarnaar wordt verwezen in Artikel 3 van Richtlijn Medische hulpmiddelen 93/42/EEG dragen de CE-markering.