A
PR3330STD
700
PR3380STD
700
PR3450STD
700
PR3600STD
700
PR3750STD
556
PR3900STD
556
Tol mm.
± 2
7.5.3. Aanbevolen installatievoorschriften voor elektromagnetische compatibiliteit
Een frequentiesturing heeft geen waarde op zichzelf, maar is bedoeld om geïnstalleerd te worden met andere besturings-
componenten. Door onderstaande richtlijnen te volgen, moet het mogelijk zijn om te voldoen aan EMC wat betreft de machi-
nes die met de frequentiesturing aangestuurd worden.
1. Controleer de kenplaten van het filter en de frequentiesturing om te garanderen dat de stuk-
nummers correct zijn.
2. Zorg voor een optimale aarding van het filter.
3. Zowel het filter als de frequentiesturing moeten veilig gemonteerd worden.
4. Sluit de inkomende voedingsspanning aan op de filterklemmen gemarkeerd met "lines", sluit elke
aardleiding aan op de voorziene aardbout. Verbind de filterklemmen gemarkeerd met "LOAD" met
de voedingsspanning van de frequentiesturing met behulp van in lengte beperkte kabels (deze
kabels zijn voorgemonteerd op EMC-filter).
5. Sluit de motor aan met behulp van een afgeschermde kabel. Zorg ervoor dat de aardgeleider
zorgvuldig geaard is zowel aan frequentiesturing- als aan motorzijde, en dat de afscherming
verbonden is met de behuizing.
Het is belangrijk dat de lengte van de kabel tussen filter en frequentiesturing en van de niet-afge-
schermde motoruitgangskabel zo kort mogelijk gehouden wordt, en dat kabels voor inkomende
voeding en uitgaande kabels goed gescheiden blijven.
Label
B
C
D
E
300
150
250
200
300
150
250
200
300
150
250
200
300
150
250
200
430
215
360
150
430
215
360
150
± 3
± 2
± 2
± 0,5
F
I
M
P
280
790
9
M16
280
790
6
M16
280
790
9
M16
280
790
9
M16
400
680
13
M20
400
680
13
M20
± 0,2
± 3
–
–
163
VAT2000
Q
R
S
U
65
12,5
25 x 6
75
65
12,5
25 x 6
75
65
12,5
25 x 6
75
85
12,5
30 x 8
75
122
17
40 x 10
90
122
17
40 x 10
90
± 3
± 0,3
–
± 1
V
105
105
105
105
115
115
–