Installatie- en programmeerhandleiding voor Galaxy 2-serie
28 = Niet Ingeschakeld Info
Als deze optie is ingeschakeld, stelt deze parameter de SIA-niveaus 0 en 1 in staat na een Niet Ing-
gebeurtenis het gebruikersnummer of het blok naar de meldkamer te sturen.
46 = Zone Weerstand
Deze parameter heeft drie opties:
1. Zone Configuratie
De zones op de Galaxy 2 Series werken als Normally Closed, Double Balanced, End of Line. Hiermee stelt u
de configuratie voor alle bedrade zones in het systeem in, inclusief de uitbreidingen. Zie Hoofdstuk 5:
Hardwarezones voor instructies over het aansluiten van de verschillende configuraties. Deze optie is
standaard ingesteld op (1) Double Balanced.
0. Normally Closed
1. Double Balanced
2. End of Line
2. EOL Weerstand
Hiermee selecteert u de weerstandwaarde voor de eindelus weerstand (End of Line ofwel EOL) in EOL
double balance zone-configuraties. Deze waarde moet normaal gesproken 1000 ohm zijn. De waarde wordt
per honderd ohm ingevoerd: 01 = 100 ohm, 99 = 9900 ohm.
3. Contact Weerstand
Zelfde als voor de eindelus weerstand maar dan voor de contactweerstand.
47 = Inschakel Bevestiging
Met deze parameter krijgt u een externe indicatie wanneer het systeem is ingeschakeld. Er zijn drie opties:
0. Uit
1. Flitser (knippert twee seconden)
2. Flitser & Sirene (indicatie gedurende twee seconden wanneer de inschakeling is beëindigd)
50 = RF Opties
Deze parameter heeft zes opties:
1. Keyfob Uitschakelen
Met deze optie wordt de bediening van de keyfobs toegewezen.
0 = Keyfobs Uitschakelen
1 = Mag Altijd Uitschakelen (standaard)
2 = Na Inloop
2. Supervisie
Als er binnen deze periode geen signaal wordt ontvangen van de RF-detectoren, wordt een supervisiealarm
gegenereerd.
0 = 2 uur (standaard)
1 = 3,6 uur
2 = 8,4 uur
51 - Parameters (vervolg)
81