De naam van de joblijst stemt niet overeen met de naam van de programma's in de lijst. Om
een eenduidige toewijzing van de parameterbestanden mogelijk te maken, krijgen deze altijd
dezelfde naam als het bijbehorende programma. U kunt deze bestandsnamen niet wijzigen.
Procedure
...
- OF -
Universal
Bedieningshandboek, 08/2018, 6FC5398-6AP41-0JA0
1.
Selecteer het bedieningsbereik "Programma-manager".
2.
Selecteer de drive waarop het programma opgeslagen is.
3.
Plaats de cursor op het programma waarvan u de parameters wilt
opslaan.
4.
Druk de softkeys ">>" en "Archiveren".
5.
Druk op de softkey "Parameters opslaan".
Het venster "Parameters opslaan" wordt geopend.
6.
Selecteer de gegevens die u wilt opslaan.
7.
Druk op de toets <CHANNEL> of klik op de kanaalweergave als u
het actieve kanaal wisselt.
8.
Wijzig indien nodig in het veld "Bestandsnaam" de voorgestelde
naam van het oorspronkelijk geselecteerde programma.
9.
Druk op de softkey "OK".
De parameters worden in dezelfde directory opgeslagen waarin
zich ook het geselecteerde programma bevindt.
De R-parameters (*.RPA) en de gebruikersvariabelen (*.GUD)
worden opgeslagen in afzonderlijke bestanden.
Programma's beheren
12.18 Parameters opslaan
365