Edwards HemoSphere Gebruikershandleiding pagina 138
Geavanceerde monitor
Verberg thumbnails
Zie ook voor HemoSphere:
- Gebruikershandleiding (338 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (256 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (192 pagina's)
Advertenties
Geavanceerde HemoSphere -monitor
7.1.1.2 Technische alarmen
Tijdens een actief technisch alarm kan de gebruiker het alarmgeluid onderdrukken en de visuele
alarmindicator (middelhoge en lage prioriteit) uitschakelen door het pictogram voor het onderdrukken van
hoorbare alarmen aan te raken
andere technische of fysiologische alarmconditie wordt geactiveerd, of het oorspronkelijke technische
alarm wordt opgelost en opnieuw wordt geactiveerd.
7.1.2 Instellen alarmvolume
Het alarmvolume loopt van laag tot hoog en is standaard ingesteld op gemiddeld. Dit heeft betrekking op
fysiologische alarmen, technische fouten en meldingen. Het alarmvolume kan op elk gewenst moment
worden gewijzigd.
1.
Raak het pictogram Instellingen
2.
Raak de knop Algemeen aan.
3.
Raak de rechterzijde van de lijstknop Alarmvolume aan om het gewenste volume te selecteren.
4.
Raak het pictogram Home
WAARSCHUWING
Verlaag het alarmvolume niet naar een niveau waarop alarmen niet op adequate wijze kunnen
worden gemonitord. Dit zou namelijk kunnen leiden tot een situatie waarbij de veiligheid van de
patiënt in het geding komt.
7.1.3 Doelwaarden instellen
Doelwaarden zijn visuele indicatoren ingesteld door de clinicus om aan te geven of de patiënt zich in het
ideale doelbereik (groen), het waarschuwingsdoelbereik (geel) of het alarmdoelbereik (rood) bevindt.
Doelkleuren worden weergegeven als gearceerde omlijning rond de parametertegels (zie Afbeelding 5-5
op pagina 91). Het gebruik van doelbereiken kan in- of uitgeschakeld worden door de clinicus. Alarmen
(hoog/laag) verschillen van doelbereiken in de zin dat de alarmparameterwaarde knippert en een
hoorbaar alarm heeft.
Parameters die een "alarm" kunnen afgeven, worden aangegeven door een belpictogram
instellingenscherm Alarmen / doelen. Standaard vormen de hoge/lage alarmen ook het bereik voor de
rode attentiezone voor die parameter. Parameters die NIET over de mogelijkheid beschikken om een
alarm voor hoog/laag in te stellen, hebben ook geen belpictogram in het instellingenscherm Alarmen /
doelen voor die parameter. Er kunnen wel doelwaardebereiken zijn ingesteld.
Het gedrag en het bereik van de HPI-doelwaarden worden in HPI op informatiebalk op pagina 238
beschreven.
Kleur
Indicatie
Groen
Acceptabel – Het groene doelwaardenbereik wordt beschouwd als een ideaal bereik voor de
parameter als ingesteld door de clinicus.
. De visuele alarmindicator en audiotoon blijven inactief tot een
→ tabblad Instellingen aan
aan om terug te keren naar het bewakingsscherm.
Tabel 7-2: Kleuren statusindicatoren doelwaarden
138
Geavanceerde instellingen
.
op het
Advertenties
